2.2 Stoffen 2K zuivere stoffen en mengsels les 3

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

STOFFEN

Hoofdstuk 2.2 - 2kl

zuivere stoffen en mengsels

Vandaag

huiswerk controle online testjezelf 2.1

Nog vragen over testjezelf 2.1

uitleg 2.2

Proef  3

Huiswerk

Leerdoelen

* Je kunt het verschil aangeven tussen zuivere stoffen en mengsels

* Je kunt oplossingen en suspensies onderscheiden

* Je kunt beschrijven hoe je stoffen kunt scheiden dor middel van extraheren of filtreren

( * Je kunt de toepassing van alcohol als oplosmiddel uitleggen - Mavo) 

Mengsel of zuivere stof?

Een mengsel bestaat uit meerdere stoffen. Bijvoorbeeld een lijst met ingrediënten. Welke voorbeelden ken je?

Een zuivere stof bestaat uit 1 stof en is nergens mee gemengd. Welke voorbeelden ken je?

00:52

Cola is een zuivere stof.

1. Waar
2. Niet waar

Oplossingen

- Zijn mengsels, want er moet een vloeistof zijn en iets dat daarin oplost.

- Oplosmiddel is en vloeistof

- Wat je daarin oplost kan vast, vloeibaar of gas zijn.

- Je ziet het niet meer, maar het is er nog wel. OPGELOST

Altijd helder en er drijft niets meer in. 

Suspensie

- Altijd een mengsel.

- Als de stof ie je op wilt lossen , NIET oplost, dan noem je het een suspensie.

- Altijd troebel, er drijft iets in of licht op de bodem. 

Extraheren en filtreren

.* Mengsels scheiden door

-Extraheren, sommige vaste stoffen lossen op en andere niet

Hier gebruik je een oplosmiddel bij.

-Filtreren, vloeistoffen gaan door het filter en vaste stoffen niet

Filtraat is wat door het filter is gelopen

residu is wat in het filter achter blijft.

(vb in je boek, koffie zetten)

Hoe zat dat precies bij thee

Welke nieuwe natuurkunde woorden kun je gebruiken bij het vorige filmpje?

Proef 3

K2c: Lees goed in je boek wat je moet doen. En  werk serieus en goed door. 

K2d: beantwoord de vragen tijdens de demonstratieproef

Huiswerk

Maak in je werkboek 2.2

Proef 3 helemaal invullen

Leren flitskaarten 2.1 en 2.2