Dementie, delier en depressie.. les 1 (2 U)

Dementie, delier en depressie 
Les 1

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Dementie, delier en depressie 
Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
- Weten dat er een verschil zit in het ontstaan van dementie, delier en depressie

- Weten wat oorzaken kunnen zijn

- Weten hoe je ermee om kan gaan

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat ik graag zou willen weten of vragen over psychogeriatrische aandoeningen is.....

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Veel voorkomende ziekten bij ouderen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geef in eigen woorden een definitie van dementie

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is dementie?
Combinatie van symptomen (= syndroom) waarbij geleidelijk meerdere geestelijke functies verloren gaan. Niet één ziekte, maar groep ziekten. 

Kernsymptomen zijn:






Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

- Geheugenverlies
- Verlies van oriëntatie, taal, herkenning of vaardigheden.
- Stoornissen in de uitvoerende functies (o.a. planning en organisatie)
- Verandering van gedrag, vaak leidend tot gedragsproblemen
Vaak niet alleen achteruitgang van verstandelijke vermogens, maar ook lichamelijke symptomen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 2 verschillen tussen beginnende dementie en 'normale' ouderdomsvergeetachtigheid.

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  S
  y
  m
  p
  t
  o
  m
  e
  n 
S
Y
M
P
T
O
M
E
N

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De drie meest voorkomende vormen van dementie zijn Alzheimer, ........ en ........
A
frontotemporale dementie en lewy body dementie
B
korsakov en vasculaire dementie
C
vasculaire dementie en lewy body dementie
D
lewy body dementie en korsakov

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Risicofactoren dementie
- Ouderen; leeftijd is de sterkste risicofactor
     Ruim 10% van de mensen boven de 65 jaar heeft dementie; Ruim 20% van de mensen boven 
     de 80 jaar heeft dementie;   Ruim 40% van de mensen boven de 90 jaar heeft dementie.
- Mensen met hart en vaatziekten (Hoge bloeddruk, atherosclerose, type 2 diabetes en roken 
      verhogen zowel de kans op vasculaire dementie, als ook de ziekte van Alzheimer).
- Mensen met het syndroom van Down; Alzheimer komt bij hen vaker voor en gemiddeld ook op jongere leeftijd.
- Mensen met Parkinson (Mogelijk spelen bij beide ziekten gemeenschappelijke processen een rol.)
- (Eerstegraads) familie met dementie; De mate van risicoverhoging hangt o.a. af van type dementie en de leeftijd waarop familielid ging dementeren.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diagnostiek dementie
De diagnose dementie wordt vooral gesteld op basis van het verhaal van de zorgvrager en zijn/haar naasten en met neurocognitieve testen. Daarnaast worden er soms testen gedaan om andere oorzaken uit te sluiten (bijv. hormonale oorzaken, vitaminetekort, depressie of medicatiegebruik)

Een screenende test die gebruikt kan worden om cognitieve functies te testen is de MMSE. 

Opdracht
- Maak tweetallen (eventueel een drietal) en zoek op internet de MMSE op. 
- Voer de MMSE bij elkaar uit.
- Welke cognitieve functies worden getest?  

Klaar en tijd over?

Zoek dan eens naar de 'kloktekentest'

Slide 17 - Tekstslide

https://www.trimbos.nl/docs/b3337fb5-3b14-4832-a4e8-fc7f69e34825.pdf

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

fases
Beginfase: vergeetachtigheid, lichte veranderingen
Middenfase: hulp nodig bij dagelijkse taken, gedragsproblemen. moeite met weten welk jaartal (leeft meer in verleden),  plaats.
Eindfase: volledig afhankelijk, verlies van spraak en mobiliteit, geen besef van tijd, jaartal, plaats

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling dementie
Dementie is niet te genezen en de achteruitgang is slechts beperkt te remmen. 

Medicamenteuze behandeling heeft ook nadelen (daarover later meer). 

Niet-medicamenteus kunnen bepaalde interventies de achteruitgang mogelijk remmen, het functioneren mogelijk (tijdelijk) verbeteren en/of de kwaliteit van leven verbeteren.

Slide 20 - Tekstslide

(bijv. puzzelen, foto's kijken of dammen)
Interventies
beweging - gezonde voeding - voldoende slaap
- hersenen actief houden (puzzelen, foto's kijken, dammen) - sociale contacten - logopedie - ergotherapie - psycholoog

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omgang van zorgvragers met dementie
- Rust, duidelijkheid, structuur
- Korte en eenvoudige zinnen
- Bevestiging en erkenning van gevoelens
-Niet corrigeren maar meegaan in beleving (waar mogelijk)

WAT KUN JE DOEN? DOE GOED!
Gericht contact/stel gerust
Oogcontact
Eenvoudige uitleg
Doe samen




Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek eens op
Welke manieren zijn er om om te gaan met de dementerende zorgvrager?
(10 min)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De volgende manieren helpen:
Realiteitsorientatietraining (ROT)
Warme zorg
Validerende benadering
Zintuigactivering
Psychomotorische begeleiding (PMT)
Reminiscentie
Presentiebenadering







Presentiebenadering







Zintuigactivering



Psychomotorische begeleiding (PMT)







Reminiscentie







Presentiebenadering







Warme zorg



Validerende benadering







Zintuigactivering



Psychomotorische begeleiding (PMT)







Reminiscentie







Presentiebenadering

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Beginfase (lichte dementie) 

- Betrokkene merkt zelf dat dingen moeilijker gaan
- Heeft nog inzicht, wil serieus genomen worden
- Soms angstig of boos door verlies van controle :
Realiteitsoriëntatietraining (ROT)
 Ondersteunende communicatie - De persoon heeft nog besef van tijd, plaats en persoon, dus zachte realiteitssteun helpt oriëntatie te behouden.
- Corrigeren mag, maar respectvol en rustig, zonder betutteling.
- Gebruik hulpmiddelen: klok, kalender, dagplanning.


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Middenfase (matige dementie)
- Herinneringen vervagen
- Denkt dat het verleden nu gebeurt
- Kan snel verward of emotioneel raken : 
Validatie of
 Reminiscentie

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eindfase (ernstige dementie)
- Nauwelijks oriëntatie op tijd of persoon
- Communicatie vooral non-verbaal
- Sterke behoefte aan rust, nabijheid, veiligheid

Presentiebenadering
 Belevingsgerichte zorg
zintuigactivering

- De zorgvrager reageert vooral op toon, aanraking, sfeer.
- “Er zijn” is belangrijker dan woorden of uitleg.
- De zorgverlener biedt comfort, nabijheid en geborgenheid.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Medicatie
In Nederland zijn voor het behandelen van de ziekte van Alzheimer, Parkinson dementie en Lewy body dementie vier medicijnen beschikbaar:
 



- Donepezil
      -  Rivastigmine
     - Galantamine
  - Memantine

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

rollenspel
wie wil?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen/ opmerkingen?

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies