Word order 2

1 / 9
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 3

In deze les zitten 9 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de les:


* Kun je Engelse zinnen in de goede volgorde maken
* Weet je wat de bijwoorden van tijd betekenen en kun je ze op de juiste plek in de zin zetten

Slide 2 - Tekstslide

Word order in English
Basisregel:
Wie - Doet - Wat - Waar - Wanneer

Peter plays tennis in the park on Friday
Jenny doesn't take her books to school on Monday
We are going to Paris this summer
Jacky and Fatima love pizza

Slide 3 - Tekstslide

Adverbs of frequency
betekenis:
always = altijd
often = vaak
usually = gewoonlijk
sometimes = soms
never = nooit

Slide 4 - Tekstslide

plaats in de zin:
De 'adverbs' zet je altijd vóór het hele werkwoord (en na don't/doesn't etc)
voorbeeld:
I sometimes eat pizza
My parents don't often go out
They usually take a walk in the park

Slide 5 - Tekstslide

Oefenen
Klik op de link op de volgende dia
Vul je naam in en zet de zinnen in de juiste volgorde
Good luck!!

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Link

Ging het goed? Of vond je het juist lastig? Vertel dat hieronder

Slide 8 - Open vraag

Slide 9 - Tekstslide