2.8 Het weer (A2) - 17-03-2022

• NT2
• MBO
• Studiejaar 1

TC 2.8 Het weer

Het weer 

• Ik kan het weer op de radio en televisie verstaan en begrijpen
• Ik kan zinnen maken die beginnen met een tijd of een plaats
• Ik kan praten over het weer

Kijk naar buienradar.

1. Hoe wordt het weer vandaag?
2. Wat is is voor jou het perfecte weer?

www.buienradar.nl

www.bing.com

Welke woorden waren nieuw voor jou? 

• opnieuw
• nat, natte
• de rest
• prachtig
• de temperatuur
• de zomer
• heet
• zelfs

• regent, geregend (regenen)
• de zon
• schijnt (schijnen)
• bewolkt
• waait (waaien)
• lijkt (lijken)
• de herfst 

Maak een zin met een woord van 2.8

Als je praat over het weer gebruik je 'het'

Het is koud.

Het is warm.

Het regent.

het is lente.

het is slecht weer.

Het regent ...

Zet de woorden op volgorde van 1 naar 5. Begin met: nooit.

nooit

altijd

vaak

soms

meestal

Verder oefenen: Gesprekken in tweetallen

B1: Maak gebruik van vaste combinaties:

-warm/koud hebben

-zin hebben in

-naar huis gaan

-geluk hebben

-heimwee hebben

-naar huis gaan

-last hebben van

-ziek zijn/worden

Het weerbericht: buienradar

Maak een weerbericht van 1 minuut.  Bespreek het volgende:

• temperatuur
• schijnt de zon/bewolkt
• neerslag (regen/sneeuw/hagel)
• benoem het seizoen
• Windkracht (hoe hard waait het)

B1 let op (blz 39):

-zorg ervoor dat het niet saai klinkt

-gebruik je lichaam

-praat rustig en duidelijk

-Bij stress iets vasthouden

Terugblik

• Ik kan het weer op de radio en televisie verstaan en begrijpen
• Ik kan zinnen maken die beginnen met een tijd of een plaats
• Ik kan praten over het weer