Rekenen D1 Paragraaf 1.1

• Rekenen
• MBO
• Studiejaar 1-4

                                                          Welkom!

Vak: Rekenen mbo niveau 4

Blok 1 les 1 en 2

Hoofdstuk 1 Grootheden en eenheden

Paragraaf 1.1 Getallen, grootheden en eenheden

Domein 1

Toets 1

Domein 2

Toets 2

Domein 3

Toets 3

Domein 4

Toets 4

Domein 5

Examen

Lezen H1

Groep: PBSD 

Vak: Nederlands blok 1

Docent: mevrouw K. van Zaalen

Les 1	Les 2	Les 3	Les 4	Les 5	Les 6	Les 7	Les 8	Les 9	Les 10
Introductie	Par. 1.1	Par. 1.2	Par. 1.3	Par. 1.4	Par. 1.5	Par. 1.6	Par. 1.7	Par. 1.8	TOETS

	Wat gaan we doen?
Starten	Opstarten van de les
Voorbereiden	Korte nabespreking instaptoets
Kennis activeren	Uitleg par. 1.1 Getallen, grootheden en eenheden
Kennis trainen	Maken (selectie van) opdrachten par. 1.1
Kennis checken	Nabespreken (selectie van) opdrachten par. 1.1
Afronden	Beantwoorden van individuele vragen
Extra	Herhaling van de introductie

Korte nabespreking instaptoets

Als je naar LessonUp gaat, kan je je resultaten bekijken. Je kan de toets nog niet inzien. Dat is pas mogelijk als alle studenten van deze groep de toets hebben gemaakt.

Je maakt dit cursusjaar na ieder domein een toets of oefenexamen. Ook die worden beoordeeld en voorzien van een cijfer en persoonlijke feedback.

  

Groep maandag
https://lessonUp.app/invite/group/pwmhw

Wat nu?

Studenten die de korte route mogen doorlopen, hebben voor de instaptoets een 7,5 of hoger gehaald. Je kan de korte route alleen doorlopen als je een licentie hebt. Regel die dus snel!

Studenten die de basisroute doorlopen, moeten de licentie uiterlijk in week 6 van de cursus hebben geactiveerd. Zonder licentie kan je daarna niet aan de lessen deelnemen.

LET OP! Vrijstellingen en aangepast examineren

Heb je na 2022 een examen rekenen op 3F-niveau gehaald met een cijfer boven de 5,5?
Dan kan je via het examenbureau een vrijstelling aanvragen. Doe dat vóór 1 juni!

Heb je een verklaring van dyslexie, dyscalculie of adhd? Dan kan je via het examenbureau een aanpassing voor de examens aanvragen. Doe dat ook vóór 1 juni!

[e-mail]

Pauze

Paragraaf 1.1 Getallen, grootheden en eenheden

Leerdoelen

• Ik ken de betekenis van getallen in mijn dagelijkse omgeving.
• Ik herken een grootheid en gebruik een passende eenheid om de waarde uit te drukken.

Een grootheid is iets wat je kan meten. Je geeft een maat weer met een getal en een eenheid, bijvoorbeeld 10 centimeter, 80 liter, 60 minuten of 30 graden Celsius.

Grootheid	Eenheden	Instrument
lengte	centimeter, meter	liniaal
gewicht	gram, kilogram	weegschaal
inhoud	kubieke meter (m 2 ), liter	maatbeker
snelheid	kilometer per uur, meter per seconde	kilometerteller
tijd	seconde, minuut, uur	stopwatch
temperatuur	graden Celsius, graden Fahrenheit	thermometer

Wat is geen eenheid van tijd?

Eenheid?

Een eenheid is iets waarin je een grootheid meet.

1. graad
2. minuut
3. seconde
4. uur

Je rijdt 20 kilometer met een snelheid van
80 km/uur.

Wat is de gebruikte eenheid van tijd in de tabel?

lengte in km	80	20
tijd in ?	60	15

1. uren
2. minuten
3. seconden
4. Ik weet het niet.

Wat is geen eenheid van lengte?

Eenheid?

Een eenheid is iets waarin je een grootheid meet.

1. centimeter
2. decimeter
3. meter
4. ton

Je loopt een marathon over een afstand van
42,195 kilometer.

Wat is de gebruikte eenheid van lengte in de tabel?

lengte in ?	42195	1
tijd in minuten	145	0,0034

1. centimeters
2. meters
3. kilometers
4. Ik weet het niet.

Pauze

Par. 1.1 Onderweg naar het examen

Bij het maken van je examen kijken examinatoren niet alleen naar of je het juiste antwoord op de vraag kan geven. Zij willen ook weten hoe je tot dat antwoord bent gekomen. Dat kan je laten zien door een berekening te maken en die op te schrijven. Dat oefenen we bij het maken van de wekelijkse examenopdrachten. Aan het eind van de lessen van blok 1
maken we alvast wat instapopdrachten.

Niveau?

De examenopdrachten hebben niveau 1 t/m 4. 

Opdracht 1

Mevrouw Da Costa maakt iedere dag een wandeling.

Ze zet daarbij in totaal 10.000 stappen. Een stap is

ongeveer 75 centimeter.

Welke eenheid van lengte wordt in deze opdracht gebruikt?

Welke eenheid van lengte wordt in deze opdracht gebruikt?

1. centimeter
2. decimeter
3. millimeter
4. meter

A Mevrouw Da Costa zet stappen van 75 centimeter. Centimeter is een eenheid van lengte.

Opdracht 2

Mevrouw Da Costa maakt iedere dag een wandeling.

Ze zet daarbij in totaal 10.000 stappen. Een stap is

ongeveer 75 centimeter. 

Bereken hoeveel centimeter mevrouw Da Costa
volgens de stappenteller heeft gelopen.

Bereken hoeveel centimeter mevrouw Da Costa volgens de
stappenteller heeft gelopen.

Bereken het totaal aantal centimeters

9345 x 75 = 700875 cm

Opdracht 3

Bereken hoeveel centimeter mevrouw Da Costa

nog moet lopen om aan haar doel van 10.000

stappen per dag te komen.

Bereken hoeveel centimeter mevrouw Da Costa nog moet lopen
om aan haar doel van 10.000 stappen per dag te komen.

Bereken het restant aan stappen

10000 - 9435 = 655 stappen

Bereken het aantal centimeters

655 x 75 = 49125 centimeter

Opdracht 4

Sjoerd, Hassan en Davy schaatsen de 400 meter.
Davy schaatst over deze afstand 1:59,00.

Welke grootheden komen terug in deze opdracht?  

Welke grootheden komen terug in deze opdracht?

1. lengte en tijd
2. lengte en minuten
3. meters en minuten
4. meters en tijd

A 400 meter is een eenheid van lengte

1:59,00 minuten is een eenheid van tijd.

Opdracht 5

Hassan doet 2,2836 minuten over een afstand

van 400 meter.

Bereken hoeveel meter Hassan per minuut

schaatst. Rond je antwoord af op een heel

getal.

Bereken hoeveel meter Hassan per minuut schaatst.
Rond je antwoord af op een heel getal.

Hassan schaatst 400 meter in 2,2836 minuten.

Deel de afstand door de tijd

400 : 2,2836 = 175,16... m/min

Rond af op een heel getal

175,16.. = 175 meter per minuut

Heb je je leerdoelen gehaald?

Leerdoelen

• Ik ken de betekenis van getallen in mijn dagelijkse omgeving.
  
• Ik herken een grootheid en gebruik een passende eenheid 

     om de waarde uit te drukken.

Volgende week

Je hebt nog 4 weken om je licentie te bestellen

• Bestel de licentie voor NU Rekenen.
• Activeer je licentie voor NU Rekenen.
• Koppel je aan Maas College Rotterdam.
• Koppel je aan klas met de klascode. 

GROEP MAANDAG
School : MAAS COLLEGE ROTTERDAM

Klas : 295199

Methode : NU Rekenen niveau 4

GROEP DONDERDAG
School : MAAS COLLEGE ROTTERDAM

Klas : 357965

Methode : NU Rekenen niveau 4

Pauze

                                                          Welkom!

Vak: Rekenen mbo niveau 4
Docent: Katya van Zaalen

Stel je voor, je loopt op straat en je ziet ineens een
briefje van 50 euro op de grond liggen. Wat doe je?

1. Je pakt het op.
2. Je laat het liggen.

Er zullen maar heel weinig mensen zijn die een briefje van 50 euro op straat laten liggen: het geld ligt namelijk letterlijk voor het oprapen.

Datzelfde is het geval bij het examen rekenen: ook daar liggen de punten vaak voor het oprapen. Je moet natuurlijk wel weten waar die punten liggen. En dát leer je van mij tijdens de online lessen.

Inhoud

1. Leerdoelen van de introductie
2. Belangrijke informatie vak rekenen
3. Belangrijke informatie examen
4. Aanwezigheid en activiteit
5. Regels tijdens de lessen
6. Verplichte instaptoets

1. Leerdoelen van deze introductie

• Je weet met welk examen het vak rekenen wordt afgesloten.
• Je weet wat je moet doen om het (her)examen rekenen te halen.
• Je kunt de richtlijnen benoemen die belangrijk zijn voor het examen.
• Je weet wat jouw basisniveau is en waar je nog mee moet oefenen.

2. Belangrijke informatie vak rekenen

De generieke vakken Engels en Nederlands bestaan uit de onderdelen lezen, luisteren, schrijven en spreken. Je maakt bij ieder onderdeel een apart examen. Het generieke vak rekenen heeft geen onderdelen, maar vijf domeinen. Je kennis van die domeinen wordt in  week 30 getoetst in één instellingsexamen. Je bereidt je voor op dat examen door het maken van wekelijkse online opdrachten, drie toetsen en twee oefenexamens.

Domeinen vak rekenen

	Domeinen	Blok	Niveau
1.	Grootheden en eenheden Herhalen van de basisvaardigheden	1	BBL en BOL niveau 3 en 4
2.	Oriëntatie in de twee- en driedimensionale wereld	2	BBL en BOL niveau 3 en 4
3.	Verhoudingen herkennen en gebruiken	2	BBL en BOL niveau 3 en 4
4.	Procenten gebruiken	3	BBL en BOL niveau 3 en 4
5.	Omgaan met kwantitatieve informatie	3	BBL en BOL niveau 3 en 4

Lesmateriaal

Tijdens de online lessen oefenen we met opdrachten van de methode NU Rekenen van uitgeverij Noordhoff. Voor NU Rekenen heb je een licentie nodig. Aan de eerste 5 lessen kan je deelnemen zonder licentie; vanaf week 6 is een geactiveerde licentie verplicht.

naar de Noordhoff webshop

Verplicht?

Je hebt recht op 2,5 uur rekenonderwijs per week. Je hebt de plicht om een licentie aan te schaffen.

https://www.noordhoff.nl/webshop/product/nu-rekenen-mbo-online-1-jaarslicentie-8717927137659

3. Belangrijke informatie examen

Tijdens het instellingsexamen worden je kennis en vaardigheden van de vijf domeinen van het vak rekenen getoetst. Het examen wordt aan het eind van blok 3 op de vaste leslocatie afgenomen. Je hebt twee uur de tijd om ongeveer 25 opdrachten te maken. Daarbij gebruik je een online rekenblad, rekenmachine en rekenkaart.

Rekenvraag I

Hoeveel minuten heb je per opdracht?

120 : 25 = 4,8 minuten

Slaag- en zakregeling generieke vakken

"Om te slagen voor het examen worden de vakken rekenen, Engels en Nederlands met een voldoende afgerond als er voor maximaal één vak minimaal een (afgeronde) 5, en voor de twee andere vakken een 6 of hoger is behaald."

4. Aanwezigheid en activiteit

Bij de start van de les moet je aanwezig zijn. Je aanwezigheid wordt bijgehouden aan de hand van de tijden waarop je bent ingelogd in Google Meet. Er wordt ook van je verwacht dat je actief meedoet met de lessen en dat je iedere week oefent met de online opdrachten in NU Rekenen. Je aanwezigheid, activiteit én resultaten worden in Yuno bijgehouden. Die komen onder andere ter sprake bij de SLB-gesprekken.

5. Regels lessen en absentie

• Je bent tenminste 80% van de verplichte lestijd aangemeld in Google Meet.
• Je maakt iedere les minimaal vier online opdrachten in NU Rekenen.
• Je maakt minimaal vier van de vijf toetsen en/of oefenexamens.

Rekenvraag II

Wat is 80% van 2,5 uur?

0,5 uur = 30 minuten

1 uur = 60 minuten

2 uur = 120 minuten

120 + 30 = 150 minuten

150 : 100 x 80 = 120 minuten

of 150 x 0,8 = 120 minuten

Beoordeling per blok

Aanwezigheid                                                       Resultaten

Activiteit

9 - 10 lessen = goed

5 - 8 lessen = voldoende

< 5 lessen = onvoldoende

4 online opdrachten* + EO = goed

4 online opdrachten* = voldoende

< 4 online opdrachten = onvoldoende

cijfer hoger dan 8,4 = zeer goed
cijfer tussen 7 en 8,4 = goed

cijfer tussen 5 en 6,9 = voldoende

cijfer lager dan 5 = onvoldoende

* in NU Rekenen

Ben je ziek?

Stuur je vakdocent dan vóór de les een mail en vermeld daarin duidelijk je naam en groep.

Mailadres vermelden in de chat.

Heb je een vraag of opmerking tot nu toe?

Pauze

6. Instaptoets

Je gaat nu een verplichte instaptoets maken. Om die te kunnen maken, moet je je koppelen aan de LessonUp-leerruimte van deze groep. Registreer je via de link in de chat met je Google-schoolaccount ([e-mail]). Je wachtwoord is Mcleerlingnummer#.

Links naar LessonUp leerruimte

Groep maandag
https://lessonUp.app/invite/group/pwmhw

Groep donderdag

https://lessonUp.app/invite/group/fydzd

Waarom moet je een instaptoets maken?

Het is bij de start van deze cursus belangrijk dat je een realistisch beeld hebt van hoe goed je de basiskennis van het vak rekenen beheerst. Die komt aan bod in de instaptoets. Beheers je de basis van het vak rekenen goed genoeg? Dan word je voor blok 1
ingedeeld in de korte leerroute. 

Hoe maak je de instaptoets?

In LessonUp staat de instaptoets voor je klaar. Je hebt de rest van deze les de tijd om alle opdrachten van de toets af te ronden en die in te leveren. Doe je dat? Dan word je voor
les 1 op aanwezig gezet. Doe je dat niet? Dan word je op afwezig gezet. Daarnaast
word je voor de eerste tien lessen automatisch ingedeeld bij de basisroute. 

Heb je een vraag of opmerking?