Het internet

• Ges
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

JdW-kijkwijzer

Lesopbouw:

1. Vooraf:
   Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen
   
   
2. Instructie:
   Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen
   
   
3. Toepassing:
   Actieve verwerking, Formatief handelen 
   
   
4. Evaluatie:
   Afsluiting

              Startklaar

• Op je plek zitten 
• Telefoon in het Zakkie 
  
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

Communicatie en gedrag

week 1	week 2	week 3	week 4
Communicatie en gedrag	Vormen van communicatie + Communicatie-middelen	Communicatie vroeger en nu	Het internet
week 5	week 6	week 7	week 8
Communicatie van planten en dieren	Massamedia	Een wereld zonder internet	Toets + Onderzoek

Statement of inquiry

"Innovations in communication have transformed global interactions and sparked revolutions in information dissemination."

"Innovaties in communicatie hebben wereldwijd veranderingen in informatieverspreiding veroorzaakt."

           Leerdoelen

Aan het eind van deze les

• kunnen we uitleggen wat het internet is en hoe het werkt.
• we can explain what the internet is and how it works.

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

Wat weten we al

?

Wat maakt internet bijzonder als je het vergelijkt met andere communicatiemiddelen?
What makes the Internet special compared to other means of communication?

Wat is telegrafie?

What is telegraphy?

Wat heeft telegrafie met de huidige communicatiemiddelen te maken?
What does telegraphy have to do with today's means of communication?

Introductie

We lezen samen blz 62

en kijken daarna naar het Jeugdjournaal.

Kijkvragen

1. Wat vond jij het belangrijkste bericht? Waarom?

2. Zou dit bericht er anders uitzien in de krant?

Instructie concepten

We lezen samen blz 63/64.

Schrijf de definitie van internet op je aantekenblad.

Instructie concepten

Kijkvragen next video:         1. Wat betekent WWW?

2. Waarvoor dienen de kabels en snoeren?

3. Hoe lang duurt het voor een bericht van de ene naar de andere kant van de wereld is verstuurd?

1. What does WWW mean?

2. What are the cables and wires for?

3. How long does it take for a message to be sent from one side of the world to the other?

Bestuderen bronmateriaal

We lezen klassikaal een verhalende tekst over Khai en Alex, die ook gebruik maken van het internet.

Leesvraag: c nxt sld.

Bestuderen bronmateriaal

Leesvraag: Welke begrippen (woorden) uit de video lees je ook terug in de tekst? Schrijf deze onder elkaar op je aantekenblad, maar laat wel steeds wat ruimte tussen de begrippen!

Reading question: Which concepts  from the video can you also read back in the text? Write these down on your notebook, but always leave some space between the concepts!

Bestuderen bronmateriaal

Check nu nog een keer de video of je niets bent vergeten!

Misschien kun je uit de video nog andere begrippen toevoegen.

 Now check the video again to make sure you haven't forgotten anything!

Maybe you can add other concepts from the video.

Bestuderen bronmateriaal

Welke begrippen hebben jullie opgeschreven?

What concepts did you write down?

Internet

INTERconnected NETworks

Een wereldwijd computernetwerk.

A worldwide computer network.

Server

Server

Een computer die diensten verleent aan meerdere computers in een netwerk (zoals e-mailverkeer)

A computer that provides services to multiple computers in a network (such as e-mail traffic)

E-mail

E-mail

Digitale post.

Digital (Electronic) mail.

Datacentrum

Datacentrum

Een gebouw waar heel veel servers bij elkaar staan.

A building where many servers are located together.

Hotmail

Hotmail

Een dienst om e-mails mee te versturen, aangeboden door een bedrijf.

A service for sending emails, offered by a company.

WWW

WWW

Wereldwijde web.

World Wide Web.

IP-adres

IP-adres

Een soort telefoonnummer van elke computer.

A kind of telephone number of every computer.

DNS-systeem

DNS-systeem

Een soort wegwijzer systeem van het internet.

(Het Domain Name System wordt gebruikt om IP-adressen te vertalen naar domeinnamen.)

A kind of signpost system of the internet.

(The Domain Name System is used to translate IP addresses into domain names.)

Bestuderen bronmateriaal

We lezen tot slot nog de 2e helft van blz 68!

Finally, we read the second half of page 68!

Zendmast

Een hoge, metalen constructie waarop antennes zijn gemonteerd, die radio-, tv- en computersignalen opvangen en ook weer kunnen doorzenden naar andere antennes.

A tall metal structure on which antennas are mounted, which receive radio, television and computer signals and can also retransmit them to other antennas.

Informatieverwerking

Informatieverwerking

1. What route did Alex's video probably take?

2. What other route is also possible?

3. Which parts of the world are very well connected? Why would that be?

4. Which parts of the world are poorly connected to the internet? Why would that be?

Informatieverwerking

Draw a diagram of how the message on Alex's phone 

reaches Khai via the internet. The diagram should show:

1. Alex and Khai's cell phones.

2. The data centers and their locations.

3. The transmission towers and their locations.

4. The path the message takes (for example, through the air or via cables).

 

           Afsluiting

DOE-opdracht van blz 40 in tweetallen.

Benodigdheden: 2 halve A4tjes pp

Tijd: 3 minuten tekenen

+ 1 minuut instructie pp 

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

Leg uit wat het internet is?
Explain what the internet is?

Leg uit hoe het internet werkt!
Explain how the internet works!

Ik kan uitleggen wat communicatie is.
I can explain what communication is.

nee

ja

een beetje

Ik kan uitleggen wat gedrag is.
I can explain what behavior is.

nee

ja

een beetje

Ik kan uitleggen wat communicatie en gedrag
met elkaar te maken hebben.
I can explain what communication and behavior
have to do with each other.

nee

ja

een beetje

Eindslide.

Internet is een heel belangrijk communicatiemiddel voor mensen. In de volgende les leren we meer over hoe dieren en planten met elkaar communiceren.

The internet is a very important means of communication for humans. In the next lesson we will learn more about how animals and plants communicate with each other.