oefenen met breuken

breuken optellen

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 5 ​} + \frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​} =

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 9 ​}

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 2 0 ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​}

\frac{​ 2 3 ​ ​}{​ 2 0 ​}

1 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 2 0 ​}

1 / 22

Slide 1: Quizvraag

WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

breuken optellen

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 5 ​} + \frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​} =

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 9 ​}

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 2 0 ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​}

\frac{​ 2 3 ​ ​}{​ 2 0 ​}

1 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 2 0 ​}

Slide 1 - Quizvraag

Breuken optellen:

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 9 ​} + \frac{​ 3 ​ ​}{​ 7 ​} =

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 9 ​} + \frac{​ 3 ​ ​}{​ 7 ​} = \frac{​ 1 4 ​ ​}{​ 6 3 ​} + \frac{​ 1 8 ​ ​}{​ 6 3 ​} = \frac{​ 3 2 ​ ​}{​ 6 3 ​}

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 9 ​} + \frac{​ 3 ​ ​}{​ 7 ​} = \frac{​ 1 4 ​ ​}{​ 6 3 ​} + \frac{​ 2 7 ​ ​}{​ 6 3 ​} = \frac{​ 4 1 ​ ​}{​ 6 3 ​}

Slide 2 - Quizvraag

Bij breuken vermenigvuldigen moet je gelijknamig maken:

waar

niet waar

Slide 3 - Quizvraag

breuken vermenigvuldigen

2 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 3 ​} \cdot 1 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​} \cdot \frac{​ 2 ​ ​}{​ 6 ​} =

\frac{​ 1 4 ​ ​}{​ 9 ​}

1 \frac{​ 5 ​ ​}{​ 9 ​}

2 \frac{​ 1 2 ​ ​}{​ 7 2 ​}

3 \frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 3 ​}

Slide 4 - Quizvraag

breuken vermenigvuldigen

1 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 5 ​} \cdot \frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​} =

1 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 2 0 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 1 0 ​}

2 \frac{​ 3 ​ ​}{​ 2 0 ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 9 ​}

Slide 5 - Quizvraag

breuken optellen

\frac{​ 6 ​ ​}{​ 5 ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​}

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 1 ​}

\frac{​ 1 8 ​ ​}{​ 2 0 ​} = \frac{​ 9 ​ ​}{​ 1 0 ​}

\frac{​ 1 9 ​ ​}{​ 2 0 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 2 0 ​}

Slide 6 - Quizvraag

breuken optellen

\frac{​ 4 ​ ​}{​ 8 ​}

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​}

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 6 ​}

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 8 ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 4 ​}

\frac{​ 3 ​ ​}{​ 4 ​}

1 \frac{​ 1 ​ ​}{​ 8 ​}

Slide 7 - Quizvraag

Breuken optellen:

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 5 ​} + \frac{​ 2 ​ ​}{​ 1 6 ​} =

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 5 ​} + \frac{​ 1 ​ ​}{​ 8 ​} = \frac{​ 8 ​ ​}{​ 4 0 ​} + \frac{​ 5 ​ ​}{​ 4 0 ​} = \frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 4 0 ​}

\frac{​ 1 + 2 ​ ​}{​ 5 + 1 6 ​} = \frac{​ 3 ​ ​}{​ 2 1 ​} = \frac{​ 1 ​ ​}{​ 7 ​}

Slide 8 - Quizvraag

3 breuken optellen:

\frac{​ 2 ​ ​}{​ 3 ​} + \frac{​ 3 ​ ​}{​ 7 ​} + \frac{​ 4 ​ ​}{​ 5 ​} =

\frac{​ 2 4 ​ ​}{​ 1 0 5 ​} + \frac{​ 4 5 ​ ​}{​ 1 0 5 ​} + \frac{​ 8 4 ​ ​}{​ 1 0 5 ​} = 1 \frac{​ 4 8 ​ ​}{​ 1 0 5 ​}

\frac{​ 7 0 ​ ​}{​ 1 0 5 ​} + \frac{​ 4 5 ​ ​}{​ 1 0 5 ​} + \frac{​ 8 4 ​ ​}{​ 1 0 5 ​} = 1 \frac{​ 9 4 ​ ​}{​ 1 0 5 ​}

Slide 9 - Quizvraag

Een breuk omzetten naar procenten en anders om
20% is ..... wat is NIET juist

hetzelfde als het getal delen door 5

1/5 deel

hetzelfde als het getal keer 0,2

1/20 deel

Slide 10 - Quizvraag

hoeveel procenten is dat?

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 1 4 ​}

40%

50%

60%

70%

Slide 11 - Quizvraag

Hoeveel in procenten?

75%

25%

40%

Slide 12 - Quizvraag

Wat is .... in procenten?

\frac{​ 1 ​ ​}{​ 8 ​}

25%

12,5%

80%

Slide 13 - Quizvraag

welk deel is groen? I
In procenten?

80%

20%

40%

25%

Slide 14 - Quizvraag

5 van de 100 is hoeveel in procenten?

50%

25%

20%

Slide 15 - Quizvraag

5 van de 200 is hoeveel in procenten?

10%

7,5%

2.5%

Slide 16 - Quizvraag

4 van de 100 is hoeveel in procenten?

75%

25%

40%

Slide 17 - Quizvraag

Bereken het marktaandeel
van Toyota in procenten
van de afzet.

666,7%

15%

0,15%

6,7%

Slide 18 - Quizvraag

Van de 50 kinderen zijn 5 kinderen te laat gekomen. Hoeveel procent is dat?

Procenten!

50 %

5 %

1 %

10 %

Slide 19 - Quizvraag

Het totaal aantal procenten van een cirkeldiagram is......?

200%

Dit is afhankelijk van de vraag

360%

100%

Slide 20 - Quizvraag

In 2017 waren er 12 apen in de dierentuin. In 2014 waren er 8.

Wat is de groei in procenten?

25%

50%

75%

150%

Slide 21 - Quizvraag

De prijs per liter melk is in een jaar tijd gestegen
van € 0,76 naar € 0,81.
Hoeveel is de prijs gestegen in procenten?

6,2%

6,5%

6,6%

Slide 22 - Quizvraag

oefenen met breuken

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Quizvraag

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Quizvraag

Meer lessen zoals deze

Een verschil berekenen in procenten

procenten

inleiding Algebraisch rekenen G 31-G32

2.2

breuken en procenten

Procenten

wortels en machten

6.2 Van alle markten thuis?