RAS Diploma - Module 2 - Sanitair
1 / 65
Lesduur is: 60 minIntroductie
Deze les behandelt de werknemersvaardigheid ‘Communiceren’.
De les bestaat uit 15 korte video’s met bij iedere video 1 of 2 kijkvragen, verdeeld over 3 verhaallijnen (5 video's per verhaallijn). De video's en vragen hebben als doel om leerlingen met de docent en met elkaar het gesprek over de werknemersvaardigheid 'Communiceren' aan te gaan.
In iedere verhaallijn volgen we 2 werknemers die allerlei situaties meemaken waarin aspecten van communicatie centraal staan. De verhaallijnen zijn los van elkaar af te spelen, het doorlopen van iedere verhaallijn duurt ca. 20 minuten.
Instructies
Lees via deze link [link toevoegen] de docentenhandleiding waarin we je alles over de inhoud en doorloop van deze les vertellen. Klik op 'Start les' om de les te beginnen.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Wat doe je dagelijks en wat periodiek?
Sleep de werkzaamheden naar de juiste plek.
Dagelijks
Periodiek
Wastafel schoonmaken
Vloer moppen
Wanden schoonmaken
Toiletpapier bijvullen
Toiletbrillen poetsen
Toilet ontkalken
Slide 5 - Sleepvraag
Welke 4 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
d
Wat is de juiste volgorde?
A
Denken, kijken, doen
B
Kijken, denken, doen
C
Doen, kijken, denken
D
Kijken, doen, denken
Slide 9 - Quizvraag
d
Werkt het bijvullen van de handdoekenautomaat en zeepdispenser bij ieder bedrijf hetzelfde?
A
Ja, je kunt altijd via het kijkgaatje zien hoe vol ze zijn
B
Ja, er is maar één bedrijf ter wereld die ze maakt
C
Nee, dit verschilt per bedrijf
D
Nee, er zijn twee soorten die je tegen kunt komen
Slide 10 - Quizvraag
Welke 5 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
d
Waarom is het belangrijk dat je altijd alle spullen die je nodig hebt meteen mee de ruimte inneemt?
A
Omdat ze anders misschien gestolen worden
B
Omdat ze ander misschien vuil worden
C
Omdat je zo hygiënisch werkt
D
Omdat je anders onnodig vaak heen en weer moet lopen
Slide 14 - Quizvraag
Welke 2 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
d
Maakt het uit of je altijd van links naar rechts, of van rechts naar links schoonmaakt?
A
Ja, van links naar rechts is beter
B
Ja, van rechts naar links is beter
C
Nee, je mag per ruimte wisselen
D
Nee, zolang je met jezelf maar een vaste werkwijze afspreekt
Slide 18 - Quizvraag
d
Mag je ook van beneden naar boven werken?
A
Nee, want vuil valt altijd van boven naar beneden
B
Nee, dat is niet goed voor je rug
C
Ja, zolang je maar altijd in dezelfde richting werkt
D
Ja, dat mag je zelf bepalen
Slide 19 - Quizvraag
d
Waarom werk je 'van schoon naar vuil'?
Twee antwoorden zijn goed.
A
Omdat dit nou eenmaal de afspraak is
B
Zodat je vuil niet naar een schoon deel in de ruimte verplaatst
C
Zodat je materialen niet meteen vies worden
D
Omdat je op die manier sneller klaar bent
Slide 20 - Quizvraag
d
Waarom mag je niet twee keer dezelfde plek schoonmaken?
A
Omdat die dan beschadigd kan raken
B
Omdat je dan teveel schoonmaakmiddel nodig hebt
C
Omdat dit slecht voor je rug is
D
Omdat je dan onnodig veel tijd kwijt bent
Slide 21 - Quizvraag
Welke 5 belangrijke regels heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 22 - Open vraag
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
Welke werkzaamheden kun je nu doen?
Sleep de werkzaamheden naar de juiste plek.
Wel
Niet
Deurklink schoonmaken
Toiletrolhouder schoonmaken
Toilet doorspoelen
Lichtknop schoonmaken
Toiletbril poetsen
Toilet ontkalken
Slide 25 - Sleepvraag
d
Waarom steunt ze met haar knie op een dweil? Twee antwoorden zijn goed.
A
Omdat anders haar broek misschien vies wordt
B
Omdat anders de vloer vies wordt
C
Omdat je zo ergonomisch werkt
D
Zodat ze ook meteen de vloer schoonmaakt
Slide 26 - Quizvraag
Slide 27 - Tekstslide
Sleep de stappen in de juiste volgorde
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 1
Laat de borstel in het toilet staan
Maak de toiletpot schoon
Maak de rest van de toiletruimte schoon
Spuit het toilet in en borstel het toilet schoon
Borstel het losgeweekte vuil weg
Slide 28 - Sleepvraag
Slide 29 - Video
d
Waarom maak je vaak met een microvezeldoek schoon? Drie antwoorden zijn goed.
A
Er is geen schoonmaakmiddel nodig
B
Ze kunnen veel vuil en vocht vasthouden
C
Je kunt ze wassen en zo opnieuw gebruiken
D
Ze zijn lekker zacht voor je handen
Slide 30 - Quizvraag
d
Waarom is het belangrijk met een rechte rug te werken?
A
Omdat je anders niet goed bij de wand kunt
B
Omdat de mopsteel vaak niet lang genoeg is
C
Omdat je anders last van je rug kunt krijgen
D
Omdat een toilet vaak een kleine ruimte is
Slide 31 - Quizvraag
Welke 4 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 32 - Open vraag
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Video
d
Mag je de spiegel ook met een papieren doekje schoonmaken?
A
Ja
B
Nee
Slide 35 - Quizvraag
Sleep de stappen in de juiste volgorde
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 1
Reinig de wand achter de kraan
Maak de wasbak schoon
Maak de spiegel schoon
Maak de kraan schoon
Maak de zeep uitstroomopening schoon
Slide 36 - Sleepvraag
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Video
d
Welke onderdelen moet je allemaal schoonmaken?
A
Toiletpot, klink, wasbak, lichtknop, handdoekautomaat, kraan, zeepdispenser, toiletrolhouder
B
Deur, klink, vloer, lichtknop, handdoekautomaat, kraan, zeepdispenser, toiletrolhouder
C
Deur, klink, wasbak, lichtknop, handdoekautomaat, wanden, zeepdispenser, toiletrolhouder
D
Deur, klink, wasbak, lichtknop, handdoekautomaat, kraan, zeepdispenser, toiletrolhouder
Slide 39 - Quizvraag
Welke 4 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 40 - Open vraag
Slide 41 - Tekstslide
Slide 42 - Video
d
Waarom maak je deze materialen met een rode microvezeldoek schoon?
A
Omdat blauwe microvezeldoeken duurder zijn
B
Omdat je deze materialen in het sanitair gebruikt hebt
C
Omdat je die toch al in je hand had
D
Omdat je dan sneller klaar bent
Slide 43 - Quizvraag
Welke 3 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 44 - Open vraag
Slide 45 - Tekstslide
Slide 46 - Video
d
Wat betekent het woord 'hygiënisch'?
A
Netjes en schoon werken
B
Snel en slim werken
C
Snel en schoon werken
D
Netjes en slim werken
Slide 47 - Quizvraag
d
Waarom trek je de tweede handschoen uit door er twee vingers in te steken?
A
Zodat je ergonomisch werkt
B
Zodat je de handschoen sneller uit hebt
C
Zodat je geen vuil krijgt op de vingers van je andere hand
D
Omdat de andere handschoen erg glad is
Slide 48 - Quizvraag
Welke 4 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 49 - Open vraag
Slide 50 - Tekstslide
Slide 51 - Video
d
Wanneer voer je deze periodieke taak uit?
A
Je ziet de periodieke taken, zoals het toilet ontkalken, op je werkplanning
B
Als je zelf denkt dat het nodig is
C
Als je klaar bent met je dagelijkse werkzaamheden
D
Iedere week
Slide 52 - Quizvraag
d
Welke spullen heb je nodig om een toilet te ontkalken?
A
Handschoenen, toiletontkalker, veiligheidsbril, microvezeldoek, inzetborstel
B
Handschoenen, toiletontkalker, veiligheidsbril, inspectiespiegel, inzetborstel
C
Handschoenen, toiletontkalker, glasdoek, inspectiespiegel, inzetborstel
D
Handschoenen, toiletreiniger, veiligheidsbril, inspectiespiegel, inzetborstel
Slide 53 - Quizvraag
d
Waarom draag je een veiligheidsbril bij het ontkalken van een toilet?
A
Omdat je anders niet goed onder de rand kunt kijken
B
Omdat je anders de weerspiegeling van het toilet teveel ziet
C
Om te zorgen dat je geen ontkalker in je ogen krijgt, dat is schadelijk voor je ogen
D
Omdat de ontkalker anders moeilijk te zien is
Slide 54 - Quizvraag
Sleep de stappen in de juiste volgorde
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 1
Breng ontkalker aan en schrob tot je schuim ziet
Maak alle materialen schoon met een rode microvezeldoek
Borstel nogmaals het toilet en spoel het toilet door
Zet je bril op en controleer waar er kalk zit
Spoel de inzetborstel goed uit en controleer het resultaat
Slide 55 - Sleepvraag
Slide 56 - Tekstslide
Slide 57 - Video
d
Wat is de 'kopse' kant van een deur?
A
De bovenkant
B
De onderkant
C
De kant waar de klink in zit
D
De lange smalle zijkant
Slide 58 - Quizvraag
d
Waarom is het belangrijk dat je op één plek blijft staan tijdens het schoonmaken van een deur?
A
Omdat je dan stevig staat als iemand plots de deur open doet
B
Zo voorkom je blessures. Je werkt dan 'ergonomisch'
C
Zo kun je sneller en slimmer werken
D
Omdat je anders niet meer weet waar je gebleven bent
Slide 59 - Quizvraag
Welke 4 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
Slide 60 - Open vraag
Slide 61 - Tekstslide
Slide 62 - Video
d
Waarom maak je eerst de bovenkant en daarna pas de onderkant schoon?
A
Omdat je doek anders te snel vies wordt
B
Omdat het schoonmaken anders teveel tijd kost
C
Omdat je anders niet meer weet waar je gebleven bent
D
Omdat je anders steeds moet wisselen van houding
Slide 63 - Quizvraag
Welke 4 stappen heb je in de video gezien? Schrijf ze op.
