De Overdracht

Overdracht en ontslag in de keten
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Overdracht en ontslag in de keten

Slide 1 - Tekstslide

Welke vormen van overdracht
ken je?

Slide 2 - Woordweb

De overdracht
Als verpleegkundige, verzorgende verzamel je dag in dag uit gegevens. Deze gegevens moeten worden vastgelegd, overgedragen aan collega’s of gedeeld met de patiënt. Hoewel het uitwisselen van deze gegevens ontzettend belangrijk is voor goede zorg, verloopt dit proces helaas lang nog niet altijd soepel.

Slide 3 - Tekstslide

wat is overdracht
Het uitwisselen van patiëntgegevens bestaat uit grofweg drie stappen: 
  • vastleggen  
  • overdragen aan collega’s
  • delen met de cliënt en/of ander instantie

Slide 4 - Tekstslide

Vastleggen
  • gegevensverzameling
  • ondersteuningsvragen, zorgproblemen en zo mogelijk verpleegkundige diagnoses
  • zorgplan (SMART)
  • voortgangsrapportages (SOAP)
  • evaluaties

Slide 5 - Tekstslide

Overdragen aan collegas
  • Schriftelijk
  • Mondeling
  • Combinatie van bovenstaand

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Waar moet je op letten
bij het overdragen?

Slide 8 - Woordweb

Aandachtspunten overdracht
  • Kort en bondig
  • Objectief
  • Privacy gevoelig (plaats) 
  • Mondeling aanvulling op schriftelijk
  • evt via methodiek b.v. SBARR 

Slide 9 - Tekstslide

Wat is waar over redeneerhulpen?
A
Er is geen kennis voor nodig
B
Ze vervangen kennis en ervaring nooit
C
Alleen voor onervaren medewerkers
D
Zijn alleen voor artsen bedoeld

Slide 10 - Quizvraag

SBARR
Door middel van de in Amerika ontwikkelde SBARR-methode kunnen zorgprofessionals gestructureerd en eenduidig met elkaar communiceren over een mogelijk, bedreigende situatie. Deze makkelijk te onthouden methode is van belang om snel maar toch correct te communiceren, zodat de gewenste zorg tijdig gegeven kan worden. Belangrijk doel van de methode is dat de instabiele situatie waarin de patiënt zich bevindt niet ontspoort en de patiënt zo geen schade oploopt.

Slide 11 - Tekstslide

Voordelen SBAR(R)?
  • Consequente informatie overdracht: inhoud verbetert, overdracht wordt korter (overdracht en slechte communicatie = risicomoment)
  • Zorgverlener wordt door stappenplan gedwongen eerst zelf de situatie te analyseren
  • Collega/ Arts krijgt completer beeld; kan adequater reageren
  • Kwaliteit van zorg en teamsamenwerking nemen toe

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

S =Situation (situatie)

Hoe is de situatie waarover je belt?

Wat is jouw relatie tot de patiënt?


Vertel kort iets over het probleem. Bijvoorbeeld: 'Ik ben de verpleegkundige van patiënt ... en ik maak mij zorgen om ...'.

Slide 15 - Tekstslide

B=Background (achtergrond)

De opnamediagnose, lijst van medicatie, allergieën, laboratoriumuitslagen, vitale functies, eventuele voorgeschiedenis.

Bijvoorbeeld: 'De patiënt is opgenomen met ... en gebruikt momenteel ... . Verder heeft patiënt in de voorgeschiedenis een CVA gehad, met hemiparese links als restklacht.'.

Slide 16 - Tekstslide

A=Assesment (beoordeling)

Assessment: Wat is de eigen beoordeling over de situatie? Wat denk je zelf wat er aan de hand zou kunnen zijn?


 Bijvoorbeeld: 'Het probleem zou cardiaal kunnen zijn, maar ik weet het niet zeker.'

Slide 17 - Tekstslide

R=Reccommendation (aanbeveling)

Reccommendation: Wat is de aanbeveling van jou? Wat wil je dat er gaat gebeuren? Wil je dat de arts komt? Moet er medicatie gewijzigd worden?

Bijvoorbeeld: 'Ik denk dat je binnen nu en 30 minuten langs moet komen om de patiënt zelf te beoordelen.'

Slide 18 - Tekstslide

R= 'Repeat' (herhaal).

 Herhaal het antwoord van de zorgverlener nog eens om zo eventuele fouten te kunnen opsporen.


Bijvoorbeeld: 'Dus als ik het goed begrijp, wil je dat ik een hartfilmpje maak en kom je daarna binnen 30 minuten bij de patiënt langs?'

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Door wie is de SBAR methode ontwikkeld?
A
UMCG Groningen
B
V&VN
C
De Amerikaanse marine
D
VMS

Slide 22 - Quizvraag

Bij welke situaties kan de SBAR(R)- methode worden toegepast?
A
Bij een overdracht
B
Tijdens MDO
C
Bij artsenvisite
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 23 - Quizvraag

De verpleegkunde vertelt dat de patiënt bekend is met diabetes mellitus. Bij welke fase past dit?
A
Situation
B
Background
C
Assessment
D
Recommendation

Slide 24 - Quizvraag

De verpleegkunde vertelt de arts dat ze denkt dat de patiënt een nabloeding heeft. Dit past in de fase:
A
Situation
B
Background
C
Assesment
D
Recommendation

Slide 25 - Quizvraag

EINDE

Slide 26 - Tekstslide