Havo 4 - periode 3 - instructie 4 met fragmenten creatief schrijven

1 / 46
volgende
Slide 1: Video
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Slide 2 - Tekstslide

Pas je op dat je je niet [verbranden] aan die hete oven?
A
verbrand
B
verbrant
C
verbrandt

Slide 3 - Quizvraag

Zie je dat [instorten] gebouw daar?
A
ingestortte
B
ingestorte

Slide 4 - Quizvraag

Zowel mijn zusje als mijn moeder [storten] zich vorige week op mijn zelfgebakken taart
A
storte
B
stortte
C
storten
D
stortten

Slide 5 - Quizvraag

Zonder jou had ik nooit dat jij op [durven]!

Slide 6 - Open vraag

Vorig jaar ben ik van Utrecht naar Bilthoven...
A
verhuist
B
verhuisd
C
verhuisdt
D
verhuizd

Slide 7 - Quizvraag

Op onze school (geleden) de regel dat je netjes met elkaar omgaat.
A
geld
B
gelt
C
geldt

Slide 8 - Quizvraag

De deelnemers mochten de netjes (rangschikken) naambordjes zelf pakken
A
ranggeschikde
B
ranggeschikten
C
gerangschikten
D
gerangschikte

Slide 9 - Quizvraag

De militair kreeg door de koning een bijzondere onderscheiding (opspelden).
A
opgespeld
B
opgespelt
C
opgespeldt
D
opgespelld

Slide 10 - Quizvraag

Vroeger (uiten) mannen hun verdriet nog niet zo als nu.
A
uiten
B
uite
C
uitten
D
uitte

Slide 11 - Quizvraag

(houden) je moeder ook zo van friet met mayo?

Slide 12 - Open vraag

Zij heeft altijd in hem (geloven).

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Werk op een blaadje!
timer
2:00

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Vakboek: 13.9, 13.11, 13.12

Slide 17 - Tekstslide

é
accent aigu
è
accent
grave
ô
accent
circonflexe
ç
cedille

Slide 18 - Tekstslide

Werk op een blaadje!
timer
2:00

Slide 19 - Tekstslide

Lever hier je antwoord op de vraag in

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Wat is de juiste spelwijze?
A
uit-treksel
B
uitreksel
C
uittreksel

Slide 22 - Quizvraag

Wat is de juiste spelwijze?
A
seksualiteit
B
sexualiteit
C
seksualitijd

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de juiste spelwijze?
A
omelet
B
ommelet
C
omellet

Slide 24 - Quizvraag

Wat is de juiste spelwijze?
A
gezamelijk
B
gesamenlijk
C
gezamenlijk

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Creatief schrijven?
ZIN IN
Is wel oké
Moet dit echt, Jolijn?!

Slide 28 - Poll

Slide 29 - Tekstslide

Bedenk een personage dat bij het afgespeelde geluidsfragment past.  
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 30 - Tekstslide

Bedenk een tweede personage
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 31 - Tekstslide

Bedenk hoe jouw personages elkaar kennen/ontmoeten
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 32 - Tekstslide

Bedenk een belangrijke, ingrijpende gebeurtenis voor een of meer van de personages.  
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 33 - Tekstslide

Voeg een scène toe met een dialoog.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 34 - Tekstslide

Voeg nog een scène toe met een dialoog.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 35 - Tekstslide

Hoe loopt het verder af? Schrijf een epiloog.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 36 - Tekstslide

Maak je verhaal verder af. Zorg ervoor dat het een logisch, goed te volgen verhaal wordt. Je mag gebruik maken van flashbacks of tijdsprongen.  
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 37 - Tekstslide

Welke personages heb je bedacht?

Slide 38 - Open vraag

Wat is de situering van jouw verhaal?

Slide 39 - Open vraag

Welk conflict/ingrijpende gebeurtenis heb je bedacht?

Slide 40 - Open vraag

Slide 41 - Tekstslide

OUDE FRAGMENTEN
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Video

Tijdens de domeintijd bel ik met alle werkgroepjes om jullie te helpen met jullie verhalen

Slide 45 - Tekstslide

Wat is op jou van toepassing?
A
Ik kan aan de slag!
B
Ik heb straks nog ergens een vraag over

Slide 46 - Quizvraag