communicatie en feedback

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingBeroepsopleiding

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoek de volgende vragen op:
  • Wat is communicatie?  
  • Wat is de definitie van communicatie? 
  • Welke aspecten kent communicatie?
  •  Welke gesprekstecnieken zijn er?
  • Wat zijn de normen en waarden van SVRZ m.b.t communicatie?
  •  Wat is het Johari raam?
  •  Wat is Feedback?


      
                                                          

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Quiz bespreken
Vraag 1: Wat is communicatie?
A
Het overbrengen van informatie van zender naar ontvanger
B
Het overbrengen van informatie van ontvanger naar zender
C
Het overbrengen van informatie van schrijver naar lezer
D
Het overbrengen van informatie van lezer naar schrijver

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

LSD is een vorm van gesprekstechniek ?
A
JUIST
B
ONJUIST
C
Alleen A is Juist
D
A en B zijn Juist

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de definitie van communicatie?
A
Informatie delen
B
Met elkaar in gesprek gaan
C
Uitwisselen van info tussen 2 of meerdere personen
D
Op het internet surfen

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk aspect hoort niet bij communicatie?
A
Boodschap
B
Ontvanger
C
Zender
D
Taal

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is Feedback
A
Commentaar geven
B
Terugkoppelen
C
terug vertellen wat je van een ander hebt gehoord
D
Fouten van een ander benoemen.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het Johari venster
A
Een speciaal raam voor op de PG woning
B
Hulpmiddel om te douche
C
Achterhalen over welke kwaliteiten je beschikt
D
Geen van 3

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer geef je goede feedback?

Als er ....... in zit.
A
Feiten
B
Objectiviteit
C
eigen gevoelens
D
al deze punten

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De sandwich methode is een methode om negatieve feedback te geven?
A
Ja
B
Nee
C
Soms
D
Misschien

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Quiz bespreken

Slide 15 - Tekstslide

Communicatie is een proces van informatie-uitwisseling. Bij communicatie is er altijd sprake van een zender, een boodschap met informatie en een ontvanger. De zender in het communicatieproces probeert informatie over te dragen naar de ontvanger door middel van de boodschap
In de zorg voer je veel gesprekken. Ze hebben een overeenkomst. Je hebt een bedoeling met deze gesprekken, je wilt iets bereiken, bewust of onbewust.

Slide 16 - Tekstslide

Met communicatie wil je een ander iets vertellen of vragen.
Met communicatie zorg je er ook voor dat je beter met elkaar kunt omgaan. Met een dialoog bedoelen we een goed gesprek. ( een tweespraak, samenspraak

Slide 17 - Tekstslide

Bij SVRZ staat de cliënt centraal, daarom is het belangrijk dat jij je realiseert dat jouw werkplek het huis van onze cliënt is. Wat wil zeggen dat jij te gast bent bij de cliënt. Je moet je realiseren dat onze cliënten veelal oudere bewoners zijn met hun eigen normen en waarde. Bij SVRZ vinden wij het ook belangrijk om die te respecteren.
Dit houdt in dat wij : De cliënt benaderen vanuit de ik vorm.
                                  De cliënt met u aanspreken, tenzij de cliënt zelf aangeeft dat je de cliënt mag anders mag noemen.

Slide 18 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Communiceren doe je op verschillende manieren. Door te luisteren, spreken, lezen en schrijven. In een gesprek zijn niet alleen de woorden belangrijk maar ook hoe je deze woorden zegt. De toon van je stem, gezichtsuitdrukking en lichaamshouding. Als je namelijk met een blij gezicht zegt dat je boos bent komt dit niet heel geloofwaardig over. Door verschillende signalen tussen gezichtsuitdrukking , lichaamstaal en datgene wat je zegt kunnen er misverstanden ontstaan en irritaties. Wees jezelf hier erg bewust van 80 procent van je communicatie is namelijk non verbaal. En als er sprake is van emotie in een gesprek letten mensen vaker op de non verbale tekenen dan op het geen er gezegd wordt.

Slide 20 - Tekstslide

Om doelgericht een gesprek te voeren – met een cliënt of een collega - , is het belangrijk van te voren na te denken over een aantal zaken en jezelf een paar vragen te stellen en op zoek gaan naar antwoorden. Raadpleeg een collega, zoek eventueel hulp van een collega of je leidinggevende. Bereid het gesprek goed voor. Om professioneel te communiceren is het belangrijk dat je je je realiseert wat er tijdens de reis door je hoofd gebeurt en wat je daarvan laat zien in je boodschap voor de ander. Als je niet verrast en overspoeld bent door je gedachten en gevoelens, kun je de regie over je interne reactie houden. J
Je kunt rustig nadenken en bewust bepalen hoe je reageert.
Je hebt het gesprek dan ‘in de hand’ en communiceert professioneel. Zie ook Het proces van communiceren. Je emoties reguleren is niet altijd makkelijk, maar je kunt het wel proberen. Een goede voorbereiding op het gesprek helpt daarbij. Als je té veel door je emoties wordt overvallen of als je ‘over de rooie’ gaat, kun je beter stoppen. Zeg dat je te geëmotioneerd bent, ga even weg en haal hulp. Zo ben je weer professioneel bezig. Als anderen emotioneel reageren, blijf dan zelf rustig, ga niet mee in de emoties, en geef de ander de gelegenheid om ‘tot zichzelf’ te komen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Betere communicatie: minder storingen en misverstanden
Meer begrip voor elkaar: je ziet in wat jouw gedrag bij de ander oproept
de ander zich gezien voelt; er is aandacht voor hem, ‘Ik doe ertoe';
de ander weet dat je het gedrag op prijs stelt waar je je compliment op richt;
de ander het benoemde gedrag gaat herhalen;
het zelfvertrouwen van de ander toe neemt;
de ander zich gewaardeerd voelt.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Video

Deze slide heeft geen instructies