Examentraining 2 Aarde

Examentraining 2
In deze examentraining staat de oefening van het onderdeel Aarde centraal. 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Examentraining 2
In deze examentraining staat de oefening van het onderdeel Aarde centraal. 

Slide 1 - Tekstslide

Gebruik de atlas. Behalve het tropisch regenwoudklimaat (Af) komen in Indonesië nog twee klimaten voor.
Geef aan
- welke twee klimaten dat zijn;
- wat voor elk van deze twee klimaten de oorzaak is van de aanwezigheid van dat klimaat in Indonesië.
(3p)
De volgende vragen komen uit het examen 2014, 2e tijdvak

Slide 2 - Open vraag

Gebruik atlaskaart GB55 240D.
Welk deel van Indonesië (kies uit: Kalimantan, Sumatra of Timor) ontvangt in de maand juli de meeste uren zon?
Leg met behulp van het begrip luchtdruk uit dat dit deel van Indonesië in juli de meeste uren zon ontvangt.
Je uitleg moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten. (3p)

Slide 3 - Open vraag

Gebruik atlaskaart GB55 160A.
Op het eiland Sumatra valt in de maand juli in Medan gemiddeld veel minder neerslag dan in Padang. Dit verschil ontstaat door een combinatie van twee oorzaken.
Welke twee oorzaken zijn dit?

Slide 4 - Open vraag

Gebruik atlaskaart GB55 160A.
Het spreidingspatroon van de neerslag op Kalimantan verschilt met dat op Sumatra.
Beschrijf dit verschil in het spreidingspatroon.
Geef de oorzaak voor dit verschil. (2p)

Slide 5 - Open vraag

Gebruik de bronnen (zie volgende dia) en de atlas.
Geef
− de naam van het gesteente waaruit Giant’s causeway bestaat;
− het kaartblad dat aanwijzingen geeft voor de wijze waarop dit
gesteente daar is ontstaan.
De volgende vragen komen uit het examen 2016, 2e tijdvak

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Nadat The Burren was afgevlakt door erosie zijn door een andere exogene kracht allerlei diepe gleuven en spleten ontstaan (zie bron 2) die de kalksteen verdelen in blokken.
Geef de oorzaak van het ontstaan van de gleuven en spleten in de kalksteen.

Slide 8 - Open vraag

Gebruik de atlas.
Ierland ligt op ongeveer dezelfde breedte als Labrador in het oosten van Canada (zie atlaskaart 234; GB55). Toch ligt Ierland in een andere landschapszone dan Labrador. Dit heeft te maken met grote verschillen in temperatuur tussen Ierland en Labrador.
Geef aan:
- in welke landschapszone Ierland ligt en in welke landschapszone het grootste deel van Labrador ligt;
- wat de oorzaak is van de grote verschillen in temperatuur tussen Ierland en Labrador.

Slide 9 - Open vraag

Gebruik de bron.
Zowel het Noordereiland als het Zuidereiland van Nieuw-Zeeland worden
regelmatig getroffen door aardbevingen.
Leg uit op welk van deze twee eilanden alleen ondiepe aardbevingen voorkomen.
Je uitleg moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten. (2p)
De volgende vragen komen uit het examen 2014, 2e tijdvak

Slide 10 - Open vraag

Gebruik de bron.
In de vulkanische zone op het Noordereiland stijgt magma op richting
het aardoppervlak. Ten oosten van de vulkanische zone gebeurt dit niet.
Leg uit dat ten oosten van de vulkanische zone geen magma opstijgt richting
het aardoppervlak.
Je uitleg moet een oorzaak-gevolgrelatie bevatten. (2p)

Slide 11 - Open vraag

Gebruik kaartblad GB55 238.
Nieuw-Zeeland maakt deel uit van de ‘ring van vuur’. Dit is een zone rondom de Grote Oceaan waar veel subductie plaatsvindt. De kaarten A tot en met D geven elk een aanwijzing voor het optreden van subductie in de ‘ring van vuur’.
Neem de letters A tot en met D over op je antwoordblad.
Schrijf achter elke letter een aanwijzing die de betreffende atlaskaart geeft voor het optreden van subductie in de ‘ring van vuur’.

Slide 12 - Open vraag