Economie_formatief handelen presentatie

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GesMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Economie

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

JdW-kijkwijzer
Lesopbouw:

  1. Vooraf:
    Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen

  2. Instructie:
    Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen

  3. Toepassing:
    Actieve verwerking, Formatief handelen 

  4. Evaluatie:
    Afsluiting

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overzicht Periode 3
  • Thema: Kosten en Opbrengsten
  • Benodigde lesmaterialen: boek, laptop, schrift, pen en rekenmachine
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Week 9
Week 10 
Week 11

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

              Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 
timer
3:00

Slide 6 - Tekstslide

Docent staat bij de deur en begroet de leerlingen.
Leerlingen komen binnen gaan op hun plek zitten, doen hun telefoon weg en pakken hun spullen.
Break-even-punt berekenen
formule TO=TK

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Checklist:
  • Bepaal welke voorkennis relevant is voor de nieuwe lesstof.
  • Ontwerp een terugblik-opdracht die deze voorkennis activeert.
  • Overweeg of en hoe thuistalen ingezet kunnen worden om de voorkennis te activeren.
Wanneer maakt een bedrijf (bijv. een supermarkt) geen winst, maar ook geen verlies?

Slide 8 - Woordweb

De docent stelt deze open vraag en geeft denktijd aan de leerlingen. Met deze vraag wil de docent de leerlingen actief aan het denken zetten en voorkennis ophalen.

Alle leerlingen vullen hun antwoord in lessonup in.

In de vorige lessen hebben we het gehad over de Totale kosten (constante kosten en variabele kosten) en Totale opbrengsten van een bedrijf en hoe je dit m.b.v. formules kunt berekenen.

Voorkennis:
Leerlingen weten hoe ze de totale opbrengsten en totale kosten moeten berekenen met behulp van de formule.
Leerlingen weten hoe ze de formules kunnen opstellen uit de gegevens in een tekst.
Leerlingen weten hoe ze vergelijkingen moeten oplossen d.m.v. gelijkstellen.

Misvatting:
Leerlingen denken dat TO = prijs x aantal geproduceerde goederen is i.p.v. TO = prijs x aantal verkochte goederen
Leerlingen weten niet dat variabele kosten afhankelijk zijn van het aantal verkochte producten (de afzet).

Docent bespreekt een aantal gegeven antwoorden door leerlingen een beurt te geven om hun antwoord toe te lichten. 


           Leerdoelen
  1. R Ik leer wat het break-even-punt is.
  2. T1 Ik kan het break-even-punt berekenen met de formule: TO=TK  (Totale Opbrengst = Totale Kosten) 
  3. T2 Ik kan het break-even-punt berekenen met de formule: TO=TK (Totale Opbrengst = Totale Kosten) in een nieuwe context.
Checklist:
  • Het leerdoel is in leerlingentaal geformuleerd.
  • Het leerdoel is volgens de RTTI-methodiek geformuleerd.
  • Het leerdoel geeft een omschrijving van de context (inhoud).
  • Er wordt een werkwoord gebruikt in het leerdoel (gedrag).
  • De condities worden weergeven in het leerdoel (voorwaarden).
  • Er zijn succescriteria gekoppeld aan het leerdoel (norm).

Slide 9 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent introduceert het lesdoel: break-even-punt berekenen.

Leerlingen zijn stil en kijken en luisteren naar de presentatie.

Wat is de juiste formule voor de Totale Opbrengst (TO)?
A
TO = prijs x afzet
B
TO = prijs x aantal geproduceerde goederen
C
TO = prijs x omzet
D
TO = prijs x aantal verkochte goederen

Slide 10 - Quizvraag

Voorkennis activeren/formatief handelen:

Diagnostische vraag:
De docent stelt een diagnostische mc-vraag en geeft denktijd.
Met deze vraag checkt de docent of de leerlingen nog weten hoe je de Totale Opbrengst kunt berekenen m.b.v. de formule en of er misvattingen zijn.

Misvatting: Leerlingen denken dat TO = prijs x aantal geproduceerde goederen is i.p.v. TO = prijs x aantal verkochte goederen

Wat doen de leerlingen?
Leerlingen denken zelf na zonder overleg en beantwoorden de vraag in lessonup.

Docent bespreekt klassikaal een aantal gegeven antwoorden (goed en fout) door leerlingen een beurt te geven om hun antwoord toe te lichten. Eventuele misvattingen worden besproken.

Wat is de juiste formule voor de Totale Kosten (TK)?
A
TK = TCK
B
TK = TCK + TVK
C
TK = TVK
D
TK = TCK - TVK

Slide 11 - Quizvraag

Voorkennis activeren/formatief handelen:

Diagnostische vraag:
De docent stelt een diagnostische mc-vraag en geeft denktijd. Met deze vraag checkt de docent of de leerlingen nog weten hoe je de Totale Kosten kunt berekenen m.b.v. de formule.

Leerlingen denken zelf na zonder overleg en beantwoorden de vraag in lessonup.

Docent bespreekt klassikaal een aantal gegeven antwoorden (goed en fout) door leerlingen een beurt te geven om hun antwoord toe te lichten. 

Gegeven: 8 x q = 420 + 2 x q
Laat met een berekening zien hoeveel q is d.m.v. gelijkstellen (balansmethode)?

Slide 12 - Open vraag

Voorkennis activeren/formatief handelen:

Diagnostische vraag:
De docent checkt met deze diagnostische open vraag of de leerlingen weten hoe ze vergelijkingen moeten oplossen d.m.v. gelijkstellen (balansmethode).

Leerlingen beantwoorden de vraag in lessonup en laten de berekening zien.

Docent bespreekt een aantal gegeven antwoorden (goed en fout) door leerlingen een beurt te geven om hun antwoord toe te lichten. 
Docent geeft uitleg (indien nodig/ afhankelijk van de gegeven antwoorden) en laat op het whiteboard zien hoe je de juiste berekening maakt.

Uitwerking open-vraag:
8 x q = 420 + 2 x q
    8q = 420 + 2q
    6q = 420
      q = 70

Differentiatie:
-Leerlingen die het nog niet snappen  krijgen verlengde instructie van de docent.
-Leerlingen die geen verlengde instructie nodig hebben, maken de verdiepingsopdracht 1 en 2 blz 116
Extra uitleg nodig of aan het werk?
Extra uitleg nodig: doe met de docent mee.
Andere leerlingen: maken verrijkingsopdracht 1 en 2 blz 132 en 133
Checklist:
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp check-vragen, Cornell-methode.
  • Een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren.
  • Meertaligheid functioneel inzetten.
  • Iedereen bij de les betrekken.
timer
7:00

Slide 13 - Tekstslide

Differentiatie:
-Leerlingen die het nog niet snappen krijgen verlengde instructie van de docent.
-Leerlingen die geen verlengde instructie nodig hebben, maken de verdiepingsopdracht 1 en 2 op blz 132 en 133 

Gegeven: 7 x q = 360 + 3 x q
Laat met een berekening zien hoeveel q is d.m.v. gelijkstellen?

Slide 14 - Open vraag

Spiegelvraag:
De docent checkt nogmaals met deze open vraag of de leerlingen weten hoe ze vergelijkingen moeten oplossen d.m.v. gelijkstellen.

Leerlingen beantwoorden de vraag in lessonup en laten de berekening zien.

De docent laat kort op het whiteboard zien hoe je de berekening maakt.
Uitwerking open-vraag:
7 x q = 360 + 3 x q
    7q = 360 + 3q
    4q = 360
      q = 90

Wat is het break-even-punt?
Break-even-punt: Het punt waarop er geen winst of verlies wordt gemaakt.
Formule: TO = TK
Checklist:
  • Interactieve uitleg (responsief): wisbordjes, LessonUp check-vragen, Cornell-methode.
  • Een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren.
  • Meertaligheid functioneel inzetten.
  • Iedereen bij de les betrekken.

Slide 15 - Tekstslide

Instructie:
Docent legt uit wat het break-even-punt is. 
Leerlingen schrijven de definitie op in hun schrift.
           Voorbeeld
Een duurzame waterflessenfabrikant heeft constante kosten van 300 euro. Een waterfles wordt verkocht voor 7 euro en de variabele kosten bedragen 1 euro per stuk. 

Vraag: Bij welke hoeveelheid waterflessen (q) is het break-even-punt (dus maakt het bedrijf winst noch verlies)?
Checklist:
  • Dual Coding (woord en beeld combineren)
  • Concrete voorbeelden
  • Herkenbare voorbeelden gerelateerd aan de leefwereld van de leerlingen

Slide 16 - Tekstslide

Docent leest het voorbeeld voor. 
Leerlingen kijken en luisteren.
Stappenplan break-even-punt
Stappenplan berekenen break-even-punt:
1) TO = prijs (p) x afzet (q) --> stel de formule op met de gegevens uit de tekst.
2) TK = TCK + TVK --> stel de formule op met de gegevens uit de tekst.
3) Break-even-punt: TO = TK  --> punt waar er geen winst of verlies is
4) Bereken de q (afzet) d.m.v. gelijkstellen (balansmethode) --> berekening!

Slide 17 - Tekstslide

Docent introduceert het stappenplan en legt het uit.
Leerlingen schrijven het stappenplan op in hun schrift.
Uitwerking volgens stappenplan
1) TO = 7 x q
2) TK = 300 + (1 x q)
3) Break-even-punt is: TO = TK
     7 x q = 300 + 1 x q
4) 7 x q = 300 + 1 x q
          7q = 300 + q
          6q = 300
             q = 50


Slide 18 - Tekstslide

Docent werkt het voorbeeld hardopdenkend en in kleine stapjes uit a.d.h.v het stappenplan (modelleren).

Leerlingen kijken en luisteren naar de uitleg.
           Aan de slag: opgaven break-even-punt
Maken opdracht 1  (samen met de docent)
Gebruik het stappenplan!

Checklist:
  • Expliciete instructie voor toepassingsopdracht: wat, hoe, hoe lang, klaar?
  • Afwisseling in oefentypes (herkneden van de lesstof)
  • Eerst voordoen, daarna begeleidt inoefenen, vervolgens zelfstanding en weer samen (ik--wij-jij/jullie-wij)
  • Het leren zichtbaar maken (zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode )
  • Differentiëren waar nodig: heterogeen en flexibel.
timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Docent deelt een blaadje waarop het stappenplan staat uit aan de leerlingen ter ondersteuning van kwaliteitsbesef.

Aan de hand van het stappenplan kan de docent mooi stap voor stap voordoen en inoefenen welke stappen ze moeten nemen om het antwoord te berekenen. 

Leerlingen hebben door het stappenplan inzicht wat er van ze verwacht wordt en de docent kan hierdoor makkelijker feedback geven. 

De docent maakt samen met de leerlingen opdracht 1 (in kleine stappen volgens het stappenplan en hardop denkend).

Docent geeft willekeurige beurten aan leerlingen en schrijft de berekening op het bord.
Leerlingen gebruiken het stappenplan en denken en schrijven mee.
           Aan de slag: 
  • Maken opdracht 2  (met degene die naast je zit)
  • Maak daarna opdracht 3 en 4  (zelfstandig)
  • Klaar: vergelijk opdracht 3 en 4 met degene die achter/voor je zit en verbeter zonodig. Ga daarna verder met opdracht 5 t/m 8.
  • Gebruik altijd het stappenplan!

Checklist:
  • Expliciete instructie voor toepassingsopdracht: wat, hoe, hoe lang, klaar?
  • Afwisseling in oefentypes (herkneden van de lesstof)
  • Eerst voordoen, daarna begeleidt inoefenen, vervolgens zelfstanding en weer samen (ik--wij-jij/jullie-wij)
  • Het leren zichtbaar maken (zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode )
  • Differentiëren waar nodig: heterogeen en flexibel.
timer
20:00

Slide 20 - Tekstslide

Leerlingen gaan aan het werk eerst in tweetallen, daarna zelfstandig. Ze vergelijken de zelfstandig gemaakte opgaven met elkaar (kwaliteitsbesef).
Docent loopt rond en geeft transformatieve feedback aan leerlingen. (Indien nodig geeft docent verlengde instructie aan leerlingen die het nog niet snappen).


Een bedrijf maakt en verkoopt insectenhotels. De constante kosten bedragen 1.200 euro. Een insectenhotel wordt verkocht voor 20 euro en de variabele kosten bedragen 12 euro per stuk. 
Vraag: Bij welke hoeveelheid insectenhotels (q) is het break-even-punt (dus maakt het bedrijf winst noch verlies)? 


A
37,5
B
150
C
1192
D
32

Slide 21 - Quizvraag

Spiegelvraag/controlevraag:
Docent stelt een spiegelvraag om te checken of leerlingen de leerdoelen hebben behaald.

Leerlingen maken de vraag m.b.v. het stappenplan en vullen het antwoord in in lessonup. 

Deze spiegelvraag/controlevraag geeft zowel de leerling als docent inzicht in welke mate leerlingen de leerdoelen beheersen.


           Afsluiting
  • Wat hebben we deze les geleerd?
  • Heb je de leerdoelen gehaald?
  • Hoe is het gegaan?
  • Wat kan volgende keer beter?
  • Wat is het huiswerk?
  • Wat gaan we de volgende les doen?

Checklist:
  • Zijn de leerdoelen behaald?
  • Les in context plaatsen van de periode 
  • Het leren en het gedrag samen evalueren
  • Vooruitblikken adhv JdW-planner  

Slide 22 - Tekstslide

Evaluatie/Reflectie:
Docent stelt afsluitende vragen:

Wat hebben we deze les geleerd?
Heb je de leerdoelen gehaald?
Hoe is het gegaan?
Wat kan volgende keer beter?

Leerlingen mogen hun duim opsteken.
Enkele leerlingen krijgen een beurt om de vraag te beantwoorden.

Docent vertelt en schrijft op wat het huiswerk is en wat we de volgende les gaan doen en sluit vervolgens af.

Leerlingen schrijven het huiswerk op en ruimen op.


           Begrippen
           uit deze les
  • Break-even-punt

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tot de volgende les!

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies