Interviewen - type vragen

Na deze les
  • Kun je benoemen wat een interview is
  • Kun je benoemen wat open en gesloten vragen zijn
  • Kun je open en gesloten vragen opstellen
  • Kun je uitleggen wat doorvragen is
  • Je kunt een interview voorbereiden, afnemen en uitwerken
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Na deze les
  • Kun je benoemen wat een interview is
  • Kun je benoemen wat open en gesloten vragen zijn
  • Kun je open en gesloten vragen opstellen
  • Kun je uitleggen wat doorvragen is
  • Je kunt een interview voorbereiden, afnemen en uitwerken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interview

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk je aan
bij een 'interview'?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Een interview...
...Is een vraaggesprek waarbij één of meerdere personen ondervraagt worden door één of meerdere interviewers. 

Het is een methode om informatie te vergaren van de geinterviewde.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van een interview?
  • Iets te weten komen over de geinterviewde persoon
  • Het verschilt per nieuwssoort welke mensen interessant zijn om te interviewen
  • Een interview kan op verschillende manieren; op beeld (tv), geluid (radio/podcast) of geschreven (artikel)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijk bij een interview
  • Verdiep je in de persoon die je gaat interviewen 
  • Zorg dat de geinterviewde zich op zijn/haar gemak voelt
  • Zorg dat je een open houding hebt
  • Blijf objectief, geef niet je mening!
  • Stel je vragen vooraf op
  • Stel open vragen
  • Vraag door!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen een open en een gesloten vraag?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gesloten vraag

Een gesloten vraag kun je kort beantwoorden met bijvoorbeeld 'Ja' of 'Nee'.

Het is dan best lastig een gesprek op gang te krijgen en te houden
Open vraag

Een open vraag kun je meestal niet kort beantwoorden. Je moet meer uitleg geven.

Door het stellen van open vragen krijg je gemakkelijker een gesprek op gang

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Met welke woorden
kun je een open vraag
beginnen?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Begin je open vraag met:
  • Hoe
  • Wat
  • Wanneer
  • Waarom
  • Wie

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kijkopdracht
  1. Turf het aantal open vragen in het fragment
  2. Turf ook het aantal gesloten vragen in het fragment 
  3. Welke verschillen merk je aan de antwoorden?
    Wat voor antwoorden krijg je op gesloten vragen vaak op?
    Hoe verschilt dit op de antwoorden van de open vragen?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Waarom gebruiken journalisten vaker open vragen dan gesloten vragen?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Open maken
Je kunt van gesloten vragen ook open vragen maken. 
Kijk maar:

Gesloten vraag: Gaat het goed met u?

Open vraag: Hoe gaat het met u?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak van de volgende vraag een open vraag: Vind je de nieuwe Iphone mooi?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak van de volgende vraag een open vraag: Heb je de persconferentie gezien?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak van de volgende vraag een open vraag: Ben je blij dat de scholen open blijven ondanks de zoveelste Corona golf?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Doorvragen
  • Na een antwoord kun je even nadenken en doorvragen.
  • Dat betekent dat je met een nieuwe vraag ingaat op het antwoord van de geïnterviewde.
  • Je vraagt door wanneer je het gevoel hebt dat de geïnterviewde nog niet voldoende antwoord heeft gegeven.

antwoord heeft gegeven.

Slide 18 - Tekstslide

Bijvoorbeeld:

Interviewer: “Vindt u uw werk als leraar leuk?”
Leraar: “Ja.”
Interviewer: “Wat vindt u er zo leuk aan?”
Leraar: “Ik vind het heel leuk om met kinderen te werken.”
Interviewer: “Wat vindt u daar leuk aan?”
Leraar: “Kinderen hebben zo’n frisse kijk op de wereld, daar word ik vrolijk van. Wij volwassenen zitten soms nog zo vastgeroest in onze eigen denkbeelden. Door te werken met kinderen kom ik daar een beetje los van.”

Slide 19 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat ging er mis tijdens deze interviews?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe bereid je een interview voor?
  • Maak voor jezelf een vragenlijst met de belangrijkste vragen.
  • Durf ook van je vragenlijstje af te wijken: luister goed naar de geïnterviewde en vraag door wanneer dat nodig is.
  • Schrijf in steekwoorden mee en/of neem het gesprek op met je mobiel.
  • Voor je weggaat: vraag na of je de naam van de geïnterviewde goed hebt gespeld.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interview vragen maken 
In de volgende les gaan jullie interview vragen formuleren voor het interview 'Het feest van de verandering' 

Bedenk wie je eventueel nog meer kan interviewen en wat je kunt vragen. 
(beroep- of opleiding gerelateerd)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik vond deze les nuttig
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Heb je nog tips voor de docent?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies