Week 38

Planning
- Terugblik vorige les adhv quizvragen
- Paragraaf 1.1 mengsels indelen en mengsels/zuivere stoffen
- Opdrachten maken
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Planning
- Terugblik vorige les adhv quizvragen
- Paragraaf 1.1 mengsels indelen en mengsels/zuivere stoffen
- Opdrachten maken

Slide 1 - Tekstslide

Om olie en water te laten mengen heb je ..
A
Een goede mixer nodig
B
een emulgator nodig
C
Tijd nodig
D
niks. Dat lukt nooit.

Slide 2 - Quizvraag

Voorbeelden van een mengsel is:
A
IJzer
B
Brons
C
Goud
D
Zilver

Slide 3 - Quizvraag

Hiernaast zie je een mengsel.
Wat is dit voor een
soort mengsel?
A
Zuivere stof
B
Oplossing
C
Mengsel
D
Suspensie

Slide 4 - Quizvraag

Een mengsel van suiker en water is een (1) en een mengsel van olie en water is een (2).
A
1 = suspensie 2 = emulsie
B
1 = oplossing 2 = nevel
C
1 = oplossing 2 = emulsie
D
1 = nevel 2 = oplossing

Slide 5 - Quizvraag

Hiernaast zie je een mengsel.
Wat is dit voor een
soort mengsel?
A
Zuivere stof
B
Oplossing
C
Mengsel
D
Suspensie

Slide 6 - Quizvraag

Een zout geleidt stroom in de:
A
vaste fase
B
vloeibare fase
C
vaste en vloeibare fase
D
geen enkele fase

Slide 7 - Quizvraag

Leerdoelen
  1. Aan het einde van deze les kun je het verschil tussen een homogeen mengsel en een heterogeen mengsel uitleggen. 
  2. Aan het einde van deze les weet je wat het verschil is tussen een zuivere stof en een mengsel.
  3. Aan het einde van deze les kun je uit een stolcurve/smeltcurve bepalen of het een zuivere stof of mengsel is.

Slide 8 - Tekstslide

Homogeen
Heterogeen
suspensie
emulsie
oplossing
nevel
rook
schuim
legering
lucht

Slide 9 - Sleepvraag

zuivere stof
Een zuiver stof heeft een smeltpunt en een kookpunt
De temperatuur verandert tijdens het smelten of koken niet totdat alles gesmolten of verdampt is

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

mengsel
Een mengsel heeft een smelttraject en een kooktraject
De temperatuur stijgt tijdens het smelten of koken  

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Welke van deze twee
grafieken hoort
bij een mengsel?
A
A
B
B
C
allebei
D
geen van beide

Slide 14 - Quizvraag