8.1 Arbeid

Vandaag
8.4 afmaken & 8.1 starten

  • Administratie & Huiswerk in SOM
  • Quiz energiebalans
  • Vragen over 8.4?
  •  Opgave voordoen op het bord?

  • Uitleg 8.1, Arbeid
  • Zelfstandig werken
  • Vragen over 1 t/m 3?
     één uitwerken???
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
8.4 afmaken & 8.1 starten

  • Administratie & Huiswerk in SOM
  • Quiz energiebalans
  • Vragen over 8.4?
  •  Opgave voordoen op het bord?

  • Uitleg 8.1, Arbeid
  • Zelfstandig werken
  • Vragen over 1 t/m 3?
     één uitwerken???

Slide 1 - Tekstslide

Arbeid
Arbeid is het omzetten van energie. 


(Potentiële) Energie is het vermogen om arbeid te verrichten


Slide 2 - Tekstslide

Arbeid
Arbeid is het omzetten van energie. 
Dit gaat altijd door het uitoefenen van een kracht over een bepaalde afstand. 
 W = F * s

(andersom gezegd:                       
Kracht is de afgeleide van Potentiële Energie:                                     )          

Slide 3 - Tekstslide

Verplaatsing onder een hoek?

Slide 4 - Tekstslide

Arbeid
Arbeid is het omzetten van energie. 
Dit gaat altijd door het uitoefenen van een kracht over een bepaalde afstand. 
In formule vorm:
W=F•s•cos(α)

Slide 5 - Tekstslide

Arbeid in formulevorm
W=F  •  s•cos(α)
(arbeid=kracht   x   verplaatsing in de richting van de kracht)

òf

W=F•cos(α)  •  s
(arbeid=kracht in de richting van de verplaatsing   x   verplaatsing)



Slide 6 - Tekstslide

Zelfstandig werken
eerste 5min. alleen & in stilte

Ga naar blz:
16

En maak opgaven in deze volgorde:
1 t/m 3
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Vandaag
8.1 afmaken

  • Administratie & Huiswerk in SOM
  • Nabespreken vragen 1 t/m 3 ???
  • Uitleg vervolg 8.1
  • Zelfstandig werken: 4 t/m 7, blz. 17

  • Zelfstandig werken
  • Quiz 8.1
  • Vragen 8.1. ??   Uitwerken op bord??

Slide 8 - Tekstslide

Arbeid
Als de kracht en de richting van de verplaatsing dezelfde kant op zijn dan is de arbeid positief.

Slide 9 - Tekstslide

Arbeid
Als de kracht en de richting van de verplaatsing dezelfde kant op zijn dan is de arbeid positief. 
(Er komt b.v. Kinetische energie bij, maar E_pot neemt af)


Slide 10 - Tekstslide

Arbeid
Als de kracht en de richting van de verplaatsing dezelfde kant op zijn dan is de arbeid positief. 
(Er komt b.v. Kinetische energie bij, maar E_pot neemt af)

Als de kracht en de richting van de verplaatsing tegengesteld zijn dan is de arbeid negatief. 


Slide 11 - Tekstslide

Arbeid
Als de kracht en de richting van de verplaatsing dezelfde kant op zijn dan is de arbeid positief. 
(Er komt b.v. Kinetische energie bij, maar E_pot neemt af)

Als de kracht en de richting van de verplaatsing tegengesteld zijn dan is de arbeid negatief. 
(Er verdwijnt b.v. Kinetische energie, maar E_pot neemt toe)

Slide 12 - Tekstslide

Arbeid
Als de kracht en de richting van de beweging haaks op elkaar staan dan is de arbeid 0.

cos(90°) = 0

Slide 13 - Tekstslide

Arbeid
Krachten die gebruikt worden voor de voortstuwing leveren positieve arbeid.

Slide 14 - Tekstslide

Arbeid
Krachten die gebruikt worden voor de voortstuwing leveren positieve arbeid.
Krachten die gebruikt worden om af te remmen leveren negatieve arbeid.

Slide 15 - Tekstslide

Arbeid
Krachten die gebruikt worden voor de voortstuwing leveren positieve arbeid.
Krachten die gebruikt worden om af te remmen leveren negatieve arbeid.
De wrijvingskracht levert (als hij er is) altijd negatieve arbeid. Want de wrijvingskracht is altijd tegen de beweging in. 

Slide 16 - Tekstslide

Zelfstandig werken
20 min. & Begin in stilte + iedereen boek & schrift & pen

Ga naar blz:
17

En maak opgaven in deze volgorde:
4 t/m 7
timer
20:00

Slide 17 - Tekstslide

Rekenen aan arbeid
De formule voor arbeid was:
W=F•s

Slide 18 - Tekstslide

Rekenen aan arbeid
De formule voor arbeid was:
W=F•s
Hierin is:
  •  W (Work) de arbeid in Joule (J)
  • F (Force) de kracht in Newton (N)
  • s (spatium) de afgelegde weg in meter (m)


Slide 19 - Tekstslide

Rekenen aan arbeid
De formule voor arbeid was:
W=F•s
Hierin is:
  •  W (Work) de arbeid in Joule (J)
  • F (Force) de kracht in Newton (N)
  • s (spatium) de afgelegde weg in meter (m)
Bij Fz is s de verplaatsing (Δh)!!!

Slide 20 - Tekstslide

Voorbeeld
Een steen (50 g) valt van 40 m hoogte naar beneden. De gemiddelde wrijvingskracht is 0,25 N.

Bereken de arbeid van de zwaartekracht.
Bereken de arbeid van de wrijvingskracht.

Slide 21 - Tekstslide

Voorbeeld
Fw=0,25 N
m=50 g => Fz=0,49 N
h=s=40 m

Slide 22 - Tekstslide

Voorbeeld
Fw=0,25 N
m=50 g => Fz=0,49 N
h=s=40 m
W Fz=?
W Fw=?

Slide 23 - Tekstslide

Voorbeeld
Fw=0,25 N
m=50 g => Fz=0,49 N
h=s=40 m
W Fz=Fz•h=0,49x40=20 J => + 20J; F en 's' hebben dezelfde richting.

Slide 24 - Tekstslide

Voorbeeld
Fw=0,25 N
m=50 g => Fz=0,49 N
h=s=40 m
W Fz=Fz•h=0,49x40=20 J => + 20 J; F en 's' hebben dezelfde richting.
W Fw=Fw•s=0,25x40=10 J => -10J; F en s hebben een tegengestelde richting.

Slide 25 - Tekstslide

Voorbeeld 2
Een steen (50 g) wordt vanaf een hoogte van 10 m tot een hoogte van 15 m omhoog gegooid en valt daarna terug naar 0 m hoogte.
Bereken de arbeid van de zwaartekracht.

Slide 26 - Tekstslide

Voorbeeld 2
m=50 g => Fz=0,49 N
s=15+25=40 m...
Δh=10 m...

Slide 27 - Tekstslide

Voorbeeld 2
m=50 g => Fz=0,49 N
s=15+25=40 m...
--> Δh=10 m... <--
Het gaat om Fz, dan is de verplaatsing belangrijk!

Slide 28 - Tekstslide

Voorbeeld 2
m=50 g => Fz=0,49 N
s=15+25=40 m...
--> Δh=10 m... <--
Het gaat om Fz, dan is de verplaatsing belangrijk!
W Fz = Fz•Δh=0,49x10=4,9 J 

Slide 29 - Tekstslide

Voorbeeld 2
m=50 g => Fz=0,49 N
s=15+25=40 m...
--> Δh=10 m... <--
Het gaat om Fz, dan is de verplaatsing belangrijk!
W Fz = Fz•Δh=0,49x10=4,9 J 
=> + 4,9 J 
(Verplaatsing is in de richting van de kracht dus +)

Slide 30 - Tekstslide

Oefenen
Bereken de arbeid die de wrijvingskracht (80 N) verricht op een fietser die 30 min lang met 18 km/h fietst. 

Slide 31 - Tekstslide

uitwerking
F=80 N
s=v•t= 0,5 h x 18 km/h = 9 km  
W Fw=F•s=80x9000=720 kJ
wrijvingskracht; dus F en s tegengesteld 
-> -720 kJ

Slide 32 - Tekstslide

Oefenen 2
Piet heeft een marsreep gegeten (520 kJ) en gaat daarna fietsen met een snelheid van 24 km/h. Tijdens het fietsen oefent hij een spierkracht uit van 40 N.
Hoelang moet hij fietsen om de energie uit de reep te hebben opgebruikt?

Slide 33 - Tekstslide

Oefenen 2
E=W=520 kJ
v=24 km/h=6,67 m/s
F=40 N
W=F•s => s=W/F=520 000/40=13 000 m
t=s/v=13 000/6,67 = 1,95 ks (0,54 h)

Slide 34 - Tekstslide

Samenvatting
Arbeid is het omzetten van energie

Slide 35 - Tekstslide

Samenvatting
Arbeid is het omzetten van energie
De grootte bereken je met behulp van W=F•s

Slide 36 - Tekstslide

Samenvatting
Arbeid is het omzetten van energie
De grootte bereken je met behulp van W=F•s
Als de kracht en de verplaatsing dezelfde kant op zijn is de arbeid positief. Zijn ze tegengesteld dan is de arbeid negatief. Staan ze haaks op elkaar dan is er geen arbeid door die kracht.

Slide 37 - Tekstslide

Samenvatting
Arbeid is het omzetten van energie
De grootte bereken je met behulp van W=F•s
Als de kracht en de verplaatsing dezelfde kant op zijn is de arbeid positief. Zijn ze tegengesteld dan is de arbeid negatief. Staan ze haaks op elkaar dan is er geen arbeid door die kracht.
(cos 0=1, cos 90=0 en cos 180=-1)

Slide 38 - Tekstslide

Wat is nog niet (helemaal) duidelijk van de afgelopen les en wil je het graag nog een keer over hebben?

Slide 39 - Open vraag