§1.4 Aan het werk

Welkom!
Ga op je plek zitten,
doe je telefoon in de telefoontas,
pak je ipad/boek alvast voor!
Log in op lessonup en volg de les.

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Welkom!
Ga op je plek zitten,
doe je telefoon in de telefoontas,
pak je ipad/boek alvast voor!
Log in op lessonup en volg de les.

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 4: 
Mensen en machines
§1.4 
aan het werk

Slide 2 - Tekstslide

Lesplanning 
Aanwezigheid, boekencontrole en huiswerkcontrole

Mededelingen: 

Uitleg van §1.4 Aan het werk 

Maak van §1.4 Aan het werk vraag 1 t/m 9

Lesdoelencheck

Vooruitblik op de volgende les

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen van deze les
  1. Welke 3 beroepssectoren er zijn?
  2. Wat betekend het begrip arbeidsintensief?
  3. Welke sector is kapitaalintensief? leg uit waarom.
  4. Leg uit waarom mensen in arme landen vooral in de landouw werken.

Slide 4 - Tekstslide

Wat weet jij van de vorige keer?

Slide 5 - Woordweb

3 beroepssectoren
  1. Primaire sector: Landbouw
  2. Secundaire sector: Industrie
  3. Tertiaire sector: Diensten
       

Slide 6 - Tekstslide

Landbouwsector
Landbouw haalt producten uit de natuur: Akkerbouw, veeteelt, visserij, tuinbouw en mijnen.

Arbeidsintensief
Er is veel arbeid nodig is om producten te kunnen produceren.


Beroepen:
Boer, tomatenkweker, mijnwerker, visser enz.  





Arbeidsintensief

Slide 7 - Tekstslide

In welke landen is de primaire sector vaak nog vrij groot?
De achterblijvers, economisch minder sterke landen.

In welke landen is de primaire sector vaak nog vrij groot?

Slide 8 - Tekstslide

Arme landen
  • In arme landen zijn de meeste mensen werkzaam in de landbouw, omdat ze hun eigen voedsel moeten verbouwen.

  • Veel producten die wij hier kopen worden gemaakt in fabrieken in arme landen, omdat de lonen daar laag zijn.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Industriesector
Werk in de fabriek:
  • Hier maakt men van GRONDSTOFFEN een PRODUCT
  • Auto-industrie, scheepswerf, staalindustrie

Beroepen:
  • Fabrieksmedewerker
  • lasser 
  • lopende band medewerker 
kapitaalintensief
Er is veel kapitaal (geld) nodig om al die machines te kunnen betalen.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Dienstensector
Iets voor een ander doen.

Je verleent een ander persoon een dienst.


Beroepen:

Leraar, verpleegkundige, dokter, notaris, politieagent, winkelier

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Aan het werk
Wat: lees en maak van §1.4 aan het werk 1 t/m 9

Wanneer: deze les, en wanneer je het niet af krijgt, thuis afmaken!

Hulp:   de theorie (lees goed!)
              buurman/buurvrouw naast je
              de docent

Klaar: herhaling of verdieping

Tijd: timer

timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

Lesdoelencheck
  1. Welke 3 beroepssectoren er zijn?
  2. Wat betekend het begrip arbeidsintensief?
  3. Welke sector is kapitaalintensief? leg uit waarom.
  4. Leg uit waarom mensen in arme landen vooral in de landouw werken.

Slide 16 - Tekstslide

Wat heb je geleerd deze les?

Slide 17 - Woordweb

Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll