Elektriciteit

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Elektriciteit

Hoofdstuk 1

Energie

Energie verandert

Overal is energie voor nodig. 

Broodje eten (Chemische energie) nodig voor rennen (bewegingsenergie)

Energie wordt omgezet van één vorm naar de ander en gaat niet verloren, het verdeelt zich. 

Opdracht

Noteer de grootheid en de eenheid van energie (zie blz. 5)

Grootheid =
Eenheid =

Soorten energie

Bewegingsenergie

Elektrische energie

Warmte

Chemische energie

Zwaarte-energie

stralingsenergie

Vermogen

Het vermogen van een apparaat zegt iets over hoeveel energie het per seconde kan verplaatsen. 

Opdracht

Noteer de grootheid en eenheid van het vermogen

Maak opdracht 6 en 7

Hoofdstuk 2

Energietransport

Stroomkring

• Gesloten stroomkring
• +/-
• Lading

Geleiders

Hoofdstuk 3

Spanning

Magneten

aantrekken en afstoten

noordpool - zuidpool

Doen

     5

Opdracht 14

Spanning

kleine deeltjes (+ of -) die elkaar aantrekken en afstoten

normaal deeltjes keurig verdeeld, verdeling verstoren:                                    spanning

Doen

     5

Opdracht 15

Spanning

kleine deeltjes (+ of -) die elkaar aantrekken en afstoten

normaal deeltjes keurig verdeeld, verdeling verstoren:                                    spanning

Doen

   8-11

Opdracht 15

demo: doen 7, doen 12, doen 13

Spanning en stroomkring

230 V uit elk stopcontact - welke situatie?

12 V

12 V

12 V

12 V

12 V

4 V  4 V  4 V

Huiswerk

lezen en maken blz 21

Hoofdstuk 4

stroom

Elektrische stroom

Verplaatsen van deeltjes -> elektronen

Ampéremeter

Stroom (I) meten in Ampère (A)

Doen

13 + 14 (ook met spanningsmeter)

Stroomsterkte en spanning

Stroomsterkte (I) geeft aan hoeveel deeltjes er in één seconde op een bepaalde plek in een stroomkring voorbij komen.

Stroom door een draad

Spanning (U) is de hoeveelheid elektrische energie die de deeltjes mee krijgen.

Spanning over een draad

Oefenopgaven

Vul de ontbrekende informatie in

Grootheid	Symbool	Eenheid	Symbool
Spanning
	I
		Joule
			W

Benoem onderstaande schakelsymbolen

Teken de schakelsymbolen

Lampje

(open) schakelaar

spanningsmeter

Elektrische stroom

Hoe noemen we stoffen die elektrische stroom makkelijk doorlaten?

Geef 3 voorbeelden.

Berekenen

Een laptop oplader heeft een vermogen van 65 Watt. Deze levert een spanning van 19,5 volt aan de laptop. 

Bereken de stroomsterkte van de stroom die door de adapter gaat. 

Spanningsbronnen

Noem drie verschillende spanningsbronnen.

Wat is de netspanning in Nederland?

Serie of parallel?

Geef voor de schakelschema's aan of het een serie of parallelschakeling is. 

A =

B = 

C = 

Schakelaars

Welke lampjes branden als:

- Schakelaar A open is?

- Schakelaar B open is?

- Schakelaar C open is?

2

1

C

A

B

Batterijen

Onderstaande batterijen hebben elk een spanning van 1,5 Volt. Wat is de totale spanning?

Schakeling

De batterij levert een totale spanning van 12 V en een totale stroomsterkte van 0,30 A. De lampjes zijn identiek.

1. Bepaal de spanning over lampje 1. 

2. Bepaal de spanning over lampje 2 en 3. 

3. Bepaal de stroomsterkte over lampje 1.

1

2

3