Wis A §4.3 en 4.4 Combinaties + combinaties toepassen

vorige les: Is herhaling mogelijk?
Ja:  7 . 7.  7 


nee: permutatie of faculteit of 

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
wiskunde AVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

vorige les: Is herhaling mogelijk?
Ja:  7 . 7.  7 


nee: permutatie of faculteit of 

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les:  Permutaties en faculteit
Permutaties: 
Een ander woord voor permutatie is rangschikking
De volgorde is van belang!
Bij een permutatie mogen géén herhalingen voorkomen.
Notatie: 8 npr 5  = 6720     (8.7.6.5.4=6720)
Faculteit:
Notatie: 5! =120       (5.4.3.2.1=120) 

Slide 2 - Tekstslide

voorbeelden
  • Op hoeveel manieren kunnen gouden en zilveren medailles bij  8 sporters van een wielerwedstrijd terechtkomen?
Herhaling is niet toegestaan, want je kunt niet zowel de gouden als de zilveren medaille winnen. 
De volgorde maakt wel uit: dus je kiest permutatie    
8 nPr 2= 56    (8.7=56)
  • Op hoeveel manieren kun je 5 boeken op een rijtje zetten?
 Herhaling kan niet.  Je kiest faculteit    5! =120     (5.4.3.2.1=120)

Slide 3 - Tekstslide

Deze les: Combinaties
Hoeveel mogelijke groepjes van 2 leerlingen kun je maken?
5 leerlingen( A B C D E) , 2 dezelfde klusjes.          
Herhaling is niet toegestaan . Volgorde is niet  van belang!
AB BA CA DA EA
AC BC CB DB EB
AD BD CD DC EC
AE BE CE DE  ED       5 x 4= 20   20 : 2 =10 mogelijke groepjes. 
Gr: 5 math , kans, nCr, 2 , enter

      

Slide 4 - Tekstslide

Zo noteer je combinaties

Slide 5 - Tekstslide

combinaties
Je gebruikt combinaties als je wilt berekenen op hoeveel manieren je k dingen kunt kiezen uit n dingen, waarbij de volgorde niet uitmaakt.
Je noteert combinaties anders. 
Je spreekt het uit als: "n boven k"
"Uit n dingen kies ik er k"
voorbeeld :  8 leerlingen van de 63 vullen eenzelfde enquête in. Hoeveel mogelijke groepjes kun je maken? Herhaling is niet toegestaan. Het gaat om dezelfde enquête, dus volgorde niet van belang). Je gebruikt  combinaties. n=63 k=8

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

aantallen vermenigvuldigen
kaartjes schoolfeest verkopen : 
2 leerlingen : één jongen en één meisje
keuze uit 4 jongens en 5 meisjes
Hoeveel mogelijke groepjes?
antwoord:  4x5=20
Hierna een voorbeeld waarbij je het aantal jongens en meisjes eerst moet uitrekenen voordat je kan vermenigvuldigen

Slide 8 - Tekstslide

Aantallen combinaties optellen en vermenigvuldigen
In het volgende voorbeeld van Menno gebruik je de vermenigvuldigingsregel en de somregel.
Dit keer in een situatie waarin je met combinaties te maken hebt.
Let of de woorden EN  en OF
Het woord minstens is een signaal woord: somregel gebruiken

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Tekstslide

Huiswerk 
Maak opdracht 41 t/m 50. Meteen na iedere opdracht nakijken!
Werk voor je thuiswerkdag: opdracht 51 t/m 54 maken

Slide 12 - Tekstslide