3.2 Stroomgebieden en stroomstelsels

3.2 Stroomgebieden en stroomstelsels
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

3.2 Stroomgebieden en stroomstelsels

Slide 1 - Tekstslide

Lesplanning
Terugblik vorige les
Uitleg 3.2
Zelfstandig aan de slag

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik vorige les
- in welke 3 vormen komt water voor?


  • vast als sneeuw en ijs
  • vloeibaar als water en regen
  • gasvorming als waterdamp

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik vorige les
Welke soort rivieren zijn er?

  • gletsjerrivier 
  • regenrivier
  • gemengde rivier
  • wadi

Slide 4 - Tekstslide

Terugblik vorige les
In het westen van Nederland komt veel brak water voor, dit is:
  • een mix van zoet en zout water

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg 3.2
15 min. +-

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoel
Je weet uit welke onderdelen een stroomstelsel bestaat

Slide 7 - Tekstslide

Stroomgebied Rijn en Maas

Slide 8 - Tekstslide

Bovenloop -                  Middenloop                         Benedenloop
Bron van de rivier       Middelste gedeelte          Laatste gedeelte.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

1. De bovenloop: 
Hoog in de bergen, begin rivier. Groot hoogteverschil --> hoge stroomsnelheid --> veel erosie .

2. De middenloop: 
Vaak door een dal. Matige stroomsnelheid--> matige erosie--> weinig sedimentatie

3. De benedenloop: 
Dicht bij de monding waar de rivier door een riviervlakte stroomt. Lage stroomsnelheid --> weinig erosie --> veel sedimentatie 

Slide 11 - Tekstslide

Een stroomgebied is het verzamelgebied van een rivier (neerslag + grondwater)

De waterscheiding bepaalt naar welke rivier het water stroomt

Slide 12 - Tekstslide

De waterscheiding is de grens tussen 2 stroomgebieden

Slide 13 - Tekstslide

Leerdoel
Je begrijpt dat debiet iets anders is als verval en de verhang de stroomsnelheid bepalen


Slide 14 - Tekstslide

Regiem:
Het verschil in waterafvoer van een rivier gedurende het jaar 
(hoog=groot verschil)

Debiet:
De totale hoeveelheid water die een rivier op een bepaald punt afvoert

Slide 15 - Tekstslide

Debiet en regiem
Debiet: de hoeveelheid water 
                die een rivier afvoert op een bepaalde plek  (in m3/sec)

Regiem: verdeling van water dat gedurende het jaar door de rivier stroomt.

Slide 16 - Tekstslide

Verval
De Rijn stroomt 175 km door Nederland en mondt uit in de Noordzee. 
Het hoogteverschil tussen Lobith en de zee is 14 m.

Dit heet het verval -> het hoogteverschil tussen twee punten langs een rivier.

Slide 17 - Tekstslide

Verhang
Als je 14 m het hoogteverschil deelt met het aantal km tot de zee - 175, dan krijg je het hoogteverschil per km.
Dit heet het verhang.

14m : 175 km = 
14m: 175 000m= 0,08m = 8cm

Slide 18 - Tekstslide

Verval en verhang

Slide 19 - Tekstslide

Verval=
hoogteverschil=
2500-2000= 500 m

Slide 20 - Tekstslide

Zelfstandig werken
3.2 opdr. 1, 3, 4, 5 (opzoeken googlemaps) en opdr. 6

Klaar ?
Examentraining op blz. 118
opdr. 1 t/m opdr. 8

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide