AFP DA1.3. Week 11 les 2

AFP 
Les 8
Leerjaar 1
Periode 3

1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
Anatomie Fysiologie PathologieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

AFP 
Les 8
Leerjaar 1
Periode 3

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesinhoud
Welkom + Osiris
Aan de slag met opdracht geneesmiddelen bloedziekten
Opdracht bloedstolling nakijken in tweetallen
Theorie leukemie (medische kennis 2.2.1)
Afsluiting en huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het eind van de les kan je:
  • Verschillende bloedziekten toelichten + de bijbehorende medicijnen. 
  • Uitleggen wat leukemie is en wat de behandeling is


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige les
Nog invullen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werken aan opdracht geneesmidelen bij bloedziekten (zie cum laude)
timer
20:00

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werken aan mindmap of andere opdracht (als je klaar bent)
timer
20:00

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mindmap
Pak je mindmap erbij en zorg dat je hem kunt delen met de groep. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld Mindmap
Vertel wat je weet:
bloedplaatjes bloedplasma
rode- en witte bloedcel

Slide 8 - Tekstslide

Deel de verschillende mindmappen. Op dit plaatje is een voorbeeld te zien. Niet alles in verwerkt!
Wat vind je nog lastig?
Hoe ga je dat aanpakken?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leukemie

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij al over leukemie?

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Bloed bestaat uit:
plasma, 
Globuline - zorgt vooral voor de verdediging tegen verkeerde stoffen in het bloed.
Fibrinogeen - zorgt ervoor dat het bloed gaat stollen.
rode bloedlichaampjes, 
witte bloedlichaampjes  
bloedplaatjes. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De rode bloedlichaampjes (erytrocyten)
Witte bloedlichaampjes (leukocyten)
De bloedplaatjes (trombocyten) 
 beenmerg
de milt
Zorgen voor het vervoer van zuurstof naar alle weefsels in het lichaam. 
verdedigen het lichaam tegen ziektekiemen en infecties.
spelen een belangrijke rol bij de bloedstolling
heeft een belangrijke functie bij de aanmaak van bloed. 
rode bloedlichaampjes afgebroken en witte bloedlichaampjes aangemaakt.

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar vind je beenmerg in het lichaam?

Slide 14 - Open vraag

in de platte botten, zoals het borstbeen en het bekken, worden nieuwe bloedcellen aangemaakt: rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes. De witte bloedcellen zorgen ervoor dat vreemde indringers in het lichaam, zoals virussen en bacteriën, worden bestreden.
Bij leukemie verloopt dit proces verstoord

Leucocyten
granulocyten, witte bloedcellen met korrels (granulae) in de cel;

monocyten, witte bloedcellen met een grote, onregelmatige kern;
lymfocyten, witte bloedcellen met een grote, ronde kern.

Witte bloedlichaampjes verdedigen - tegen ziektekiemen en infecties.
 Kunnen van vorm veranderen: uitrekken, door de wand van een bloedvat op zoek te gaan naar ziektekiemen. 
Deze ziektekiemen worden omsingeld en vervolgens vernietigd.


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Leukemie
Te veel witte bloedcellen, 
Niet rijp. 
Productie van de normale bloedcellen in het beenmerg in het gedrang.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke gevolgen ontstaan bij te weinig rode bloedcellen?

Slide 18 - Open vraag

Anemie 

Bij bloedarmoede zit er te weinig hemoglobine in het bloed. Het bloed kan dan te weinig zuurstof naar de lichaamscellen brengen. Dit kan klachten geven, zoals moe zijn, duizeligheid, het gevoel hebben dat u flauwvalt of snel kortademig worden.
Bleek
Pijn op de borst / hartkloppingen
Hoofdpijn
Prikkelbaar / concentratieproblemen
Nachtzweten
misselijk
Welke gevolgen ontstaan bij te weinig rijpe witte bloedcellen?

Slide 19 - Open vraag

Leukopenie

groter risico op infecties
Mond-keelholte
luchtwegen
urinewegen
Welke gevolgen ontstaan bij te weinig bloedplaatjes

Slide 20 - Open vraag

Trombopenie

Makkelijk blauwe plekken krijgen
bloedend tandvlees
heftige menstruatie
Puntvormige bloedinkjes in de huid. Petechiën 
 Aanvankelijk - beenmerg - overmaat aan onrijpe bloedcellen. Na verloop van tijd - onrijpe cellen ook in  bloedbaan - dus in organen terecht. 

Bepaalde weefsels - overvol -  met abnormale cellen. 
Vergrote lymfeklieren, een vergrote milt en/of een vergrote lever.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

oorzaken

Erfelijke aanleg;
blootstelling aan radioactieve straling;
bepaalde chemische stoffen zoals benzeen;
bepaalde geneesmiddelen tegen andere vormen van kanker;
roken;
bepaalde virussen.





Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderzoeken
Bloedonderzoek
Beenmergpunctie
Chromosomale afwijkingen (cytogenetische anlayse)
Voorspellende waarde voor het aanslaan van therapie

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Soorten leukemie
Acute Leukemie 
Acute Myeloïde Leukemie (AML)
Acute Lymfatische Leukemie (ALL)
Ernstig- op korte termijn, dodelijk gevolg. 
Chronische leukemie
Chronische myeloïde leukemie (CML) 
Chronische lymfatische leukemie (CLL) 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Acute Myeloïde Leukemie (AML)
Door beschadiging van het DNA van beenmergcellen.
Het beenmerg - voorlopercellen aan - ontwikkelen tot leukemische witte bloedcellen,  'myeloblasten' 
Onrijpe granulocyten
kort voorstadium van algehele malaise
snel een ernstig ziektebeeld
 sterke infectie- en bloedingsneiging. 
afname van het aantal granulocyten 
 toename van het aantal myeloblasten, de voorlopers van de myeloïde cellen. 
Daling van het aantal trombocyten en erytrocyten. 
Komt vaker bij oudere mensen voor.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Symptomen
Infecties, ernstig van verloop door de afname van het aantal granulocyten (granulocytopenie;

anemie;
huid- en slijmvliesbloedingen door de de afname van het aantal trombocyten (trombocytopenie);
zelden vergroting van de milt, vaak geen lymfeklierzwellingen.


Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke behandeling zou kunnen worden gegeven bij AML?

Slide 27 - Woordweb

chemo 

Stamceltransplantatie  (chemo en bestraling) toedienen gezonde stamcellen)
Behandeling
Symptoom behandeling
* breedspectrum antibiotica
* Transfusies - Trombocyten, erytrocyten
In remissie brengen
Altijd chemotherapie langdurig
met of zonder adjuvante bestraling
Sommige gevallen beenmergtransplantatie 

Slide 28 - Tekstslide

complete remissie
 er microscopisch geen kankercellen meer aanwezig zijn. 
Acute lymfatische leukemie (ALL)
De jongste voorvormen (de lymfoblasten) van de lymfocyten (witte bloedcellen met een grote ronde kern) een kwaadaardig karakter gekregen. 
Ze rijpen niet meer uit
 delen zich onbeperkt en verdringen de andere bloedcellen

ALL meest bij kinderen tot een jaar of 14 voorkomt 
Ongeveer 80% van de kinderen met leukemie heeft lymfatische leukemie 
vrijwel altijd de acute vorm. 
Vooral jonge kinderen van rond twee, drie jaar worden door de ziekte getroffen.



Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke symptomen kan je zien bij ALL

Slide 30 - Woordweb

hoge koorts;
angina tonsillaris;
lymfeklierzwelling;
vergrote lever en milt;
huid- en slijmvliesbloedingen;
ernstige infecties;
anemie;
meningitis (in sommige gevallen)
behandeling
Zonder behandeling overlijden zorgvragers met deze vorm van leukemie binnen enkele weken of maanden nadat de diagnose is gesteld.
Symptoom behandeling
breedspectrumantibiotica 
eventueel granulocytentransfusies 
trombocytensuspensies 
Immunotherapie
Chemotherapie

Slide 31 - Tekstslide

Deze behandeling is bedoeld om kankercellen te bestrijden met het eigen afweersysteem. Bij leukemie wordt een cytostaticum gekoppeld aan antistoffen. Deze antistoffen hechten zich aan de leukemiecellen. Het cytostaticum vernietigt vervolgens ter plaatse de leukemiecellen. Een voordeel bij deze behandeling is dat de normale cellen nagenoeg gespaard blijven. De behandeling met immunotherapie is nog in ontwikkeling en vindt plaats in onderzoeksverband.

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Beenmergtransplantatie
Systemische behandeling van kanker. Deze werkt dus op het hele lichaam.
 Daarbij wordt het zieke beenmerg dat afwijkende witte bloedcellen – kankercellen – produceert, vervangen door gezond merg.
Afstoting is een mogelijkheid
Sterk verminderde weerstand
via infuus
autogeen of allogeen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

autogeen

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Allogeen

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij een allogene beenmergtransplantatie is de kans op afstoting groter
Waar
Niet waar

Slide 36 - Poll

Waar, is niet lichaamseigen

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Chronische myeloïde leukemie (CML) 
Proces ontwikkelt zich veel langzamer
Afwijkende bloedcellen rijpen meer dan bij acute leukemie. 
Veel oudere (rijpe) bloedcellen 
zeer zeldzaam
Kan overgaan in AML
Behandeling hetzelfde (soms beenmergtransplantatie, mits patiënt niet te oud is)
Medicatie kan het proces vertragen


Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke symptomen denk je te verwachten bij CML?

Slide 39 - Open vraag

Soms jarenlang geen klachten
vermoeidheid,
gewichtsverlies,
Koorts
nachtelijk transpireren

Chronische lymfatische leukemie (CLL) 
 soms bij toeval vastgesteld bij bloedonderzoek.
Patiënten zijn vaak ouder (boven de 50).
Uit bloedonderzoek blijkt de aanwezigheid van grote aantallen volwassen uitziende lymfocyten, terwijl enkele lymfklieren en de milt opgezet kunnen zijn.
Soms is behandeling niet direct nodig.
Als behandeling wel nodig is, worden medicijnen voorgeschreven.
Evt. dagbehandeling (toediening van bloedtransfusies, chemokuren en bestraling).
CLL is ongeneeslijk, maar niet altijd dodelijk.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Hoe is de prognose van chronische lymfatische leukemie?

Slide 42 - Open vraag

De prognose is goed. De ziekte is vaak jarenlang rustig zonder symptomen. Eventueel kan de ziekte heel goed behandeld worden met cytostatica.
Waarom moet iemand de eerste weken na een stamceltransplantatie geïsoleerd worden verpleegd

Slide 43 - Open vraag

Het oude zieke beenmerg is vóór de transplantatie door medicijnen (opzettelijk) vernietigd, maar hiermee is ook de afweer, die gedurende het leven is opgebouwd, verloren gegaan. De afweer moet weer helemaal worden opgebouwd. Het is een kwetsbare fase waarin de gevoeligheid voor infecties hoog is.
Welke vormen van therapie worden er bij leukemie toegepast

Slide 44 - Open vraag

Chemotherapie,  stamceltransplantatie, onderhoudstherapie na goed resultaat van de begintherapie
Noem een vijftal symptomen van leukemie.

Slide 45 - Open vraag

bleekheid door bloedarmoede;
spontane blauwe plekken door tekort aan bloedplaatjes;
vermoeidheid;
onbegrepen koorts;
zwelling van milt, lever en/of lymfeknopen;
snel last van infecties door te weinig witte bloedlichaampjes;
botpijnen.
Huiswerk
  1. Afmaken van opdrachten en doornemen van leerstof wat je nog niet hebt gedaan
  2. Volgende les boek geneesmiddelen kennis mee

Zorg dat je alle MBO leren af hebt voor de toets! 
Zie de deadline in de studentenplanning

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies