Woche 6

Woche 6 9/12
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Woche 6 9/12

Slide 1 - Tekstslide

Wilkommen!
Stunde 15 P2

Slide 2 - Tekstslide

SE 3 Woorden, literatuur en leesvaardigheid deel 1 
(120 min 30%)
  • Woorden Duits – Nederlands : Leidenlijst helemaal / Text Zentral K1 tm 6 en B1 Treffend! K11 tm 16
  • Literatuur – opdrachten en bundeltje zie ook in bestanden teams.
  • Leesteksten CITO

LZ Je weet wat er de komende periode van je verwacht wordt en hoe je te werk gaat.

Slide 3 - Tekstslide

weektaak 6
  1. Literatur Jahrhundertwende
  2. Text Zentral K6
  3. Treffend! B1 K16
  4. Leesteksten oefenen VWO TVII 2024


HW weektaak woorden leren!!
Leren Leidenlijst helemaal 
Leren Text Zentral K1 tm 6
Leren Treffend! B1 K11 tm 16

Slide 4 - Tekstslide

Lernziel Stunde 15
  1. Je oefent CITO vragen bij leestekst
  2. Je kunt der Panther, van Rainer Maria Rilke analyseren.

Slide 5 - Tekstslide

CITO Text 9 
6 punten x 3,5 minuut =  19 minuut (NIET 37)

  • titel/ ondertitel vertalen - bekijk plaatje
  • waar gaat het over? andere info?
  • bekijk kort de vragen bij de tekst en bepaal hoe je te werk gaat... aantal/ soort bepaalt hoe je te werk gaat
L1 Je oefent CITO vragen bij leestekst

Slide 6 - Tekstslide

antwoorden
33 D
34 D
35 cabd
36 D
37 Niet
38 B
39C

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Jahrhundertwende
der Panther 
LZ2 Je kunt der Panther, van Rainer Maria Rilke analyseren.

Slide 9 - Tekstslide

der Panther
samen analyseren


LZjJe kunt der Panther, van Rainer Maria Rilke analyseren.

Slide 10 - Tekstslide

Analyse der Panther
thema's literaire stroming?
1. Welk genre? Epik, Lyrik of Dramatik?
2. opmaak/strophes, rijmschema, metrum
3. inhoud, woordgroepen
4. stijlfiguren?
a. welke stijlfiguren worden er gebruikt?
b. Geef een volledige definitie van de stijlfiguur
c. Citeer minstens twee voorbeelden per stijlfiguur
5.Waarom past dit werk zo goed in deze literaire periode? Geef tenminste 3 voorbeelden

Slide 11 - Tekstslide

Alliteratie
Alliteratie is een stijlfiguur waarbij twee of meer opeenvolgende woorden beginnen met dezelfde medeklinker of klank. Het wordt vaak gebruikt om een tekst ritmisch of melodieus te maken en om nadruk te leggen op bepaalde woorden
Dinggedicht
Een dinggedicht is een gedicht waarin een voorwerp (een “ding”) centraal staat. Het object wordt niet alleen beschreven, maar vaak ook verbeeld of bezield, zodat het een diepere betekenis krijgt. Het gaat dus niet om het praktische gebruik van het ding, maar om de indruk, gevoelens of gedachten die het oproept..

LZjJe kunt der Panther, van Rainer Maria Rilke analyseren.

Slide 12 - Tekstslide

waarom Dinggedicht/ typisch Jahrhundertwende
1 Het object staat centraal: Het gedicht draait volledig om de panter in de kooi, niet om de dichter zelf. Rilke beschrijft het dier als een “ding” dat door zijn gevangenschap tot een object is geworden.
2 Verbeelding en bezieling: Hoewel het een dier is, wordt het gepresenteerd als een statisch object, bijna een kunstwerk. Rilke geeft het panterbeeld een innerlijke dimensie: de kracht en majesteit van het dier zijn nog voelbaar, maar opgesloten.
3 Geen praktische beschrijving: Het gaat niet om feitelijke kenmerken van een panter, maar om de ervaring van opgesloten zijn, de verloren vrijheid, en de tragiek van stilstand.

 In plaats van een objectieve beschrijving, toont Rilke de innerlijke toestand van het dier – een typisch modernistisch kenmerk.

Slide 13 - Tekstslide

Wilkommen!
Stunde 16 P2 
Alleen 6Vdu1

Slide 14 - Tekstslide

Lernziel Stunde 16
  1. Korte herhaling der Panther
  2. Kort oefenen Leesvaardigheid
  3. je breidt je examenwoordenschat uit.

Slide 15 - Tekstslide

Analyse der Panther
thema's literaire stroming?
1. Welk genre? Epik, Lyrik of Dramatik?
2. opmaak/strophes, rijmschema, metrum
3. inhoud, woordgroepen
4. stijlfiguren?
a. welke stijlfiguren worden er gebruikt?
b. Geef een volledige definitie van de stijlfiguur
c. Citeer minstens twee voorbeelden per stijlfiguur
5.Waarom past dit werk zo goed in deze literaire periode? Geef tenminste 3 voorbeelden

Slide 16 - Tekstslide

Alliteratie
Alliteratie is een stijlfiguur waarbij twee of meer opeenvolgende woorden beginnen met dezelfde medeklinker of klank. Het wordt vaak gebruikt om een tekst ritmisch of melodieus te maken en om nadruk te leggen op bepaalde woorden
Dinggedicht
Een dinggedicht is een gedicht waarin een voorwerp (een “ding”) centraal staat. Het object wordt niet alleen beschreven, maar vaak ook verbeeld of bezield, zodat het een diepere betekenis krijgt. Het gaat dus niet om het praktische gebruik van het ding, maar om de indruk, gevoelens of gedachten die het oproept..

LZjJe kunt der Panther, van Rainer Maria Rilke analyseren.

Slide 17 - Tekstslide

waarom Dinggedicht/ typisch Jahrhundertwende
1 Het object staat centraal: Het gedicht draait volledig om de panter in de kooi, niet om de dichter zelf. Rilke beschrijft het dier als een “ding” dat door zijn gevangenschap tot een object is geworden.
2 Verbeelding en bezieling: Hoewel het een dier is, wordt het gepresenteerd als een statisch object, bijna een kunstwerk. Rilke geeft het panterbeeld een innerlijke dimensie: de kracht en majesteit van het dier zijn nog voelbaar, maar opgesloten.
3 Geen praktische beschrijving: Het gaat niet om feitelijke kenmerken van een panter, maar om de ervaring van opgesloten zijn, de verloren vrijheid, en de tragiek van stilstand.

 In plaats van een objectieve beschrijving, toont Rilke de innerlijke toestand van het dier – een typisch modernistisch kenmerk.

Slide 18 - Tekstslide

CITO Text 6 
1 punt x 3,5 minuut 

  • titel/ ondertitel vertalen - bekijk plaatje
  • waar gaat het over? andere info?
  • meteen naar de vraag. Goed lezen en alle woorden kennen uit de vraag.
L1 Je oefent CITO vragen bij leestekst

Slide 19 - Tekstslide

Wortschatz üben
op de computer: Quizlet woorden oefenen 
K6 Text Zentral / K16 B1 Treffend!/ Basiswoordenlijst

op papier: Text Zentral alinea 3+4 vertalen, uitschrijven in je schrift. (15min) / Treffend K16 Aufgabe 9,11,14, 24,27,28,30

LZ je breidt je examenwoordenschat uit. 

Slide 20 - Tekstslide

Wilkommen!
Stunde 17 P2 


Slide 21 - Tekstslide

Lernziel Stunde 17
  1. Je analyseert de parabel van Kafka door de vragen te beantwoorden en de opdrachten te maken.

Slide 22 - Tekstslide

Vor dem Gesetz - Frans Kafka
herhalen Jahrhundertwend

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

LZ Je analyseert de parabel van Kafka door de vragen te beantwoorden en de opdrachten te maken.

Slide 28 - Tekstslide