Financieel 1 les 3

Financieel 1
Les 3
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerkoopcijfersMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Financieel 1
Les 3

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
Week 1: 5.7
Week 2: 5.8
Week 3: 6.1 & 6.2
Week 4: 6.3 & 6.4
Week 5: 6.5 & 6.6
Week 6: Oefenen (en Toets financieel 1 Yassin en Collin)
Week 7: Toets
(Week 8: Herkansing toets)


Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn kosten?

Slide 3 - Open vraag

Kosten
De kosten vertegenwoordigen de geldwaarde van alles wat je inbrengt in een bedrijf om een product of dienst voort te brengen.

Loonkosten
Inkoopwaarde van ingekochte goederen
Reclamekosten
Huur winkelpand

Slide 4 - Tekstslide

Wat zijn soorten kosten die je hebt als ondernemer in de retail?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Wat is lekkage?

Slide 7 - Open vraag

Financieel 1
Vaak wordt gedacht: goede verkoopcijfers zijn hoge verkoopcijfers.. Maar zelfs met heel hoge verkoopaantallen kun je verlies lijden als je de kosten niet in de hand hebt of als de verkoopprijs te laag is.

In deze lessenserie gaan we bezig met Financieel

Slide 8 - Tekstslide

Boek Financieel 1
Opdrachten maken in boek
of digitale leeromgeving

Slide 9 - Tekstslide

Nut van deze les
Aan het einde van de les..

.. weet je wat een break-evenpunt is.
.. leer je de integrale kostprijs te berekenen.

Slide 10 - Tekstslide

Financieel beleid
Financieel beleid heeft alles te maken met inzicht in de cijfers van je bedrijf. 
En met het nemen van beslissingen op basis van die cijfers

Hoe hoog zijn de kosten? Kan ik de kosten verlagen? Wanneer maak ik nog winst?

Slide 11 - Tekstslide

Planning
Periode 1: H1&2
Periode 2: H3
Periode 3: H4&5
Periode 4: H5&6

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Kosten
De kosten vertegenwoordigen de geldwaarde van alles wat je inbrengt in een bedrijf om een product of dienst voort te brengen.

Loonkosten
Inkoopwaarde van ingekochte goederen
Reclamekosten
Huur winkelpand

Slide 14 - Tekstslide

Break-evenpunt berekenen
Als je een bepaalde hoeveelheid vaste kosten maakt, is het nuttig om te weten hoeveel producten je moet verkopen om die vaste kosten terug te verdienen. En hoeveel je moet verkopen om een veilige marge aan te houden en te zorgen voor voldoende winst

Hoe je dat doet? Dat gaan we leren in hoofdstuk 6

Slide 15 - Tekstslide

Winst..??
De opbrengst van een onderneming bestaat uit de omzet vanuit de verkoop. Om het bedrijfsresultaat te berekenen, moet je daar de inkoopwaarde van de omzet en de exploitatiekosten nog van aftrekken. 

Om zoveel mogelijk winst te maken moet je de 
exploitatiekosten zo laag mogelijk houden.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

6.1 Constante en variabele kosten
De indeling in constante en variabele kosten is gebaseerd op het karakter van de kosten:

Hangen ze af van hoeveel je maakt of verkoopt, of niet?

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

6.2 Verloop van de variabele kosten
Variabele kosten lopen op wanneer je meer gaat verkopen. 

Meestal zijn de variabele kosten per stuk gelijk. 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht
Maak opdracht 2 t/m 6

Slide 24 - Tekstslide

Doel behaald van deze les?
Aan het einde van de les..



.. weet je wat een break-evenpunt is.
.. leer je de integrale kostprijs te berekenen.

Slide 25 - Tekstslide

Challenge 3

Maak opdracht 2 t/m 6



Slide 26 - Tekstslide