1.5 Het beplantingsplan

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
BeroepsoriëntatieMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 3,4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Combinaties maken met planten

Beplantingsplan = tekening op schaal waarop staat welke planten waar komen en in welke aantallen.
Plan voor 1 jaar of langere tijd
Plantenkennis
Eindbeeld = hoe ziet een plant eruit als zij uitgegroeid is

Slide 2 - Tekstslide

Een beplantingsplan maken
Beplantingsplan maken op basis van tuinontwerp op schaal.
  • lijst met geschikte planten maken
  • eindbeeld onderzoeken
  • met potlood namen invullen waar jij ze mooi vindt staan (let op kleur, hoogte en vorm)
  • baken de plantruimte af met lijntjes (plantvakken)
  • nummer de plantvakken

Slide 3 - Tekstslide

Een beplantingsplan maken (2)
Beplantingsplan maken op basis van tuinontwerp op schaal.
  • zet de nummers op een aparte lijst = beplantingslijst
  • gum de plantnamen uit in de plantvakken en kleur de plantvakken in met bijvoorbeeld de bloem- of bladkleur van de plant.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Plantverbanden
Plantverband = planten zo plaatsen dat ze volgroeid voldoende ruimte hebben
  • recht verband
  • verspreid verband
  • verspringend verband
  • driehoeksverband

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Wat staat er in een beplantingsplan?
A
een combinatie van tegels en houtwerk voor de tuin
B
een combinatie van straatmateriaal en planten
C
een combinatie van plantennamen met daarbij de aantallen per plantvak
D
een combinatie van houtwerk en plantmateriaal voor de tuin

Slide 8 - Quizvraag

Het nummer van een plantvak correspondeert met een nummer op de beplantingslijst.
Wat staat er bij het nummer op de lijst?
A
De bloemkleur en de hoogte van de plant
B
De naam van de plant en de hoeveelheid planten
C
Zon- of schaduwbehoefte van de plant
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 9 - Quizvraag

Jasper plant viooltjes in rijen. Tussen de rijen zit 25 cm. De planten in de rij staan 25 cm uit elkaar.

Welk plantverband gebruikt Jasper?
A
recht verband
B
verspreid verband
C
verspringend verband
D
driehoeksverband

Slide 10 - Quizvraag