7.3 Basen - sterk en zwak

7.3 Basen - sterk en zwak
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

7.3 Basen - sterk en zwak

Slide 1 - Tekstslide

Deze les
  • Vragen huiswerk? 
  • Uitleg 7.3 deel 1

  • Maken 20, 22, 26 + 29

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Je leert wat de werking van basen is
  2. Je leert dat er zwakke en sterke basen zijn en wat het verschil is tussen deze 2

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling: geef de vergelijking van het oplossen van perchloorzuur (HClO4)

Slide 4 - Open vraag

Basen

  • Basen kunnen een H+ deeltje opnemen
  • Kenmerkende deeltje in een oplossing is OH-
  • Voorbeeld: natriumhydroxide (in oplossing heet het natronloog)
NaOH (s) --> Na+ (aq) + OH- (aq)

Slide 5 - Tekstslide

Sterke basen
  • Sommige basen noemen we sterk
  • Nemen volledig H+ op (alle moleculen) en reageren direct met water (aflopende reactie)
  • VB: natriumhydroxide
  • Oplossing van ionen van sterke base bestaat niet: het reageert direct met water. 
Na2O + H2O --> 2 Na+ + 2 OH-
BINAS 49
Uitzondering: zouten met OH- erin!! 

Slide 6 - Tekstslide

Zwakke basen
  • Sommige basen noemen we zwak
  • Niet alle basen nemen H+ op --> evenwichtsreactie 

  • vb: ammoniak, natriumcarbonaat
  • Notatie afhankelijk van de fase van de stof (vast of opl.)
Na2CO3 (s) + H2O <-> 2 Na+ + HCO3- + OH-
CO32- (aq) + H2O <-> HCO3- + OH-


Slide 7 - Tekstslide

Verstopte basen
Basen zitten vaak verstopt in zouten: MgS, NaOH, KIO, etc. 
Zouten staan niet in 49, alleen de basische ionen. 

Als dit zo is: eerst oplosreactie van het zout. Direct daarna reactie waarbij base H+ opneemt. 

Bij basische zouten waarin in de tekst staat dat het gaat om een vaste stof, schrijf je de hele stof. Gaat het om een oplossing? Schrijf je de base (aq)

Slide 8 - Tekstslide

Bijzondere deeltjes
  • Sommige deeltjes zijn zuur en base
  • vb: HCrO4-, HCO3-
  • De andere deeltjes bepalen dan of het zich gedraagt als zuur of als base. 

  • Sommige stoffen vallen uit elkaar als ze ontstaan
  • H2CO3 en H2SO3 (zie binas!)

Slide 9 - Tekstslide

Deze les
  • Vragen huiswerk? 
  • Uitleg 7.3 deel 1
  • Maken 20, 22, 26 + 29

Slide 10 - Tekstslide