Les 1 2022/2023

Hoera, we mogen weer....
we mogen weer naar school
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoera, we mogen weer....
we mogen weer naar school

Slide 1 - Tekstslide

Welkom!

          


                                     Economie

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag: eerste les van meneer Kikkert

Slide 3 - Tekstslide

Wie is Meneer Kikkert?

Slide 4 - Tekstslide

Benodigdheden elke les
  • Boek Pincode
  • Rekenmachine
  • Pen en potlood
  • Schrift 

Slide 5 - Tekstslide

Afspraken/regels
  • Bij binnenkomst je eigen plaats opzoeken, spullen op tafel leggen
  • Altijd boek, pen, schrift en rekenmachine mee
  • Het opgegeven huiswerk is gemaakt
  • Je bent stil tijdens de les als daarom gevraagd wordt
  • Als je iets wilt zeggen steek je eerst je vinger op!
  • Lokaal netjes houden: geen eten en drinken in de les
  • In de leswisselingen naar de wc/spullen uit kluisje halen
  • Je bent op tijd in de les
  • Je hebt respect voor de docenten EN voor elkaar!

Slide 6 - Tekstslide

Verwachtingen van docent
  • er is een goede (onderlinge) sfeer in de les
  • we doen goed mee met de les
  • we luisteren goed naar elkaar en reageren niet steeds op elkaar
  • iedereen doet zijn best voor economie

Slide 7 - Tekstslide

economie gaat volgens mij over:

Slide 8 - Woordweb

Economie gaat over keuzes maken
  • Die jij zelf maakt
  • Die bedrijven maken
  • Die winkels maken

                        En.... welke gevolgen hebben die keuzes?

Slide 9 - Tekstslide

Waar gaan de keuzes over?
  • Hoe kom je aan geld?                                                       (Inkomsten)
  • Waar kun je het geld aan uitgeven?                             (Uitgaven)
  • Waarom zou je het geld daaraan uitgeven?           (Investeren)
  • Wat zijn de gevolgen van een keuze?                          

Slide 10 - Tekstslide

Wat is geld?
Een definitie van geld:
Geld is een betaalmiddel. Je kunt er op verschillende plaatsen mee betalen en je kunt er verschillende producten mee kopen.


In Europa heeft een groot aantal landen dezelfde munt: de euro.
Vanaf 2019 worden de volgende bankbiljetten gemaakt: 5, 10, 20, 50, 100 en 200 euro.
En er zijn euromunten van 1, 2, 5, 10, 20 en 50 eurocent en van 1 en 2 euro.
Let op! Tot 2018 werden er ook biljetten van 500 euro gemaakt.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Geld

Slide 13 - Tekstslide

Hoe kom jij aan geld?

Slide 14 - Woordweb

Hoeveel zakgeld of kleedgeld krijg jij?

Slide 15 - Open vraag

Stel je werkt 3 uur in de week.
Hoe wil je betaald worden?
A
€ 50,- per week
B
€ 200,- per maand

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Video

Als je per kwartaal € 250,- aan kleedgeld krijgt,
hoeveel krijg je dan per week?

Slide 18 - Open vraag

€ 5,- zakgeld per week is per maand
A
€ 20,-
B
€ 21,67
C
€ 21,83
D
€ 22,50

Slide 19 - Quizvraag


Rekenen van maand naar jaar, week etc.
  • 1 jaar = ? maanden
  • 1 jaar = ? weken
  • 1 jaar = ? dagen
  • 1 jaar = ? kwartalen
  • 1 kwartaal = ? maanden
Altijd eerst naar jaar en dan naar dag/week/maand!

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Afronden bij economie
  • Afronden van geld: altijd 2 decimalen.
  • Afronden van procenten: 1 decimaal.
  • Afronden getallen: 1 decimaal.
  • Afronden mensen, dagen, etc.: heel getal.
  • Tenzij er anders gevraagd wordt.

Slide 22 - Tekstslide

Afronden
€ 4,5799 wordt

Slide 23 - Open vraag

Afronden
3,53529% wordt

Slide 24 - Open vraag

Afronden
€ 79,998 wordt

Slide 25 - Open vraag

Afronden
4,53529 wordt

Slide 26 - Open vraag

Slide 27 - Tekstslide

0

Slide 28 - Video

Huiswerk: 
volgende les
doornemen paragraaf 1.1

Slide 29 - Tekstslide