T3 - 3.1 Hoe betaal je?

Wat doen banken?
Hoofdstuk 3
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Wat doen banken?
Hoofdstuk 3

Slide 1 - Tekstslide

Wat doen banken?

Slide 2 - Woordweb

Hoe betaal je?

Slide 3 - Tekstslide

Bespreken vraag 1

Slide 4 - Tekstslide

Ruil

Slide 5 - Tekstslide

Peter zet, in ruil voor een warme maaltijd, IKEA-meubels in elkaar voor Wilma. Is dit directe of indirecte ruil?
A
Directe ruil
B
Indirecte ruil

Slide 6 - Quizvraag

Geldfuncties

Slide 7 - Tekstslide


A
Ruilmiddel
B
Rekenmiddel
C
Spaarmiddel

Slide 8 - Quizvraag


A
Ruilmiddel
B
Rekenmiddel
C
Spaarmiddel

Slide 9 - Quizvraag


A
Ruilmiddel
B
Rekenmiddel
C
Spaarmiddel

Slide 10 - Quizvraag

Chartaal geld

Slide 11 - Tekstslide

Bespreken vraag 4
  • Ruilmiddel
  • Spaarmiddel

Slide 12 - Tekstslide

Bespreken vraag 5
  • Dit hebben we met elkaar 'afgesproken'. Voor iedereen is het briefje hetzelfde waard.

Slide 13 - Tekstslide

Giraal geld
Geld op de bankrekening
                     --> betaalrekening
                     --> lopende rekening
                     --> rekening courant

Slide 14 - Tekstslide

Betalen met giraal geld
  • Pinnen
  • Overmaken via internetbankieren

Slide 15 - Tekstslide

Met welke manier van betalen loop je sneller de kans dat je teveel geld uitgeeft? Giraal of chartaal? Waarom?

Slide 16 - Open vraag

Je bankzaken regelen
  • Online betalingen en ontvangsten inzien
  • Rekeningafschrift ontvangen

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Bespreken vraag 11
  • Kosten voor het afdrukken rekeningafschrift
  • Kosten voor het versturen van het rekeningafschrift 

Slide 19 - Tekstslide

Saldo
Het bedrag dat op je rekening staat:
  • Positief: creditsaldo
  • Negatief: debetsaldo

Slide 20 - Tekstslide

Saldo berekenen
Nieuw saldo = oud saldo + ontvangsten - betalingen

Slide 21 - Tekstslide

Creditcard
Betalingsmiddel waarbij de creditcardmaatschappij het bedrag voorschiet

Slide 22 - Tekstslide

Vraag 14
A:
  • Met een creditcard wordt het geld aan het eind van de maand afgeschreven, met een pinpas direct
  • Een creditcard kun je gebruiken voor online betalen, een pinpas niet

Slide 23 - Tekstslide

Vraag 14
B:
  • Zij hebben het gevoel dat andere mensen, die bijvoorbeeld, bij de online winkel werken, de ingevulde gegevens kunnen zien en zelf kunnen gebruiken om online betalingen te doen

Slide 24 - Tekstslide

Samenvatting
  • Directe vs. indirecte ruil
  • Functies van geld
  • Chartaal vs. giraal geld
  • Debet- vs. creditsaldo

Slide 25 - Tekstslide

Overige boekopdrachten

Slide 26 - Tekstslide