In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
Weer en klimaat
Paragraaf 2 - de invloed van zee (en wind)
Slide 1 - Tekstslide
Lezen blz 74/75
Slide 2 - Tekstslide
Vorige les:
1. Breedteligging
De breedteligging heeft invloed op het klimaat en de vegetatie in een land.
Slide 3 - Tekstslide
Hoe ontstaan seizoenen?
1. Seizoenen ontstaan door de schuine stand van de aarde (aardas). Een ronde om haar eigen as duurt 24 uur. Hierdoor ontstaat dag en nacht.
2. De aarde draait om de zon, hier doet ze 365 dagen over.
Slide 4 - Tekstslide
Hoe ontstaan seizoenen?
* De aardas staat schuin ten opzichte van deze baan van de aarde om de zon. Dit betekent dat: - De ene helft van het jaar het noordelijk halfrond naar de zon is toegekeerd, en de andere helft van het jaar het zuidelijk halfrond.
Zo ontstaan de seizoenen.
* De evenaar ontvangt gedurende het hele jaar de meeste warmte, omdat zonnestralen hier altijd vrij recht op het aardoppervlak vallen. Van de seizoenen merk je hier weinig.
Slide 5 - Tekstslide
2. Invloed van de zee
Hoe verder van de kust, des te kleiner de invloed van de zee.
Slide 6 - Tekstslide
Invloed van de zee in de zomer:
Hoe verder van de koelere zee, hoe warmer het wordt.
18
22
26
Slide 7 - Tekstslide
Invloed van de zee in de winter:
Hoe verder van de 'warmere' zee, hoe kouder!
8
2
-5
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Invloed van de wind
Wind = stromende lucht, wind kan warme of koude lucht verplaatsen en vochtige lucht
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Windrichtingen
Aanlandige wind westkust
Dit gaan we tekenen!
Slide 12 - Tekstslide
4. Zeestromen
Stromingen in de oceanen en zeeen die relatief warm en koud water verplaatsen.
Slide 13 - Tekstslide
Zeestromen
Slide 14 - Tekstslide
Zeestromen
De Golfstroom is relatief warm en gaat richting het noorden.
Zorgt ervoor dat het in Nederland best lekker weer is.
Wat kan je zeggen over de temp als de Golfstroom er niet zou zijn?
Slide 15 - Tekstslide
Broeikaseffect
De dampkring(CO2) houdt warmte vast, dit noem je B. Hierdoor blijft de temp redelijk constant en kunnen we hier op aarde leven.
Zie je die pijlen die omhoog gaan?
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Bij wind uit welke richting is het in Nederland in de zomer het warmst?
A
westen
B
oosten
Slide 18 - Quizvraag
Bij een landklimaat zijn de zomers warmer en de winters kouder.
A
juist
B
onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Als in de winter de wind van land komt is het veel ........ dan als de wind van zee komt. Wat moet op de stippellijn?
A
warmer
B
kouder
Slide 20 - Quizvraag
Het is zomer. Waar zou het warmer zijn?
A
Zandvoort aan zee
B
Berlijn in Duitsland
Slide 21 - Quizvraag
Nederland
Oost-Europa
-In de winter ligt de temperatuur hier vaak onder het vriespunt
- Door het zeewater zijn de temperaturen hier minder extreem
De zee heeft hier nauwelijks invloed op de temperatuur
In de winter zorgt de aanlandige wind hier voor zachter weer