lidwoorden en meervoud

Oefentoets lidwoorden en meervouden
voor 1MHV
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets lidwoorden en meervouden
voor 1MHV

Slide 1 - Tekstslide

Aufgabe 1:

Geef bij de volgende zelfstandige nw. aan of het lidwoord der, die, of das moet zijn.
Schrijf ook op waarom

vb.
Het is die Oma, omdat Oma een vrouwelijk persoon is.

Slide 2 - Tekstslide

Welk lidwoord krijgt het woord: Toilette

Slide 3 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Problem

Slide 4 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Frau

Slide 5 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Mann

Slide 6 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Zeitung

Slide 7 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Möglichkeit

Slide 8 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Lied

Slide 9 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Fenster (raam)

Slide 10 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Einheit

Slide 11 - Open vraag

Welk lidwoord krijgt het woord: Pferd (paard)

Slide 12 - Open vraag

Aufgabe 2:

Zet de volgende zelfstandige nw. in het meervoud.
Vergeet niet, dat je ook het lidwoord in het meervoud moet zetten!

Slide 13 - Tekstslide

Maak het meervoud: die Note

Slide 14 - Open vraag

Maak het meervoud: der Ball

Slide 15 - Open vraag

Maak het meervoud: das Pferd

Slide 16 - Open vraag

Maak het meervoud: das Hobby

Slide 17 - Open vraag

Maak het meervoud: der Maler

Slide 18 - Open vraag

ENDE!!!!!!

Slide 19 - Tekstslide