Present Simple & Continuous

Wanneer gebruiken we de Present Simple
1 / 17
volgende
Slide 1: Open vraag
EngelsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wanneer gebruiken we de Present Simple

Slide 1 - Open vraag

I _____________________ good marks. (to get)

Slide 2 - Open vraag

My father____________ at work.
A
am
B
is
C
are
D
have

Slide 3 - Quizvraag

To Be
  • I            am
  • you     are
  • he       is
  • she     is
  • it          is
  • they   are
  • we      are

Slide 4 - Tekstslide

I _______________ a nice room.
A
have
B
has

Slide 5 - Quizvraag

My uncle _______________ two cars.
A
Have
B
Has

Slide 6 - Quizvraag

Joe and Philip _______________ a sister.
A
Have
B
Has

Slide 7 - Quizvraag

to have/ to do
  • I          have      do
  • you    have      do
  • he      has         does
  • she    has         does
  • it          has       does
  • they    have    do
  • we       have    do

Slide 8 - Tekstslide

Preseng Continuous
De Present Continuous is voor de NU. Alles wat je NU aan het doen bent zeg je in de Present Continuous tijd. Zoals:
  
You are reading this now. 



Slide 9 - Tekstslide

Present Continuous
Je maakt de present continuous met 
am/is/are + werkwoord+ing

I am working
They are talking 
He is baking pancakes

Slide 10 - Tekstslide

He _____________________ her name. (to shout)

Slide 11 - Open vraag

The children _____________________ in the house. (to play)

Slide 12 - Open vraag

Present Continuous
Maak nu opdrachten 2 tot en met 5

Slide 13 - Tekstslide

Present Simple of Continuous
We gebruiken de Present Simple bij;
Feiten of gewoontes 
(often, always, sometimes, never, etc)

We gebruiken de Present Continuous;
als iets nu aan de gang is
(right now, at the moment, etc)

Slide 14 - Tekstslide

Maak nu opdracht 6

Slide 15 - Tekstslide

Woordvolgorde
Over het algemeen zijn zinnen in het Engels op de volgende manier opgebouwd;

Wie-doet wat-waar-wanneer

Slide 16 - Tekstslide

Maak nu opdracht 7

Slide 17 - Tekstslide