Paragraaf 3.2

Hoofdstuk 3
Aan het werk? 
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3
Aan het werk? 

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Huiswerk Bespreken
Uitleg paragraaf 3.2
Aan het werk: opdracht 16 t/m 26

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk Bespreken
Opdracht 1 t/m 15 van paragraaf 3.1

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Wanneer je werkt, wie is dan de werkgever en wie is dan de werknemer?
  • Wat is een arbeidsovereenkomst en wat staat er in een arbeidsovereenkomst? 
  • Wanneer heb je een vaste baan? 

Slide 4 - Tekstslide

Werken
Wanneer je voor een baas werkt, ben je een werknemer: je doet betaald werk in dienst van een baas

Je baas is dan de werkgever: hij heeft personen in dienst aan wie hij loon betaalt

Slide 5 - Tekstslide

Afspraken bij werk
  • Als je ergens gaat werken, sluit je een arbeidsovereenkomst
  • In een arbeidsovereenkomst wordt afgesproken wat voor werk je gaat doen en wat de arbeidsvoorwaarden zijn
  • Arbeidsvoorwaarden zijn de afspraken over onder andere je werktijd, je vakantiedagen en je loon
  • Vaak krijg je eerst een proeftijd

Slide 6 - Tekstslide

Vast of tijdelijk?
Aan het begin spreek je af voor hoe lang je bij een baas gaat werken

Een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is een vaste baan

Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is een tijdelijke baan

Slide 7 - Tekstslide

Aan het werk!
Doorloop de les in LessonUp en beantwoord de vragen

Maak opdrachten 3.2 (16 t/m 26)


Vragen? Stuur een berichtje via Teams


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Na het bekijken van de video, maak de volgende zin af:
Discriminatie op de arbeidsmarkt is wel/niet goed omdat, ...

Slide 10 - Open vraag

Wat is het verschil tussen een werkgever en een werknemer?

Slide 11 - Open vraag

Wat is een arbeidsovereenkomst? En noem twee voorbeelden van afspraken die hierin gemaakt worden.

Slide 12 - Open vraag

Maak een foto van je gemaakte huiswerk (opdracht 16 t/m 26)

Slide 13 - Open vraag