ONDERZOEK: BRONGEBRUIK & START MET DEELVRAGEN

VANDAAG

* Uitleg: wat is een goede hoofdvraag en wat is een goede bron? 

* Opdracht: Zet in een document
- Drie linkjes van goede bronnen bij je onderwerp
- Een goede hoofdvraag (of meerdere als je twijfelt)


1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

VANDAAG

* Uitleg: wat is een goede hoofdvraag en wat is een goede bron? 

* Opdracht: Zet in een document
- Drie linkjes van goede bronnen bij je onderwerp
- Een goede hoofdvraag (of meerdere als je twijfelt)


Slide 1 - Tekstslide

HOOFDVRAAG FORMULEREN

- Een goede hoofdvraag is een kleine vraag.
- Een goede hoofdvraag kun je niet met ja/nee beantwoorden.
- Een goede hoofdvraag is niet een 'open deur'.
- Een goede hoofdvraag is niet heel gemakkelijk op te zoeken op       Wikipedia
- Een goede hoofdvraag is geen meningsvraag 


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Hoe maak ik goede deelvragen?



- Samen vormen je deelvragen het antwoord op je hoofdvraag.

- Bedenk; heb ik deze vraag nodig om tot een antwoord op mijn hoofdvraag te komen?

- Zorg dat je alle termen in je hoofdvraag uitlegt, je schrijft je onderzoek voor iemand die niks van jouw onderwerp af weet

- Let op de volgorde; chronologisch is vaak goed

- Deelvraag is niet hetzelfde als de hoofdvraag

Slide 4 - Tekstslide

Welke deelvraag moet als eerste worden beantwoord?

Hoofdvraag: Hoe wordt virtual reality ingezet in de hedendaagse kunst?

A
Wat is virtual reality?
B
Wat is hedendaagse kunst?
C
Welke kunstwerken zijn gemaakt met virtual reality?
D
Wat is de functie van virtual reality?

Slide 5 - Quizvraag

Welke deelvraag past niet bij deze hoofdvraag:
Wat zijn de betekenissen van de videoclip Apeshit van Beyonce en Jay-z?

A
Wie zijn Beyonce en Jay-z?
B
Wat is de geschiedenis van videoclips?
C
Wat is het verhaal achter de videoclip Apeshit?
D
Welke verwijzingen zitten er in de video Apeshit?

Slide 6 - Quizvraag

Bronnen gebruiken bij het schrijven
Bronnen gebruik je:
- Om bepaalde informatie vinden.


Check altijd: 
- Of je bron past bij wat je zoekt.
- Of de informatie uit jouw bron klopt, dus of je bron betrouwbaar is. 

Slide 7 - Tekstslide

Betrouwbaarheid bronnen
  • Auteur: Opleiding, kenner/autoriteit/wie zit er achter de site?
  • Doel van de tekst: Objectief geschreven (geen reclame of column).
  • Datum: Wanneer is het artikel verschenen?
  • Belang: Heeft de auteur een belang bij het artikel?
  • Verwijzingen: Bevat het artikel bronvermeldingen (verwijzingen naar andere onderzoeken)?

Slide 8 - Tekstslide

Bronnen

Slide 9 - Tekstslide

Bronnen, maak ze duidelijk!
In een onderzoek zorg je dat de gegeven informatie terug te leiden is naar de gebruikte bron. Je doet dus (vooral niet) alsof je zelf alles hebt verzonnen. Je citeert of parafraseert in je tekst en verwijst naar de bron door een notenapparaat of het benoemen van de auteur.

Parafraseren, citeren???
What's the difference...?!

Slide 10 - Tekstslide

Parafraseren   = tekst in eigen woorden zetten.
Citeren  = tekst letterlijk overnemen. Zet de tekst dan tussen "aanhalingstekens". 
Bij beide varianten moet je een bron noteren!

Slide 11 - Tekstslide

Bronnen
Citeren: "Cacao is het hoofdingredient van chocola, deze stof zorgt voor een verlaagde bloeddruk"


Parafraseren: Chocola is een voedingsmiddel gemaakt van cacao. Deze lekkernij zorgt voor een verlaging van de bloeddruk. 

= allebei goed

Slide 12 - Tekstslide

Bronnen gebruiken en bewaren
Let op:
Bewaar alle bronnen die je gebruikt. Kopieer tijdens het schrijven van je onderzoek alvast de link/schrijf op uit welk boek en van welke bladzijde je de informatie hebt en voeg deze toe aan je literatuurlijst (die dus de hele tijd verandert). 

Slide 13 - Tekstslide

Plagiaat
  • Jouw eigen onderzoek en jouw eigen woorden
  • Neem niet zomaar informatie uit bronnen over: plagiaat. 
  • Plagiaat kost je (veel) punten!

Slide 14 - Tekstslide

Bronvermelding

  • Achter jouw citaat in een tekst geef je de achternaam van auteur en jaartal tussen haakjes.


Achterin komt jouw literatuurlijst.

Slide 15 - Tekstslide

Bronverwijzing
Citeren: 
"Cacao is het hoofdingrediënt van chocola, deze stof zorgt voor een verlaagde bloeddruk" (Merkens, 2021)


Parafraseren:
Volgens Merkens (2021) is chocola een voedingsmiddel gemaakt van cacao. Deze lekkernij zorgt voor een verlaging van de bloeddruk. 


Slide 16 - Tekstslide

Voorbeeld

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide