B-dag 4: Gezondheid ljr 1

Burgerschapsdag 4


Gezonde voeding - gezond gewicht
Alternatieve voeding
Vegetarisch - veganisme
Voedingsleer
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Burgerschapsdag 4


Gezonde voeding - gezond gewicht
Alternatieve voeding
Vegetarisch - veganisme
Voedingsleer

Slide 1 - Tekstslide

Gezonde voeding
gezond gewicht

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Hoeveel calorieën heb jij nodig?

Slide 4 - Tekstslide

Je lichaam verbruikt energie zonder te bewegen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Als je evenveel eet als je energie verbruikt, dan ...........
A
Word je zwaarder
B
Val je af
C
Blijf je in balans, je wordt niet zwaarder en valt niet af.

Slide 6 - Quizvraag

Een klein lichaam verbruikt meer energie dan een groot lichaam.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Mannen hebben vaak meer eten nodig dan vrouwen, omdat:
A
Ze drukker zijn dan vrouwen
B
Omdat ze meer bewegen dan vrouwen
C
Omdat ze vaak groter zijn dan vrouwen
D
Mannen hebben evenveel eten nodig als vrouwen

Slide 8 - Quizvraag

Sporters kunnen meer eten dan mensen die niet sporten, omdat zij meer verbruiken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

BMI berekenen

De Body Mass Index is een internationale meetmethode die laat zien of je een gezond gewicht hebt in verhouding tot je lengte.
Lengte x lengte (bijvoorbeeld 1.70x1.70 = 2,89)
Gewicht (bv 65 kg) delen door lengte x lengte
Dus:      65 (kg) : 2,89 (lengte x lengte) = BMI 22,4

Slide 10 - Tekstslide

BMI berekenen

Slide 11 - Tekstslide

0

Slide 12 - Video

1: Hoeveel suikerklontjes mag een man per dag?
A
0
B
Tussen 1 en 2
C
Tussen 3 en 4
D
Tussen 7 en 8

Slide 13 - Quizvraag

2: Hoeveel suikerklontjes zitten er in een blikje energydrink?
A
2
B
5
C
7
D
11

Slide 14 - Quizvraag

Alternatieve voeding

Slide 15 - Tekstslide

Voeding en trends
Insectenburgers
Organen
Zeewier
Veganistisch eten
Moestuintjes
Foodtrucks 
Hobby koks
Slowfood

Slide 16 - Tekstslide

Zou je je eigen voedsel willen verbouwen in bijvoorbeeld een groentetuin of kas
JA
NEE

Slide 17 - Poll

Eet je wel eens alternatief voedsel?
bv. in het buitenland?
JA
NEE

Slide 18 - Poll

Zou je een insectenburger eten?
JA
NEE

Slide 19 - Poll

Vegetarisch - veganistisch

Slide 20 - Tekstslide

Wat is een vegetariër
Iemand die geen producten van dode dier eet
Wel zuivel en eieren

Wat is een veganist
Iemand die geen vlees, vis, zuivel en eieren eet.
veganisten gebruiken ook geen producten van dieren als wol en leer.
Iemand die 2 dagen in de week geen vlees eet is een 
flexitariër

Slide 21 - Tekstslide

Reden:
1. Om het welzijn van de dieren
2. Voor eigen gezondheid
3. Voor het milieu


Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Link

Zou je bereid zijn om 2 dagen in de week geen vlees te eten?
JA
NEE

Slide 24 - Poll

Is kaas een veganistisch product?
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quizvraag

Kan iemand die eieren eet veganistisch zijn?
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quizvraag

Wat past het best bij jou?
A
Vegetarisch
B
Veganistisch
C
Flexitarisch
D
Carnivoor

Slide 27 - Quizvraag

Welke van de volgende producten zijn veganistisch (vegan) ?
A
Boter
B
Slagroom
C
Margarine
D
Olijfolie

Slide 28 - Quizvraag

Drink je veganistisch, dan drink je bijvoorbeeld
A
Thee met melk
B
vruchtensap
C
Magere melk
D
Mager drinkyoghurt

Slide 29 - Quizvraag

Vegetarisch
Kan prima!

Wel alert zijn op ijzer, vitamine b12, vitamine b1

Vitamine C helpt om ijzer uit de voeding te halen

Slide 30 - Tekstslide

Voedingsleer

Slide 31 - Tekstslide

Voedingsleer

E-nummers
Allergenen
THT
TGT

Slide 32 - Tekstslide

E - nummer
Een E - nummer is een toevoeging (additief)
Natuurlijke additieven = uit planten en dieren
Synthetische additieven = in de fabriek gemaakt

Slide 33 - Tekstslide

Allergenen

Slide 34 - Tekstslide

Ten minste houdbaar
THT
TGT
Te gebruiken tot

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide