M4 Scheikunde H6 Zuren en basen les 4

Zuren en basen
Lesplanning:
- Doel
- Nieuwe stof
- Werktijd werkboek
- Werktijd opdrachten
- Afsluiten
Lezing 4
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Zuren en basen
Lesplanning:
- Doel
- Nieuwe stof
- Werktijd werkboek
- Werktijd opdrachten
- Afsluiten
Lezing 4

Slide 1 - Tekstslide

Wanneer een deeltje negatief geladen is, is deze dan waarschijnlijk zuur of basisch?
A
Zuur
B
Basisch
C
Neutraal

Slide 2 - Quizvraag

Sleep de onderdelen naar de juiste plek.
zoutzuur
Fosforzuur
Zwavelzuur

Salpeterzuur
azijnzuur
HCl
HNO3
H2SO4
H3PO4
HAc
HSO4
HNO4
H2PO4
HAz

Slide 3 - Sleepvraag

Geef de vergelijking van het oplossen/verdunnen van azijnzuur (HAc)

Slide 4 - Open vraag

Wat is de formule als je zwavelzuur (H2SO4) neutraliseert met natronloog (NaOH)?

Slide 5 - Open vraag

1 mL komt overeen met 55 mg citroenzuur
Hoeveel zuur zit er in 7,4 mL oplossing?

Slide 6 - Open vraag

Doel van de les
Aan het einde van de les kun je ingewikkeldere zuur-basereacties berekeningen maken

Slide 7 - Tekstslide

Titreren

Slide 8 - Tekstslide

Titreren

Slide 9 - Tekstslide

Er wordt 100 mL salpeterzuur afgemeten. Na het toevoegen van 70 mL NaOH slaat de vloeistof om naar blauw door de indicator.
1 mL NaOH reageert met 61 mg HNO3.

Toon aan of het zuur wel of niet voldoet
Salpeterzuur moet 5 gram per 100 mL zijn

Slide 10 - Open vraag

Er wordt 25 mL keukenazijn afgemeten. Na het toevoegen van 18,7 mL NaOH slaat de vloeistof om naar roze door de indicator.
1 mL NaOH reageert met 55 mg HAc.

Voldoet de azijn aan de warenwet?

Slide 11 - Open vraag

Wat ga je nu nog doen?
- Eerst even 5 minuten pauze: kies een leuke timer: https://www.online-stopwatch.com/race-timers/ 
Fase 1: Ga aan de slag met met paragraaf 5. Laat hem aftekenen en kijk hem goed na. 

Fase 2: Ga aan de slag met de werkopdrachten

Fase 3: Alles af én afgetekend? Dan mag je voor jezelf wat doen of anderen helpen.

Slide 12 - Tekstslide