Microteaching Persoonsvorm vt

Spelling van de persoonsvorm
 in de
 verleden tijd
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Spelling van de persoonsvorm
 in de
 verleden tijd

Slide 1 - Tekstslide

Doel
- Je herkent sterke en zwakke werkwoorden
- Je weet hoe je 'T KoFSCHiP X toepast
- Je kunt de persoonsvorm vervoegen in de verleden tijd.

Slide 2 - Tekstslide

STERKE en ZWAKKE 

werkwoorden

Wat is het verschil?

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeeld
Ik koop een ijsje 

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld
Ik koop een ijsje 
Ik kocht een ijsje

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeeld
Ik koop een ijsje
Ik kocht een ijsje

Ik smul van het ijsje
Ik smulde van het ijsje

Slide 6 - Tekstslide

Hoe vervoeg je een zwak werkwoord in de verleden tijd?

De persoonsvorm van een zwak werkwoord in de verleden tijd schrijf je als:
- ik-vorm + te(n)
- ik-vorm + de(n)

Slide 7 - Tekstslide

Twijfel je tussen d of t?
- Dan gebruik je 'T eX-KoFSCHiP 

Slide 8 - Tekstslide

Stappenplan
Stap 1: Wat is de stam?
Stap 2: Wat is de laatste letter van de stam?
Stap 3: Zit de laatste letter van de stam in ’t ex-kofschip, dan wordt het ik-vorm + te(n)
Stap 4: Zit de laatste letter van de stam niet in ’t ex-kofschip, dan wordt het ik-vorm + de(n)


Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld - Werken
Stap 1:  -en
Stap 2: de stam is werk, dit eindigt op een k
Stap 3: de k staat in 't eX-KoFSCHiP
Stap 4: het werkwoord eindigt op -te(n), dus werkte/werkten

Slide 10 - Tekstslide

Let op!
Werkwoorden met f/v of s/z zijn moeilijk!

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld - Verhuizen
Stap 1:  -en
Stap 2: de stam is verhuiz, dit eindigt op een z
Stap 3: de z zit niet in 't eX-KoFSCHiP 
Stap 4: ik-vorm + de(n), dus het werkwoord eindigt op -de(n)
verhuisde/verhuisden

Slide 12 - Tekstslide

MAKEN
VT - Ik ..... mijn huiswerk
A
Maakde
B
Maakden
C
Maakte
D
Maakten

Slide 13 - Quizvraag

HALEN
VT - Jij ..... op tijd de finish
A
Haalde
B
Haalden
C
Haalte
D
Haalten

Slide 14 - Quizvraag

GRENZEN
VT - De huizen ..... aan het bos
A
Grenste
B
Grensten
C
Grensde
D
Grensden

Slide 15 - Quizvraag

Zelfstandig Werken
- Je gaat het opdrachtenpapier over de persoonsvorm maken.
- Je werkt alleen. 
- Als je een vraag hebt, eerst theorie lezen, dan vinger opsteken.
- Je krijgt 20 minuten om de opdrachten te maken, daarna gaan we de opdrachten bespreken.
- Wanneer je klaar bent, ga je verder in je leesboek. 


timer
20:00

Slide 16 - Tekstslide