verhoudingen malmberg

Verhoudingen oefentoets
gebruik een rekenmachine
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Verhoudingen oefentoets
gebruik een rekenmachine

Slide 1 - Tekstslide

Een fiets kost 125 euro je krijgt vandaag 20% korting wat moet je betalen?
A
250 euro
B
100 euro
C
25 euro
D
105 euro

Slide 2 - Quizvraag

uitleg:
125,- :100 x 20 =25 euro
125-25=100 euro

Slide 3 - Tekstslide

een telefoon kost normaal 300 euro.
maar op black friday 210 euro.
hoeveel % korting krijg je dan?
A
70%
B
90%
C
30%
D
33,3%

Slide 4 - Quizvraag

uitleg
300-210=90 euro korting
deel/totaalx100%
90/300x100%=30%

Slide 5 - Tekstslide

de scooter kost nu 1200 euro je hebt 25% korting gekregen omdat er een kras op zat. Wat was de oorspronkelijke prijs?
A
300 euro
B
1500 euro
C
900 euro
D
1600 euro

Slide 6 - Quizvraag

100%-25%=75%
1200,00=75%
1200:75x100=1600,-

Slide 7 - Tekstslide

1000 mensen gaan naar een popconcert.
2 van de 5 is een man
Hoeveel vrouwen gaan er naar het concert?
A
400 vrouwen
B
600 vrouwen
C
500 vrouwen
D
250 vrouwen

Slide 8 - Quizvraag

uitleg
2/5 is man dus 3/5 is vrouw
1/5  van 1000 mensen is 1000:5=200 mensen
3/5 is 3 x 200= 600 vrouwen

Slide 9 - Tekstslide

800 mensen worden ondervraagd.
Een kwart van de ondervraagden is een vrouw.
10 % van de mannen zijn ontevreden. Hoeveel mannen zijn ontevreden?
A
600 mannen
B
20 mannen
C
60 mannen
D
200 mannen

Slide 10 - Quizvraag

uitleg
een kwart is 1/4 van 800=800 : 4=200 vrouwen
dus 800-200= 600 mannen
10% van de mannen is ontevreden dus 600:100x10= 60 mannen zijn ontevreden

Slide 11 - Tekstslide

welke kaas is goedkoper:
A: 9 euro per 0,75 kg
B: 6 euro per 450 gram
A
9 euro per 0,75 kg
B
6 euro per 450 gram

Slide 12 - Quizvraag

uitleg
A:0,75 kg= 750 gram kost 9,- dus voor 3 euro krijg je 250 gram
B:6 euro voor 450 gram dus voor 3 euro krijg je 225 gram
Dus bij A krijg je het meeste voor 3 euro

Slide 13 - Tekstslide

De prijs inclusief 21% btw is €10,-
Wat is de prijs exclusief btw?

A
€ 8,26
B
€ 2,10
C
€ 12,10
D
€ 7,90

Slide 14 - Quizvraag

uitleg
prijs inclusief btw is 100% + 21%= 121%
€ 10,-=121%
prijs exclusief btw is 100% dus € 10,- : 121 x 100= € 8,26

Slide 15 - Tekstslide

einde ga verder met rekenblokken :)

Slide 16 - Tekstslide