Quiz Werk H1 tot H4
1 / 20
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Een voetbaltrainer. Is dit
betaalde of onbetaalde arbeid?
Een voetbaltrainer. Zou deze man betaalde of onbetaalde arbeid doen?
A
Betaalde arbeid
B
Onbetaalde arbeid
Slide 2 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Architecten. Is dit
betaalde of onbetaalde arbeid?
Architecten. Is dit betaalde of onbetaalde arbeid?
A
Betaalde arbeid
B
Onbetaalde arbeid
Slide 3 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Piloten. Is dit
betaalde of onbetaalde arbeid?
Piloten. Is dit betaalde of onbetaalde arbeid?
A
Betaalde arbeid
B
Onbetaalde arbeid
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Als er weinig banen beschikbaar zijn in het werk dat
jij wilt gaan doen, wat zal dan de beste manier zijn voor het vinden van werk?
Stel: er zijn weinig banen beschikbaar in het werk dat jij wilt gaan doen. Wat zal dan de beste manier zijn voor het vinden van werk?
A
Met hulp van een uitzendbureau
B
'Via via'
C
Advertentie
D
Via social media
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Heb je voor onderstaande beroepen wel of geen opleiding nodig? Sleep het beroep naar de goede plek.
Oppas
Leerkracht
Ballet danseres
Beroeps-fotograaf
Cassière
Wel een opleiding nodig
Niet een opleiding nodig
Slide 6 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Zet het voorbeeld bij de juiste basisbehoefte.
Beter worden in wat je doet
Te horen krijgen dat je het goed doet
Je omgang met mensen binnen en buiten het bedrijf
Spaargeld hebben voor onverwachte problemen
Elke week boodschappen kunnen doen omdat je geld verdient
Slide 7 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
'Mijn baas verwacht heel veel van mij en geeft me lastige taken.
Hierdoor vind ik mijn werk minder leuk.' Bij welke basisbehoefte past deze uitspraak?
'Mijn baas verwacht heel veel van mij en geeft me lastige taken. Hierdoor vind ik mijn werk minder leuk.' Bij welke basisbehoefte past deze uitspraak?
A
Relatie
B
Autonomie
C
Competentie
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
'Het was erg ongezellig zonder mijn collega's om me heen tijdens de
Coronacrisis.' Bij welke basisbehoefte past deze uitspraak?
'Het was erg ongezellig zonder mijn collega's om me heen tijdens de Coronacrisis.' Bij welke basisbehoefte past deze uitspraak?
A
Relatie
B
Autonomie
C
Competentie
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
'Ik vind het belangrijk dat de mensen die bij mij werken hun eigen keuzes durven te
maken en niet alles aan mij vragen.' Bij welke basisbehoefte past deze uitspraak?
'Ik vind het belangrijk dat de mensen die bij mij werken hun eigen keuzes durven te maken en niet alles aan mij vragen.' Bij welke basisbehoefte past deze uitspraak?
A
Relatie
B
Autonomie
C
Competentie
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat ik het meeste mis nu ik werkloos ben zijn mijn collega's waar ik altijd
een praatje mee maakte bij de koffieautomaat. Van welk gevolg
van werkloosheid is hier sprake?
Wat ik het meeste mis nu ik werkloos ben zijn mijn collega's waar ik altijd een praatje mee maakte bij de koffieautomaat. Van welk gevolg van werkloosheid is hier sprake?
A
Financieel gevolg
B
Sociaal gevolg
C
Persoonlijk gevolg
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Vuilnismannen zouden meer salaris moeten krijgen dan bankiers.
Vuilnismannen zouden meer salaris moeten krijgen dan bankiers.
A
Eens
B
Oneens
Slide 12 - Quizvraag
Optioneel. Een interessante stelling om met leerlingen over in gesprek te gaan. Deze stelling sluit aan op de theorie over de hoogte van je salaris.
Wat is wel van invloed op het loon van Martin Garrix en wat niet? Sleep het naar de juiste plaats.
Wel invloed op het loon van Martin Garrix.
Geen invloed op het loon van Martin Garrix.
Leeftijd
Ervaring
Opleiding
Verantwoor-delijkheid
Unieke talenten
Slide 13 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Zet de beroepen in de juiste volgorde. Zet het beroep met de meeste waardering bovenaan.
Slide 14 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
De overheid in Nederland.
Gaat het om een werknemer of werkgever?
De overheid in Nederland. Gaat het om een werknemer of werkgever?
A
Werknemer
B
Werkgever
Slide 15 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Jij als vakkenvuller in een supermarkt.
Gaat het om een werknemer of werkgever?
Jij als vakkenvuller in een supermarkt. Gaat het om een werknemer of werkgever?
A
Werknemer
B
Werkgever
Slide 16 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
De eigenaar van een bedrijf. Gaat het om een werknemer of werkgever?
De eigenaar van een bedrijf. Gaat het om een werknemer of werkgever?
A
Werknemer
B
Werkgever
Slide 17 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Je leraren voor de klas. Gaat het om een werknemer of werkgever?
Je leraren voor de klas. Gaat het om een werknemer of werkgever?
A
Werknemer
B
Werkgever
Slide 18 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Sleep het naar de juiste plaats.
Gesloten bedrijfscultuur
Open bedrijfscultuur
Werkgever bepaalt, werknemer voert uit.
Werknemers hebben inspraak op besluiten die genomen worden.
Regels zijn belangrijk en moeten nageleefd worden.
Regels kunnen helpen, maar er kan van afgeweken worden.
Je verdient wat er is afgesproken.
Als je goed presteert, verdien je meer.
Slide 19 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke bedrijfscultuur heerst er bij Heineken?
Welke bedrijfscultuur heerst er bij Heineken.
A
Een open bedrijfscultuur
B
Een gesloten bedrijfscultuur
Slide 20 - Quizvraag
Deze vraag is gerelateerd aan het filmpje bij de start van deze les: https://www.youtube.com/watch?v=dc4xv6QCczc
