K 4 Herhalen BS 1 t/m BS 4

Samenvatten BS 1 t/m BS 4
Thema 9/8 Regeling
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Samenvatten BS 1 t/m BS 4
Thema 9/8 Regeling

Slide 1 - Tekstslide

Aankondiging toets week
in de week van 24 november tentamenweek SE 1

Biologie PTA 7-> 90 minuten: thema's uit klas 3:
Organen en cellen
Voortplanting en seksualiteit
Ordening
Ecologie
Tip: boeken opzoeken in in herfstvakantie doornemen.

Slide 2 - Tekstslide

Controleer je gemaakte opdrachten:

Kader: 
BS 1: 1, 2, 3, 4, 6
BS 2: 1, 2, 3, 5, 6
BS 3: 1, 2, 3!!, 4, 6
BS 4: 1, 2, 3, 5, 6a, 6c en 6d

Basis:
BS 1: 1, 3, 5, 6, 7, 8
BS2: 1, 2, 3, 4, 5, 6
BS 3: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7


Slide 3 - Tekstslide

Zenuwstelsel
Het centrale zenuwstelsel en de zenuwen vormen samen het zenuwstelsel.

Het centrale zenuwstelsel bestaat uit: 
-Grote hersenen
-Kleine hersenen
-Hersenstam
-Ruggenmerg

Slide 4 - Tekstslide

Prikkel
Inwendige prikkel: prikkel die in je lichaam ontstaat, vaak door hormonen aangestuurd
bv. lege maag-> hormoon aangemaakt door maag-> hormoon via bloed naar hersenen-> trek in eten
Uitwendige prikkel: prikkel die je met je zintuigen opvangt


hormoon= boodschapperstof

Slide 5 - Tekstslide

 Typen zenuwcellen
Drie typen zenuwcellen:
  • Gevoelszenuwcellen
  • Schakelcellen 
  • Bewegingszenuwcellen
grote hersenen, kleine hersenen en hersenstam

Slide 6 - Tekstslide

Gevoelszenuwcellen
Impulsen van zintuigen naar Centraal zenuwstelsel:

Slide 7 - Tekstslide

Bewegingszenuwcellen
Impulsen van Centraal zenuwstelsel naar spieren of klieren:

Slide 8 - Tekstslide

Schakelcellen
 schakelcellen ontvangen impulsen van gevoels-zenuwcellen of van andere schakelcellen. 
Ze geven impulsen door aan schakelcellen of bewegingszenuwcellen.

Liggen helemaal in centraal zenuwstelsel

Slide 9 - Tekstslide

Zenuwen
De uitlopers van zenuwcellen liggen in een bundel bij elkaar dit noem je een zenuw. 
Om elke uitloper ligt een dun isolerend laagje.
Om elke zenuw ligt een stevige laag bindweefsel ter bescherming.

Er zijn drie typen zenuwen:
• Een gevoelszenuw
• Een bewegingszenuw
• Een gemengde zenuw

Slide 10 - Tekstslide

Het ruggenmerg verbindt zenuwen met je hersenen.

  • Tussen twee wervels komt steeds
      aan elke kant een zenuw uit het
      ruggenmerg.

Slide 11 - Tekstslide

Grijze en witte stof
Vlak bij het ruggenmerg splitsen de gemengde zenuwen in gevoels- en bewegingszenuwen.
  • Bewegingszenuwen liggen aan de buikzijde (ezelsbruggetje)
  • Gevoelszenuwen liggen aan de rugzijde. Alle cellichamen van de gevoelszenuwcellen liggen bij elkaar in de zenuwknoop. 

Slide 12 - Tekstslide

Hersenen
Bestaan uit:

- Hersenstam
- Grote hersenen
- Kleine hersenen



In de hersenen liggen zo'n honderd miljard zenuwcellen!



Slide 13 - Tekstslide

Hersenstam
- Impulsen geleiden van het ruggenmerg naar de grote en kleine hersenen en omgekeerd.

- Impulsen geleiden van zenuwen in hoofd en hals 
naar de grote en kleine hersenen en omgekeerd.

- Belangrijke levensfuncties aansturen, zoals:
hartslag 
ademhaling 
bloeddruk  
temperatuur van het lichaam. 

Slide 14 - Tekstslide

Grote hersenen
Bestaan uit 2 helften: linkerhelft en rechterhelft. 

Buitenste gedeelte ligt grijze stof met daarin cellichamen van 
schakelcellen.
Binnenste gedeelte ligt witte stof  met daarin de uitlopers van schakelcellen. 

Functies:
- Je bewust kunt waarnemen met je zintuigen. De gevoelscentra verwerken impulsen van zintuigen. 
- Je bewuste bewegingen kunt maken. In bewegingscentra ontstaan impulsen voor gewilde bewegingen.

Slide 15 - Tekstslide

Kleine hersenen:
Bestaan ook uit 2 helften: linkerhelft en rechterhelft. 

- Buitenste laag is geplooid en bestaat uit grijze stof.
- Binnenste laag bestaat uit witte stof.

Functie:
Bewegingen coördineren (afstemmen op elkaar)
bv. bal vangen of je evenwicht bewaren 

Slide 16 - Tekstslide

Uitleg BS4 - De hersenen
STOFFEN die het zenuwstelsel beïnvloeden:
- Medicijnen
- Drugs
- Tabak
- Alcohol


Kunnen het doorgeven van impulsen remmen of juist stimuleren

Daardoor hebben ze invloed op de manier waarop je hersenen informatie verwerken. 

Slide 17 - Tekstslide