AK: H5, par.3 De bergen in

-  Europa van noord naar zuid, breedteligging, natuurlijke zones en middellands zeeklimaat 

1) Ik ken de verschillende hoogtegordels


-Instructie over deze les middels Lessonup 
Basis: HB blz 76 EN 77. WB blz 13 t/m 15, opdr: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

KGT: HB blz 76 en 77. WB blz 12 t/m 14, opdr: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 10

Kan ik antwoord geven op het doel?
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

-  Europa van noord naar zuid, breedteligging, natuurlijke zones en middellands zeeklimaat 

1) Ik ken de verschillende hoogtegordels


-Instructie over deze les middels Lessonup 
Basis: HB blz 76 EN 77. WB blz 13 t/m 15, opdr: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7

KGT: HB blz 76 en 77. WB blz 12 t/m 14, opdr: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 10

Kan ik antwoord geven op het doel?

Slide 1 - Tekstslide

Relief, natuurlijke zones en middellands zeeklimaat


Terugblik op de vorige les met wat quizvragen

Slide 2 - Tekstslide

Wat is relief?
A
Laagteverschillen
B
Hoogteverschillen
C
De afstand in km
D
Het aantal bergen in Europa

Slide 3 - Quizvraag

Welke kenmerken horen bij een Middellands zeeklimaat
A
Warme zomers en hele zachte winters
B
Warme zomers en koude winters
C
Koele zomers en koude winters
D
Koele zomers en zachte winters

Slide 4 - Quizvraag

Wat weet jij over de natuurlijk zones?

Slide 5 - Woordweb

Instructie paragraaf 5.3 De Bergen in!
Doel: aan het eind van de les ken ik de verschillende hoogtegordels

Slide 6 - Tekstslide

 Hoogteligging


  • hoe hoger hoe kouder
  • per 1000m stijging, wordt temperatuur 6°C kouder
  • de hoogteligging bepaalt de plantengroei in de bergen: zie kaartje in hotspot!

Hoe hoger op een berg, hoe kouder en dus hoe minder begroeiing.

De boomgrens (: punt waarop het te koud wordt voor bomen) ligt in de Alpen ongeveer op 1800 meter.

Slide 7 - Tekstslide

Hoogtegordels
Boven de 2000 meter vind je geen bomen meer

temperatuur daalt met 0,6 graden per 100 meter

Slide 8 - Tekstslide

Hoogtegordels
  1. Loofboomgordel = 0-1000m
  2. Naaldboomgordel =1000-2000m
  3. Alpenweides = 2000-2500m
  4. Rotsgordel = 2500-3500m
  5. Eeuwige sneeuw >4000m

Slide 9 - Tekstslide

Boomgrens: grens tot waar bomen groeien.
Of ergens bomen groeien, hangt af van de temperatuur en de neerslag. De boomgrens is daarom niet overal hetzelfde! Naaldbomen groeien niet meer als het in de zomer onder 10 graden Celcius blijft.
In de Alpen ligt de boomgrens gemiddeld tussen 1800 en 2500 meter.


Slide 10 - Tekstslide

Koud boven op de berg?!
Waarom is het op de bergtop kouder dan in het dal? Je zit dan toch dichter bij de zon?

● De zon verwarmt de aarde. De dampkring laat de zonnewarmte door. Pas als de zonnestralen op het aardoppervlak vallen, geven ze hun warmte af -> het aardoppervlak wordt warm. De aardse stralen verwarmen de lucht. De dampkring wordt dus van onderaf verwarmd. Daardoor is het onder aan een berg het warmst.


 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Loefzijde
Kenmerk: 
- Wolken moeten stijgen, omdat ze over de berg willen. 
Hierdoor gaat het hier veel regenen.

Lijzijde / regenschaduw
Kenmerk: 
- Heel droog, omdat al de neerslag al aan de loefzijde is gevallen.
- Hier zie je vaak droge klimaten, zoals woestijnen of steppen.
- De droge kant van de berg ligt in de regenschaduw.

Lij = blij (geen regen!)

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag:
Basis: 
1) HB blz 76 EN 77.
2) WB blz 13 t/m 15, opdr: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 10

KGT:
1) HB blz 76 en 77. 
2) WB blz 12 t/m 14, opdr: 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 10





Slide 14 - Tekstslide