Tussenles: nkn hw, herhaling renaissance
1 / 52
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welke term heb je ingevuld?
Middeleeuwen
Renaissance
Theocentrisme <
>
<
> kunstenaar is een genie
<
> individu
Navolgen / geloof <
Slide 2 - Open vraag
Welke term heb je ingevuld?
Middeleeuwen
Renaissance
Theocentrisme <
>
<
> kunstenaar is een genie
<
> individu
Navolgen / geloof <
Slide 3 - Open vraag
Welke term heb je ingevuld?
Middeleeuwen
Renaissance
Theocentrisme <
>
<
> kunstenaar is een genie
<
> individu
Navolgen / geloof <
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
11.1: Waar vul je het kenmerk 'klassieke mythologie en geschiedenis' in?
A
Bouwkunst - classicisme
B
Beeldhouwkunst - classicisme
C
schilderkunst - classicisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 7 - Quizvraag
11.1: Waar vul je het kenmerk 'anatomie en naakt' in?
A
Bouwkunst - realisme
B
Beeldhouwkunst - realisme
C
schilderkunst - realisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 8 - Quizvraag
11.1: Waar vul je het kenmerk 'symmetrie' in?
A
Bouwkunst - estheticisme
B
Beeldhouwkunst - estheticisme
C
schilderkunst - estheticisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 9 - Quizvraag
Wat is het kenmerk van het classicisme bij de bouwkunst?
(tip: het antwoord is meervoud, 1 woord)
(tip: het antwoord is meervoud, 1 woord)
Slide 10 - Open vraag
Wat is de technische vernieuwing in de bouwkunst?
(tip: het antwoord is enkelvoud, 1 woord)
(tip: het antwoord is enkelvoud, 1 woord)
Slide 11 - Open vraag
Wat is de technische vernieuwing in de schilderkunst?
(tip: het antwoord is enkelvoud, 1 woord)
(tip: het antwoord is enkelvoud, 1 woord)
Slide 12 - Open vraag
11.1: Waar vul je het kenmerk 'portretbustes' in?
A
Bouwkunst - realisme
B
Beeldhouwkunst - realisme
C
schilderkunst - realisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 13 - Quizvraag
11.1: Waar vul je het kenmerk 'perspectief' in?
A
Bouwkunst - realisme
B
Beeldhouwkunst - realisme
C
schilderkunst - realisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Juist of onjuist?
De klassieke oudheid loopt van 500 v.Chr. tot 1500.
De klassieke oudheid loopt van 500 v.Chr. tot 1500.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De Renaissance begint in Italië in de veertiende eeuw.
De Renaissance begint in Italië in de veertiende eeuw.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De Renaissance begon buiten Italië in de vroege 16e eeuw.
De Renaissance begon buiten Italië in de vroege 16e eeuw.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 18 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De Hervormers probeerden aanvankelijk de Kerk te veranderen, niet een nieuw geloof te stichten.
De Hervormers probeerden aanvankelijk de Kerk te veranderen, niet een nieuw geloof te stichten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De renaissancekunstenaars hadden weinig of geen belangstelling voor de inhoud van hun kunstwerken, maar alleen voor de vorm ervan.
De renaissancekunstenaars hadden weinig of geen belangstelling voor de inhoud van hun kunstwerken, maar alleen voor de vorm ervan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 20 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Estheticisme betekent schoonheidsleer.
Estheticisme betekent schoonheidsleer.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De renaissancisten waren 'universele mensen'.
De renaissancisten waren 'universele mensen'.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 22 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De renaissancegeleerden schreven vooral in het Latijn, zelden in het Grieks.
De renaissancegeleerden schreven vooral in het Latijn, zelden in het Grieks.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 23 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Aforisme is een synoniem voor epigram.
Aforisme is een synoniem voor epigram.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 24 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Epigrammen en sonnetten bestaan al sinds de oudheid.
Epigrammen en sonnetten bestaan al sinds de oudheid.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Op taalkundig gebied is 'purisme' min of meer tegengesteld aan 'classicisme'.
Op taalkundig gebied is 'purisme' min of meer tegengesteld aan 'classicisme'.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Sonnetten behoren meestal tot de lyriek.
Sonnetten behoren meestal tot de lyriek.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quizvraag
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
11.1: Waar vul je het kenmerk 'klassieke mythologie en geschiedenis' in?
A
Bouwkunst - classicisme
B
Beeldhouwkunst - classicisme
C
schilderkunst - classicisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 32 - Quizvraag
11.1: Waar vul je het kenmerk 'anatomie en naakt' in?
A
Bouwkunst - realisme
B
Beeldhouwkunst - realisme
C
schilderkunst - realisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 33 - Quizvraag
11.1: Waar vul je het kenmerk 'symmetrie' in?
A
Bouwkunst - estheticisme
B
Beeldhouwkunst - estheticisme
C
schilderkunst - estheticisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 34 - Quizvraag
Wat is het kenmerk van het classicisme bij de bouwkunst?
(tip: het antwoord is meervoud, 1 woord)
(tip: het antwoord is meervoud, 1 woord)
Slide 35 - Open vraag
Wat is de technische vernieuwing in de bouwkunst?
(tip: het antwoord is enkelvoud, 1 woord)
(tip: het antwoord is enkelvoud, 1 woord)
Slide 36 - Open vraag
Wat is de technische vernieuwing in de schilderkunst?
(tip: het antwoord is enkelvoud, 1 woord)
(tip: het antwoord is enkelvoud, 1 woord)
Slide 37 - Open vraag
11.1: Waar vul je het kenmerk 'portretbustes' in?
A
Bouwkunst - realisme
B
Beeldhouwkunst - realisme
C
schilderkunst - realisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 38 - Quizvraag
11.1: Waar vul je het kenmerk 'perspectief' in?
A
Bouwkunst - realisme
B
Beeldhouwkunst - realisme
C
schilderkunst - realisme
D
Dat vul je nergens in
Slide 39 - Quizvraag
Slide 40 - Tekstslide
Juist of onjuist?
De klassieke oudheid loopt van 500 v.Chr. tot 1500.
De klassieke oudheid loopt van 500 v.Chr. tot 1500.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 41 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De Renaissance begint in Italië in de veertiende eeuw.
De Renaissance begint in Italië in de veertiende eeuw.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 42 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De Renaissance begon buiten Italië in de vroege 16e eeuw.
De Renaissance begon buiten Italië in de vroege 16e eeuw.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 43 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De Hervormers probeerden aanvankelijk de Kerk te veranderen, niet een nieuw geloof te stichten.
De Hervormers probeerden aanvankelijk de Kerk te veranderen, niet een nieuw geloof te stichten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 44 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De renaissancekunstenaars hadden weinig of geen belangstelling voor de inhoud van hun kunstwerken, maar alleen voor de vorm ervan.
De renaissancekunstenaars hadden weinig of geen belangstelling voor de inhoud van hun kunstwerken, maar alleen voor de vorm ervan.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 45 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Estheticisme betekent schoonheidsleer.
Estheticisme betekent schoonheidsleer.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 46 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De renaissancisten waren 'universele mensen'.
De renaissancisten waren 'universele mensen'.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 47 - Quizvraag
Juist of onjuist?
De renaissancegeleerden schreven vooral in het Latijn, zelden in het Grieks.
De renaissancegeleerden schreven vooral in het Latijn, zelden in het Grieks.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 48 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Aforisme is een synoniem voor epigram.
Aforisme is een synoniem voor epigram.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 49 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Epigrammen en sonnetten bestaan al sinds de oudheid.
Epigrammen en sonnetten bestaan al sinds de oudheid.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 50 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Op taalkundig gebied is 'purisme' min of meer tegengesteld aan 'classicisme'.
Op taalkundig gebied is 'purisme' min of meer tegengesteld aan 'classicisme'.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 51 - Quizvraag
Juist of onjuist?
Sonnetten behoren meestal tot de lyriek.
Sonnetten behoren meestal tot de lyriek.
A
Juist
B
Onjuist
