Les 4 Unité 2

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Bonjour!!!!

On commence dans.....

Aan het einde van deze week .....

• ... Weet ik wat ik kan verwachten in het nieuwe hoofdstuk: Unité 2
• ... Heb ik nieuwe woorden in mijn persoonlijke woordenlijst gezet.
• ... Heb kennis gemaakt met de eerste woordenlijst: apprendre 1

1.   De les duurt 45 min 

2.  Je hebt nodig: laptop: lesson up app, schrift, pen

3.  Telefoon is in de kluis, spullen liggen op tafel, let op wanneer docent wil beginnen met de les.. 

Semaine 46: le onze et le douze novembre

Le programme d'aujourd'hui:

Vandaag:  vouloir - pouvoir 

1. Questions? 

2. Herhalen vervoegen vouloir en pouvoir - lesson up

3. Faire: ex. 8a t/m e,  

4. Évaluation

5. Faire: Apprendre 3  - ex. 8

Le but d'aujourd'hui: 

Pouvoir utiliser les verbes vouloir et pouvoir en présent et passé composé

Vouloir en Pouvoir

• Je leert in dit hoofdstuk twee nieuwe werkwoorden.
• Vouloir   =   willen
• Pouvoir   =   kunnen
• (Haal je ze soms door elkaar? Onthoud dan VW en PK)

?

VOULOIR

POUVOIR

   willen

  kunnen

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles

Combineer de juiste vorm van 'vouloir' met het onderwerp

veux

veux

veut

voulons

voulez

veulent

je
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles

Combineer de juiste vorm van 'pouvoir' met het onderwerp

peux

peux

peut

pouvons

pouvez

peuvent

Vul de juiste vorm van "pouvoir" of "vouloir" in:
Je (kan) faire les courses

Vul de juiste vorm van "pouvoir" of "vouloir" in:
Nous (willen) écouter de la musique

Vul de juiste vorm van "pouvoir" of "vouloir" in:
Tu (wil) aller en ville?

Vul de juiste vorm van "pouvoir" of "vouloir" in:
Ils (kunnen) choisir plusieurs couleurs

Vul de juiste vorm van "pouvoir" of "vouloir" in:
Il (wil) porter un jean.

Vul de juiste vorm van "pouvoir" of "vouloir" in:
Sophie et Michèle (willen) venir à la fête

Vul de juiste vorm van "pouvoir" of "vouloir" in:
Tu (kan) essayer ce pull.