Les 2 §3.2 Stromingen

PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE 
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

PARLEMENTAIRE DEMOCRATIE 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoofdvraag:
  • Bij welke politieke ideeën voel jij je het meeste thuis?


Lesdoelen 
  • Je kunt de politieke hoofdstromingen in NL noemen.
  • Je kunt per politieke stroming aangeven welke waarden zij belangrijk vinden.
  • Je kunt per politieke stroming voorbeelden geven van politieke partijen die hieronder vallen. 
Begrippen:
  • Ideologie
  • Links
  • Rechts
  • Politieke midden
  • Liberalisme:
- tolerantie / politieke vrijheid / individuele vrijheid
  • Sociaal democratie
 socialisme / communisme / solidariteit & gelijkheid
  •  Christen-democratie:
confessionalisme / rentmeesterschap /naastenliefde
  •  Ecologisme:
Duurzaamheid / bescherming van milieu 
  • Populisme:
nationalisme
  •  Conservatief
  • Progressief 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?
  • Opening 
  • Uitleg 
  • Opdrachten  

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ideologieën 
  • Betekenis: Een samenhangend geheel van ideeën over de samenleving  hoe die ingericht wordt

  • Antwoord op twee vragen:
    1. Welke waarden en normen staan centraal?
    2.  Wat is de gewenste rol van de overheid op
           sociaaleconomisch gebied? 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Links en rechts:
Politiek gedachtegoed over sociaaleconomische verhoudingen: 
In welke mate moet welvaart worden gedeeld? 
Wat moet de overheid doen en wat niet?


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Liberalisme (R)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Economische vrijheid & vrije markt economie:
De overheid bemoeit zich zo min mogelijk met de economie:
- Makkelijker een eigen bedrijf oprichten.
- Makkelijker werknemers ontslaan.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Individuele vrijheid:
Burgers mogen zelf weten hoe zij willen leven.
- Bijvoorbeeld ten aanzien van:
  • geloofs- en levensovertuiging
  • euthanasie
  • homohuwelijk
  • genotsmiddelen


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociaal-democratie (L)
  • Belangrijke waarden: gelijkwaardigheid en solidariteit.
* Ontstaan in de 19e eeuw als reactie op slechte werkomstandigheden. Communisten probeerden revoluties onder arbeiders te ontketenen.
  • Eerlijke verdeling van kennis, inkomen en macht.
  • Tegenwoordig sociaaldemocratie: vrijemarkteconomie is wenselijk, maar wel met een uitgebreide verzorgingsstaat.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sociaaldemocratie:
Sociale-democratische partijen vinden de sociale grondrechten erg belangrijk, zoals:
  • Gezondheidszorg
  • Onderwijs
  • Huisvesting 

Grote rol overheid 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Christen-Democratie:

Slide 12 - Tekstslide

Harmonie 
Christendemocratie:
  • Naastenliefde: omkijken naar de mensen in je omgeving
  • (Vrijwilligers)organisaties kunnen een deel van de zorg voor mensen op zich nemen.
  • God heeft de aarde geschapen; daar moeten we dus goed voor zorgen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik voel mij het meest thuis bij:
Sociaal-democratie
Christen-democratie
Liberalisme

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Ecologisme:
  • Belangrijkste waarden: duurzaamheid en bescherming van ons leefmilieu.
  • Belangrijk standpunt: goed voor de aarde zorgen is belangrijker dan de groei van de economie
  • GroenLinks en Partij voor de Dieren horen bij het ecologisme.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Populisme:
  • Populisme is meer een stijl van politiek bedrijven dan een ideologie.
  • Populisten komen op voor ‘het volk’ en keren zich tegen de elite.
  • Vaak zijn de standpunten sterk nationalistisch.
  •  De PVV en FvD worden populistisch genoemd. 

Slide 18 - Tekstslide

zeggen wat de burgers willen horen 
Voor de ''eenvoudige'' burger
 niet rechts niet links. 
Oftewel simpele oplossingen voor complexe problemen:
Corona? Bestaat niet!
Nederland vol? Grenzen dicht! 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ik voel mij het meest thuis bij:
Sociaal-democratie
Christen-democratie
Liberalisme
Ecologisme
Populisme

Slide 20 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Progressief vs conservatief 
Progressief: vooruitstrevend. Partijen die dingen willen veranderen. 
Conservatief: behoudend. Partijen die dingen willen houden, zoals ze vroeger waren. 

Het homo huwelijk & abortus was verboden, maar dit is niet meer het geval. Is dit conservatief of progressief? 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe denken partijen over het thema softdrugs?

progressief:
D66 en GroenLinks: Naast de verkoop moet ook de teelt van cannabis worden gelegaliseerd.

Conservatief: 
CDA: Er moet een wietpas komen waardoor coffeeshops alleen toegankelijk zijn voor meerderjarige Nederlandse gebruikers.
ChristenUnie: Coffeeshops moeten worden gesloten en het bezit van softdrugs moet worden verboden.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

LINKS
RECHTS
PVV
VVD
SP
GL
FVD
PVDA
SGP
PVDD

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

LINKS
RECHTS
Actieve overheid
Passieve overheid
Opkomen zwakkeren
Liberalisme
Sociaal-democratie
Zelfredzaamheid
Economische vrijheid

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke politieke stroming is voor ingrijpen van de overheid in de economie?
A
Liberalisme
B
Christendemocratie
C
Sociaaldemocratie
D
Ecologisme

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

"De overheid moet zorgen voor veiligheid en zich verder niet te veel met mensen bemoeien."
A
Sociaaldemocratie
B
Christendemocratie
C
Liberalisme

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de componenten naar de juiste stroming:
Links
Midden
Rechts
De overheid zorgt voor de zwakkeren
Mensen zorgen voor elkaar
Mensen hebben een eigen verantwoordelijkheid

Slide 27 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De schooldag moet starten met het hijsen van de Nederlandse vlag en het zingen van het Wilhelmus.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Homoseksuelen zouden geen kinderen mogen adopteren.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zwarte Piet is racisme.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De euthanasie regeling mag niet verder versoepeld worden.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De beste manier om het file probleem tegen te gaan is gratis openbaar vervoer.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De politie moet ook agenten met een hoofddoek aannemen.
A
Conservatief
B
Progressief

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lezen: 3.2 - Politieke stromingen (blz 74 - LB)
Maken: opdrachten 2, 3, 5, 8 10, 11 en 13 --> HW
AAN DE SLAG!
timer
10:00

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies