De schijf van vijf

De schijf van 5
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Burgerschapsonderwijs

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

De schijf van 5

Slide 1 - Tekstslide

Noem een gezond product.

Slide 2 - Open vraag

Noem een ongezond product
dat je erg lekker vindt

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Video

Wat ga ik leren?



*Ik kan belangrijke voedingsstoffen herkennen.
*Ik kan de vakken van de schijf van vijf opnoemen. 
*Ik kan voedingsmiddelen indelen in de schijf van vijf.

Slide 5 - Tekstslide

Voedingsstoffen


In een goede maaltijd zitten belangrijke voedingsstoffen:


- stoffen die je beschermen tegen ziektes;
- stoffen die je nodig hebt om te kunnen werken en spelen;
- stoffen die je nodig hebt om te groeien.

Slide 6 - Tekstslide

De schijf van 5

De voedingsmiddelen die je nodig hebt om gezond te blijven zijn verdeeld in 5 groepen:

- groente en fruit ( vitamines );

- graanproducten ( koolhydraten );

- vlees ( eiwitten / mineralen );

- boter en olie (vetten);

- vocht ( o.a.water ).


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Maak een foto van
wat jij zo meteen in de pauze eet.

Slide 9 - Open vraag

Waarvan moet je elke dag VEEL eten?
A
Snoepjes
B
Brood, rijst, groente en fruit
C
Vlees en eieren
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 10 - Quizvraag

Waarom heeft het lichaam vitaminen nodig?
A
Zodat je beter kunt slapen
B
Zodat je gezond blijft en niet zo snel ziek wordt
C
Zodat je sneller kunt lopen
D
Zodat je vrolijker wordt

Slide 11 - Quizvraag

Wat moet je als je honger hebt, tussendoor eten?
A
Snoepjes
B
Chips en popcorn
C
Groente of fruit
D
Brood

Slide 12 - Quizvraag

Nu zelf aan de slag



Je krijgt een lege schijf van 5 van je docent.

Deze ga je zelf vullen met woorden in het juiste vak.

Slide 13 - Tekstslide

Eet een week


Iedere dag heb je voedingsstoffen nodig. Maar hoeveel eet je eigenlijk?

Je gaat een week lang bijhouden hoeveel je eet.  Het werkblad krijg je via je coach.

Vul een week lang in wat en hoeveel je eet en drinkt op een dag. Noteer de producten uit de schijf van vijf, maar ook de extraatjes.


Als de week voorbij is, kleur je elk vakje waarbij je gezond gegeten hebt ( zie laatste kolom ) groen.

De vakjes waarbij je te veel hebt gegeten, kleur je rood ( zie laatste kolom ).

Heb je te weinig gegeten, dan kleur je ze geel ( zie laatste kolom )

Slide 14 - Tekstslide