proeftoets geluid

Roshani slaat een stemvork aan, die daardoor een toon gaat produceren. Deze toon wordt steeds zachter.
Welke van de volgende beweringen is juist?
A
De amplitude neemt af en de frequentie blijft even groot.
B
De amplitude en de frequentie blijven allebei even groot.
C
De amplitude en de frequentie nemen allebei af.
D
De amplitude blijft even groot en de frequentie neemt af.
1 / 16
volgende
Slide 1: Quizvraag
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Roshani slaat een stemvork aan, die daardoor een toon gaat produceren. Deze toon wordt steeds zachter.
Welke van de volgende beweringen is juist?
A
De amplitude neemt af en de frequentie blijft even groot.
B
De amplitude en de frequentie blijven allebei even groot.
C
De amplitude en de frequentie nemen allebei af.
D
De amplitude blijft even groot en de frequentie neemt af.

Slide 1 - Quizvraag

Als s = v * t de formule is voor het berekenen voor de afstand, hoe zie de formule er dan uit als je de tijd wilt weten?
A
t = s * v
B
t= v / s
C
t = s / v

Slide 2 - Quizvraag

om geluidsoverlast van een feest tegen te gaan kan je schermen plaatsen, op welke manier verminder je dan de geluidsterkte?
A
bij de bron
B
tussen de bron en ontvanger
C
bij de ontvanger

Slide 3 - Quizvraag

om geluidsoverlast van een feest tegen te gaan kan je je raam dicht doen, op welke manier verminder je dan de geluidsterkte?
A
bij de bron
B
tussen de bron en ontvanger
C
bij de ontvanger

Slide 4 - Quizvraag

om geluidsoverlast van een feest tegen te gaan kan de geluidstafel zachter worden gezet, op welke manier verminder je dan de geluidsterkte?
A
bij de bron
B
tussen de bron en ontvanger
C
bij de ontvanger

Slide 5 - Quizvraag

om geluidsoverlast van een feest tegen te gaan kan je zelf oordopjes dragen, op welke manier verminder je dan de geluidsterkte?
A
bij de bron
B
tussen de bron en ontvanger
C
bij de ontvanger

Slide 6 - Quizvraag

Welke toon is harder?
A
de linker
B
de rechter
C
beide even hard

Slide 7 - Quizvraag

Welke toon is hoger?
A
de linker
B
de rechter
C
alle beide even hoog

Slide 8 - Quizvraag

Welke toon is harder?
A
de linker
B
de rechter
C
alle beide even hard

Slide 9 - Quizvraag

Je slaat twee snaren aan op een gitaar welke geeft de dikste snaar aan?
A
de linker
B
de rechter

Slide 10 - Quizvraag

Je slaat twee snaren aan op een gitaar welke sla je harder aan?
A
de linker
B
de rechter
C
alle beide even hard

Slide 11 - Quizvraag

hoeveel verschillende snaren heb je bij dit beeld aangeslagen?
A
een
B
twee

Slide 12 - Quizvraag

welke van de twee is zachter aangeslagen?
A
rechter
B
linker

Slide 13 - Quizvraag

Je ziet de bliksem. Je telt 14 seconden en hoort dan de donder. Hoeveel meter is het onweer dan bij je vandaan?
V geluid in lucht = 330 m/s.

Slide 14 - Open vraag

Een boot meet de diepte van het meer. Het geluid doet er 0,75 seconden over om van de zender van de boot naar de ontvanger te gaan. Bereken hoe diep het meer daar is.
V geluid in water = 1500 m/s

Slide 15 - Open vraag

Tijdens een vuurwerkshow zie je een vuurpijl ontploffen. 3,8 seconde daarna hoor je de klap. Bereken hoe hoog deze vuurpijl is.
V geluid in lucht = 330 m/s.

Slide 16 - Open vraag