Hoe verloren vorsten hun macht?

3.2 Hoe verloren vorsten hun macht
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

3.2 Hoe verloren vorsten hun macht

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Jullie kunnen uitleggen wat:
- Wanneer de tijd van de pruiken en revoluties zich afspeelde
- Wat de Franse revolutie inhoudt
- Absolutisme betekent
- Welke standen er precies waren
- Wat de Staten Generaal betekent 
- Guillotine

Slide 2 - Tekstslide

Planning
-Uitleg over 3.2 eerste deel
-Maak de opdrachten tot en met opdr. 6
-Bespreken
-Evaluatie

Slide 3 - Tekstslide

Strafbaar feit
Misdrijf
Moord
Fraude
Fietsen waar het niet mag
Openbare Geweldpleging
Door rood rijden
Mishandeling

Slide 4 - Sleepvraag

Absolute macht betekent dat alleen de koning bepaalt wat er gaat gebeuren in het land.
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quizvraag

De Koning heeft geld nodig

  • Tijd van de pruiken (de achttiende eeuw)
  • Koning Lodewijk XVI (10 + 5 + 1)
  • Absolutisme (Koning had alle macht)
  • Geld van de koning was op (1789)
  • Belasting verhogen voor burgers
  • Standen  --> 
  • De Staten Generaal. 





Slide 6 - Tekstslide



  • Lodewijks gaf de Staten Generaal een opdracht 
  • Recht om mee te beslissen
  • 14 juli 1789 --> Franse revolutie
  • Bevolking kwam in opstand
  • Guillotine (1793)
    koning Lodewijk XVI





Slide 7 - Tekstslide

Napoleon

In 1789 was het nog heel onrustig

Nieuwe regering gebruikte veel geweld

Een generaal genaamd Napoleon veroverde veel veldtochten

Kreeg meer macht en steun

Slide 8 - Tekstslide

Wat was een reden voor de Franse Revolutie?
A
De koning zorgde dat het land arm werd
B
De belastingen stegen voor de boeren & burgerij
C
Er was jaren lang een slechte oogst
D
Alle drie zijn juist

Slide 9 - Quizvraag

Wat was de belangrijkste verandering na de Franse revolutie?
A
Er was geen koning meer en er kwam een grondwet.
B
Er was nog wel een koning maar de burgers hadden meer macht.
C
Er kwam een andere koning aan de macht.
D
Er was geen koning meer maar een koningin.

Slide 10 - Quizvraag

De opdracht
Maak tot en met opdracht 6

Deze zullen wij bespreken in de les

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoel 3.2.1
Jullie kunnen uitleggen wat:
- Wanneer de tijd van de pruiken en revoluties zich afspeelde
- Wat de Franse revolutie inhoudt
- Absolutisme betekent
- Welke standen er precies waren
- Wat de Staten Generaal betekent 
- Guillotine

Slide 12 - Tekstslide

Lesdoel 3.2.2
Jullie kunnen uitleggen wat:
- Wat zijn patriotten?
- Wat houdt de democratische revolutie in?
- Wie noemen wij machthebbers? 
- Wat is het verschil tussen Bataafse Republiek en Bataafse Revolutie?

Slide 13 - Tekstslide

Ondertussen in Nederland
  • Eind 18de eeuw burgers moesten
    meer rechten krijgen 
  • Patriotten (opkomen voor het vaderland)
  • Het volk zelf bestuurder mag kiezen
  • Democratische revolutie

Slide 14 - Tekstslide

Bataafse Revolutie
  • Patriotten vs Orangisten
  • Koning Willem V ontsnapt (1786)
  • Door een oorlog
  • Koning Willem V was aan het winnen
  • Steun en ontving een leger 
  • Patriotten vluchtten --> Frankrijk
  • Steun van Franse revolutionairen
  • Patriotten had gewonnen (1795) + bestuur overname
  • Nederland --> Bataafse Republiek
  • Volk koos volksvertegenwoordiger
  • Bataafse revolutie 

Slide 15 - Tekstslide

Franse Revolutie

Bataafse Revolutie
Veel doden
Weinig doden
De dood van een koning
Koning blijft leven
Duurde 1 jaar
Duurde 10 jaar

Slide 16 - Sleepvraag

De verlichting
  • Beste manier van besturen?
  • En hoe zat de wereld in elkaar?
  • Mensen waren bang
  • Eise Eisinga
  • Bewegende sterrenstelsel 
  • Wetenschappelijk denken (experimenteren, goed denken en daarvan leren)
  • Wetenschappelijke revolutie (Veel nieuwe uitvindingen, 

Slide 17 - Tekstslide

Wat nu?
Maak t/m eind paragraaf 3.2 af.

Je krijgt 10 minuten

Daarna bespreken!

tweede lesuur 3.3 gezamenlijk maken

Slide 18 - Tekstslide

Lesdoel 3.2.2
Jullie kunnen uitleggen wat:
- Wat zijn patriotten?
- Wat houdt de democratische revolutie in?
- Wie noemen wij machthebbers? 
- Wat is het verschil tussen Bataafse Republiek en Bataafse Revolutie?

Slide 19 - Tekstslide