Lezen blok 5 mening argument tegenargument

Lezen
timer
5:00
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Lezen
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Leesvaardigheid blok 5
  • Nakijken huiswerk
  • Uitleg feit/mening/argument/tegenargument
Komende toetsen:
  • 13 mei leestoets

Doel van deze les: Je weet wanneer een tekst objectief of subjectief is. Je kunt je mening met argumenten onderbouwen.



Slide 2 - Tekstslide

Lezen blok 5 mening argument tegenargument



Open je boek op blz 188/189 en je schrift met de antwoorden. We gaan het huiswerk nakijken.

Wat weet je nog over..... 
..... Alineaverbanden? 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Feiten of meningen?

  1. Kamelen hebben 3 oogleden om hun ogen te beschermen tegen opstuivend zand.
  2. Om 12 uur gaan slapen, is echt te laat.
  3. Aanstekers zijn eerder uitgevonden dan lucifers.
  4. "De zonnebloemen" is het bekendste werk van Vincent van Gogh
  5. "De amandelbloesem" was zijn beste werk.



Slide 6 - Tekstslide

Tekstsoorten: welke zijn subjectief en welke zijn objectief?
Betogende tekst?
Beschouwende tekst?
Activerende tekst?
Informerende tekst?
Uiteenzettende tekst?
Amuserende tekst?

Slide 7 - Tekstslide


Een schrijver gebruikt argumenten om zijn/haar/hun mening te onderbouwen

Als je het ergens niet mee eens bent kun je tegenargumenten gebruiken

Voorbeeld: Het opbergen van mobiele telefoons in kluisjes vind ik geen goed idee (mening), want leerlingen moeten zelf de verantwoordelijkheid nemen (tegenargument).

Slide 8 - Tekstslide

Kijk goed naar het filmpje dat zo begint.
De stelling is: Jongeren hebben recht op spijbeldagen.
Welke argumenten en tegenargumenten herken je?
En zijn deze gebaseerd op meningen of feiten?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Huiswerk:

opdr 2 en 3, blz 236 en 237.

Slide 11 - Tekstslide