Tekst 24B
1 / 15
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Met welk woord congrueert Gallorum?
A
alius
B
dux
C
sociorum
D
occiditur
Slide 2 - Quizvraag
In welke naamval staat Gallorum?
A
Nominativus
B
Genitivus
C
Dativus
D
Accusativus
Slide 3 - Quizvraag
occiditur is:
A
imperfectum passief 3e ev
B
perfectum passief 3e ev
C
plusquam perfectum passief 3e ev
D
praesens passief 3e ev
Slide 4 - Quizvraag
Wie is het onderwerp bij occiditur?
A
alius dux
B
alius vivus
C
magna caedes
D
Gallorum sociorum
Slide 5 - Quizvraag
vivus is een dubbelverbonden bepaling.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quizvraag
Welk woord uit r. 1-3 vormt ook een dubbelverbonden bepaling?
A
fuga
B
castra
C
incolumes
D
Caesarem
Slide 7 - Quizvraag
Fugientium is een:
A
PPA acc mv
B
PPA gen mv
C
PPP acc mv
D
PPP gen mv
Slide 8 - Quizvraag
In diezelfde zin zitten twee PPP's. Dat zijn:
A
Magnus & Captus
B
interfectus & discesserunt
C
numerus & civitatus
D
captus & interfectus
Slide 9 - Quizvraag
Captus en interfectus congrueren met...
Slide 10 - Open vraag
et (r. 8) is een...
A
onderschikkend voegwoord
B
nevenschikkend voegwoord
Slide 11 - Quizvraag
Ideo... offero: (r. 10)
De hoofdzin wordt gevormd door:
De hoofdzin wordt gevormd door:
A
quia nunc Fortunae cedere cogor
B
Ideo vobis offero
Slide 12 - Quizvraag
Noteer het perfectum passief uit r. 12.
Slide 13 - Open vraag
Wat is het onderwerp bij missi sunt?
A
his rebus
B
Caesarem
C
legati
Slide 14 - Quizvraag
tradi is
A
perfectum act. 1e ev
B
praesens pas. 1e ev
C
imperativus act. ev
D
infinitivus praesens pas.
