Thema 4: Evolutie BS 4

Evolutie
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Evolutie

Slide 1 - Tekstslide

Deze week
Les 1
- In duo's Peppered Moth Opdracht 
- Nabespreken Peppered Moth Opdracht

Les 2:
- Natuurlijke selectie uitgelegd met begrippen
- Zelfstandig werken & vragen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Wat ga je doen: 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Peppered Moth Game
- Je wordt (als alles goed gaat) ingedeeld in groepjes van 2
- Open het document 
- Maak opdracht 1, 2 en 3
- Tijdens de les nabespreken
- Inleveren op Teams per duo

Slide 6 - Tekstslide

Verklaar waarom er tijdens de industriele revolutie meer zwarte motten waren?

Slide 7 - Open vraag

Nabespreken Moth Game
1. Er zijn lichte en donkere motten (genetische variatie).

2. De donkere motten zijn beter gecamoufleerd tegen de donkere bomen (adaptatie) waardoor ze minder snel worden opgegeten en zich kunnen voortplanten (fitness). 

3.  Na een aantal generaties zullen er vooral donkere motten zijn (natuurlijke selectie)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Wat is de selectiedruk dit geval?

Slide 10 - Open vraag

Hoe vond je het om in 2tallen aan de slag te gaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 11 - Poll

Vandaag
- Natuurlijke selectie uitgelegd met begrippen
- Is Pokémon natuurlijke selectie?
- Zelfstandig werken & vragen

Slide 12 - Tekstslide

Evolutietheorie
Darwin zag dat erfelijke eigenschappen van populaties door de tijd heen kunnen veranderen en zelfs nieuwe soort ontstaan.

Hij zag dat op de Galapagoseilanden,
door te kijken naar de vinken. Allemaal 
andere snavel. 

Slide 13 - Tekstslide

Evolutietheorie
  • Variatie van erfelijke eigenschappen
            - mutatie

  • Natuurlijke selectie 
           - overlevingskans, selectiedruk, fitness, adaptatie

  • Ontstaan van nieuwe soorten
            - reproductieve of geografische isolatie, genetic drift, seksuele selectie

Slide 14 - Tekstslide

Waardoor variatie in erfelijke eigenschappen?

Slide 15 - Open vraag

Variatie van erfelijke eigenschappen
- Variatie in genotype 
   (uiterlijk, gedrag..)

- Variatie in erfelijke eigenschappen door: ..
    1. Geslachtelijke voortplanting (husselen van genen)
    2. Mutaties ( verandering in DNA)

Slide 16 - Tekstslide

Natuurlijke selectie
- Sommige erfelijke eigenschappen zorgen voor een betere of slechtere overlevingskans. 

- Als de selectiedruk (veel roofvogels) toeneemt, zullen de donkere motten het niet overleven. 

- De witte motten hebben de grootste adaptatie/  fitness (= best aangepaste individu)

Slide 17 - Tekstslide

Darwin had het over 'survival of the fittest'
Waar staat 'fittest' voor bij evolutie?

A
Dat je het best bent aangepast aan je omgeving
B
hoe fit je bent
C
hoeveel nakomelingen je maakt
D
hoe sterk je bent

Slide 18 - Quizvraag

Versleep de gele balken naar de bijbehorende groene balken.
droogte
vinken met grotere snavel hebben een grotere overlevingskans
Na vele generaties worden er meer vinken gevonden met een grotere snavel.
adaptatie
survival of the fittest 
selectiedruk

Slide 19 - Sleepvraag

Pokémon
Een beestje 'evolueert'
als je een bepaald 
aantal punten hebt 
naar een beter beestje. 

Slide 20 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen de evolutie theorie en het evolueren van pokémons?

Slide 21 - Open vraag

Pokémon = geen evolutie
1. Evolutie gaat over populaties niet over individuen. 
2. Er is geen genetische variatie binnen pokémons of selectiedruk, dus ook geen natuurlijke selectie. 
3. De geevolueerde pokémon is 'sterker',
    bij evolutie gaat het om beste aangepast
4. De selectiedruk bij Pokémon ontbreekt
5. Evolutie duurt generaties

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Hoe zou volgens Lamarck de lange slurf van een olifant zijn ontstaan?

Slide 24 - Open vraag

Volgende week
- Natuurlijke Selectie toegepast op Oeffies en Toeffies (haha)
- BS 5: Onderzoek naar Evolutie

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video

Oeffies & Toeffies
1. Genetische variatie            

2. Door selectiedruk hogere fitness


3. Natuurlijke selectie
Toeffies hebben 'oorhaar' en dat is lekker warm. Oeffies niet

Het gaat sneeuwen (selectiedruk), dus Toeffies beter aangepast (adaptatie) dus planten zich meer voort (fitness).

Na jaren sneeuw zijn er vooral toeffies en geen oeffies
meer. 

Slide 27 - Tekstslide