In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Toets maatschappijleer 2 KF
Slide 1 - Tekstslide
Doel: Je weet wat te doen bij vaststelling van diefstal, schade, ruzie,…
Slide 2 - Tekstslide
Wat moet je NIET doen als je bankkaart kwijt is?
A
Cardstop bellen
B
Aangifte doen bij de politie
C
Je bank bellen om een nieuwe kaart aan te vragen.
D
Naar de gemeente gaan
Slide 3 - Quizvraag
Doel: Je weet bij welke personen, instanties en in welke informatiebronnen je welke informatie kan vinden.
Slide 4 - Tekstslide
Waarvoor kan je de app 'Payconiq' NIET gebruiken?
A
om te kijken wanneer je trein rijdt
B
om een vriend direct terug te betalen
C
om te betalen in een winkel
D
om foto's te bewerken.
Slide 5 - Quizvraag
Waarvoor kan je de app 'It's Me' NIET gebruiken?
A
Om een mail te versturen
B
Om in te loggen op 'studentatwork'
C
Om je identiteit aan te tonen
D
Om in te loggen op je online bankaccount
Slide 6 - Quizvraag
Doel: Je weet wat een strafregister en een bewijs van goed gedrag en zeden is.
Slide 7 - Tekstslide
Geef een ander woord voor ' uittreksel goed gedrag en zeden'
A
Strafblad
B
strafrechtbank
Slide 8 - Quizvraag
Wanneer ik wil werken dan is kans groot dat er mij een papier gevraagd word waarop mijn straffen of veroordelingen staan dit heet
A
contract van straf
B
uittreksel van goed gedrag en zeden
Slide 9 - Quizvraag
Hoeveel soorten uittreksel van goed gedrag en zeden zijn er ?
A
5
B
2
C
3
D
1
Slide 10 - Quizvraag
Waar haal ik het 'uittreksel goed gedrag en zeden'?
A
politiekantoor
B
vdab
C
gemeentehuis
D
rechtbank
Slide 11 - Quizvraag
Ik mag beginnen werken in een school als opvangjuf. Welke van de drie heb ik nodig?
A
minderjarigenmodel
B
standaardmodel
C
model voor speciale activiteiten
Slide 12 - Quizvraag
Ik mag beginnen werken in restaurant " De vrolijke koekoek." als afwasser. Welke van de drie heb ik nodig?
A
minderjarigenmodel
B
standaardmodel
C
model voor speciale activiteiten
Slide 13 - Quizvraag
Ik mag werken als animator op het speelplein in Aalst. Welke heb ik nodig?
A
minderjarigenmodel
B
standaardmodel
C
model voor speciale activiteiten
Slide 14 - Quizvraag
Ik ga een politie opleiding volgen. Welke heb ik nodig?
A
minderjarigenmodel
B
standaardmodel
C
model voor speciale activiteiten
Slide 15 - Quizvraag
Hoe denk je dat je gaat scoren voor deze doelen?
Slide 16 - Poll
Doel: Je kent de voornaamste bevoegdheden van het vredegerecht, de jeugdrechtbank,….
Slide 17 - Tekstslide
Vredegerecht
Familie- en
jeugdrechtbank
Correctionele
rechtbank
Hof van assisen
Ondernemings-
rechtbank
Politierechtbank
Burgerlijke rechtbank
Arbeidsrechtbank
Slide 18 - Sleepvraag
Hoe denk je dat je gaat scoren voor dit doel?
Slide 19 - Poll
Doel: Je kent de weg naar de rechtshulp
Slide 20 - Tekstslide
Hoe heet een gratis advocaat?
A
Pro Deo
B
Pro euro
C
vrijwilliger
D
Pro duo
Slide 21 - Quizvraag
Hoe denk je dat je gaat scoren voor dit doel?
Slide 22 - Poll
Doelen:
Je weet welke gebeurtenissen men moet laten registreren en bij welke overheidsdienst: geboorte, huwelijk, scheiding, overlijden, verhuizen, ….
Je weet wat er moet en kan gebeuren bij het aangaan van een huwelijk of andere samenlevingsvormen.
Je weet wat er moet en kan gebeuren bij het alleen wonen en het samenwonen.
Je past maatschappelijk relevante procedures toe.
Je kent en respecteert maatschappelijke diensten.
Je durft een beroep doen op maatschappelijke diensten en durft zich zo nodig weerbaar opstellen.
Slide 23 - Tekstslide
Waarvoor kan je allemaal terecht in het gemeentehuis? Geef 5 voorbeelden
Slide 24 - Woordweb
Hoeveel kalenderdagen heb je om de geboorte aan te geven?
A
10
B
30
C
15
D
24
Slide 25 - Quizvraag
Wanneer moet ik een aangifte van adreswijziging (verhuis) doen
A
Binnen de 8 dagen na verhuis
B
Binnen de 60 dagen na verhuis
C
Binnen de 14 dagen na verhuis
D
Binnen de 21 dagen na verhuis
Slide 26 - Quizvraag
Welke dienst moet je zijn?
Burgerlijke stand
Bevolkingsdienst
huwelijk
geboorte
identiteitskaart
rijbewijs
verhuizen
Slide 27 - Sleepvraag
Welke uitspraak past bij " wettelijk samenwonen"?
A
Je hebt geen plichten naar je partner toe.
B
Je moet samen tekenen voor een huurcontract.
C
Je kan scheiden.
D
Je hebt 2 aparte belastingaangiftes.
Slide 28 - Quizvraag
Wettelijk samenwonen
feitelijk samenwonen
gehuwd
Mogelijkheid 1
Mogelijkheid 2
Mogelijkheid 3
Slide 29 - Sleepvraag
Een document waarin staat wat met jouw bezittingen moet gebeuren als je gestorven bent is een...
A
contract
B
testament
C
uittreksel goed gedrag en zeden
D
schoolattest
Slide 30 - Quizvraag
Juist of fout? Een ombudsman helpt je als je problemen hebt met een organisatie of dienst?
A
JUIST
B
FOUT
Slide 31 - Quizvraag
Juist of fout? De vakbond helpt je voor de terugbetaling van dokterskosten.
A
JUIST
B
FOUT
Slide 32 - Quizvraag
Juist of fout? Lid zijn van een mutualiteit is verplicht vanaf dat je begint te werken.
A
JUIST
B
FOUT
Slide 33 - Quizvraag
Juist of fout? Als je juist afgestudeerd bent, moet je een periode van 310 dagen doorlopen voor je recht hebt op een uitkering. Dit noemt de beroepsinschakelingstijd.
A
JUIST
B
FOUT
Slide 34 - Quizvraag
Hoe denk je dat je gaat scoren voor deze doelen?
Slide 35 - Poll
Doel: Je kent de verantwoordelijkheden als meerderjarige.
Slide 36 - Tekstslide
Je mag een huurovereenkomst tekenen.
A
Vanaf 16 jaar
B
Vanaf 18 jaar
Slide 37 - Quizvraag
Je beslist zelf of je naar school wilt en welke studies je volgt.
A
Vanaf 16 jaar
B
Vanaf 18 jaar
Slide 38 - Quizvraag
Je kan gaan samenwonen met iemand. Je ouders moeten wel akkoord gaan.