OP 10R2 Criminaliteit

Criminaliteit 
Hoofdstuk 3 - Wat is criminaliteit? 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Criminaliteit 
Hoofdstuk 3 - Wat is criminaliteit? 

Slide 1 - Tekstslide

Rechtsstaat


  • Staat waarin rechten en plichten van burgers en de overheid 
     zijn vastgelegd (in een (Grond)wet). 
  • Door die Grondwet zijn burgers beschermd tegen de
     overheid. 




 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is criminaliteit?

Slide 3 - Woordweb

Asociaal en strafbaar gedrag 
  • Bij asociaal gedrag houd je geen rekening met anderen.
  • Strafbaar gedrag houdt in dat er wetsregels overtreden worden. Er wordt een delict gepleegd.  

Slide 4 - Tekstslide

Overtredingen en misdrijven 
  • Een overtreding is een strafbaar feit wat minder erg is.
  • Misdrijven zijn ernstige strafbare feiten. 

Slide 5 - Tekstslide

Misdrijven
  • Verhoor door de politie. 
  • Er gelden zwaardere straffen.
  • Strafblad als je ouder bent dan 12. 

Slide 6 - Tekstslide

Criminaliteit 
  • Alle misdrijven zoals deze beschreven staan in de wet. 
  • Het is wel tijds- en plaatsgebonden. 

Slide 7 - Tekstslide

Tijdsgebonden
  • Spugen was vroeger een misdrijf.

  • Sinds 1970: Overspel niet meer strafbaar.

  • Op homoseksualiteit stonden vroeger gevangenisstraffen. 

  • Tegenwoordig is hacken van computers strafbaar


Slide 8 - Tekstslide

Plaatsgebonden
  • In Nederland is abortus en euthanasie toegestaan.

  • In Nederland mogen homo’s met elkaar trouwen. 

  • (Vuur)wapens zijn in Nederland verboden.

  • Nederland kent geen doodstraf.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht
  Wat: Schrijf de misdrijven die Willem Holleeder heeft gepleegd op. 
Hoe: Kijk de video, let op en noteer!
Hulp: Niet!
Tijd: Tijdens de video.
Uitkomst: Misdrijven genoteerd. 
Klaar: Begin met samenvatting. 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Overtreding 
Misdrijf 

Slide 13 - Sleepvraag

Rechtshandhaving                                     Rechtsbescherming

- Het handhaven van rechtsorde.
- Burgers worden beschermd tegen een te grote overheidsmacht en tegen willekeur van de overheid.

Slide 14 - Tekstslide

(Niet)-Materiële schade
Materiële schade: kun je berekenen in geld ( je laptop is gestolen, je raam is ingegooid
Niet-materiële schade: de mentale gevolgen na zo'n misdrijf ( slapeloze nachten, trauma's)

Slide 15 - Tekstslide

Welk gedrag wordt beschouwd als een misdrijf?
A
Geen id kaart bij je hebben
B
In het donker fietsen zonder licht
C
Mobiel bellen achter het stuur
D
Een winkeldiefstal plegen

Slide 16 - Quizvraag

Een ander woord voor strafbaar feit noem je een...?
A
conflict
B
inzicht
C
delict
D
stoplicht

Slide 17 - Quizvraag

Wat is geen voorbeeld van zware criminaliteit?
A
Moord
B
Gewapende overval
C
Inbraak
D
Fietsendiefstal

Slide 18 - Quizvraag

Voor een____krijg kun je een strafblad
A
Misdrijf
B
Overtreding

Slide 19 - Quizvraag

Principes of uitgangspunten die je belangrijk vindt in het leven zijn:
A
Normen
B
Gedragsregels
C
Waarden
D
Rechtsregels

Slide 20 - Quizvraag

Hoe noem je de gevolgen van criminaliteit die zichtbaar zijn en in geld zijn uit te drukken?

Slide 21 - Open vraag

Een land waarin de rechten en plichten van de burgers en van de overheid in de wet zijn vastgelegd noem je:

Slide 22 - Open vraag

0

Slide 23 - Video

Welke oorzaak van criminaliteit herken je in dit filmpje?

Slide 24 - Open vraag

Individuele oorzaken/risicofactoren:
  1. Psychische problemen/gedragsproblemen = biologische factoren
  2. Onveilige opvoeding / thuissituatie = slechte opvoeding
  3. Foute vrienden = groepsdruk
  4. Alcohol en drugsgebruik
  5. Spijbelen en schooluitval

Deze individuele kenmerken leiden natuurlijk lang niet altijd tot crimineel gedrag, maar als je aan meerdere kenmerken voldoen dan neemt de kans wel toe.
Aantekening voor het examen

Slide 25 - Tekstslide

Beschermende factoren
Deze factoren zorgen er juist voor dat de kans verkleind wordt dat je crimineel gedrag gaat vertonen:
  • Werk en onderwijs
  • Relatie
  • Gezin
  • Sociale vaardigheden

Je bindingen!
Aantekening voor het examen

Slide 26 - Tekstslide